Programma van 30 nov. tot 4 dec. 1924



Brochure

Bron: FelixArchief nr. 1968#863

Deze tekst werd automatisch gegenereerd op basis van gescande pagina’s met OCR-software. Door de diverse historische lettertypes gebeurde dat niet altijd foutloos.

Toon alleen de facsimile’s van dit programma



FILM-RE­VUE

EENI­GE BI­O­GRAPHI­SCHE NOTA’S

CO­RIN­NE GRIF­FITH

ORIN­NE Grif­fith is te Texar­ka­na, in den Staat Texas, in 1899 ge­bo­ren. Hare ou­ders be­zorg­den haar eene op­voe­ding in het kloos­ter van het H. Hart te Nieuw-Or­leans. Eens hare stu­dies geëin­digd, ge­voel­de zij zich, zooals zoo­ve­le an­de­ren, tot de Stil­le Kunst aan­ge­trok­ken en stel­de alles in het werk film­ac­tri­ce te wor­den. Ten­ge­vol­ge van een schoon­heids­wed­strijd, waar­in zij als pri­mus be­kroond werd, be­kwam zij rol­le­tjes van fi­gu­ran­te bij de Vi­traph. Maar al spoe­dig werd hare na­tuur­lij­ke be­koor­lijk­heid op­ge­merkt en wer­den haar be­lang­rij­ker rol­le­tjes toe­ver­trouwd. Hare eer­ste ver­tol­king van eeni­ge beteek­e­nis was aan de zijde der toen­ma­li­ge star Earle Wil­li­ams. Al zeer spoe­dig steeg hare po­pu­la­ri­teit in aan­zien en werd zij tot den star-ti­tel ver­he­ven. Co­rin­ne Grif­fith is eene uit­mun­ten­de dan­se­res en ont­werpt zelve hare hoe­den en toi­let­ten. Ook is zij be­kend voor de sier­lijk­heid waar­me­de zij zich weet te klee­den. Hare voor­naams­te fil­men zijn: « The Clim­bers », « Gar­ter Girl », « Girl of To-Day », « Bab’s Can­di­da­te », « Human Col­la­te­ral », « Tower of Je­wels ». Zij is ge­schei­den van Web­ster Camp­bell en her­trouwd met Al­bert Ma­res­co. Co­rin­ne Grif­fith meet 1 m. 60 en heeft licht­bruin haar en blau­we oogen.

Haar ide­aal-Echt­ge­noot Co­rin­ne Grif­fith houdt er over de ide­aal-echt­ge­noot nog al stren­ge prin­ci­pes op na, en hier­in ligt mis­schien de reden van haar twee­de hu­we­lijk. Zie­hier wat zij hare « zeven ge­bo­den » noemt: 1°) Hij moet boven alles een een­vou­dig mensch zijn, en geen su­per-man; nooit te slecht en ook nooit te goed... be­hal­ve voor mij!

2°) Hij moet eene le­ni­ge in­borst heb­ben, nooit een­to­nig en immer be­lang­wek­kend. Hij moet zich zon­der bij­be­doe­lin­gen kun­nen ver­ma­ken, en te­vens be­kwaam zijn zijn geest op één punt samen te vat­ten.

3°) Hij moet van zijn tijd zijn; dit wil zeg­gen niet te streng, noch te bui­ten­spo­rig, voor wat modes en ge­woon­ten aan­gaat.

4°) Hij moet goed over de wer­ke­lij­ke waar­de zijns ge­lij­ken kun­nen oor­dee­len, de op­recht­heid van de schijn­hei­lig­heid en de be­kwaam­heid van den bluf weten te on­der­schei­den.

5°) Hij moet er een smaak op na. hou­den voor wat de kleedij aan­gaat, om over de zijne te be­slis­sen als­me­de om over de mijne te oor­dee­len; moet mijn laat­ste toi­let be­won­de­ren, de kleur mij­ner haren, en deze mij­ner oogen onder ver­schei­de­ne licht­ef­fek­ten ge­zien.

6°) Hij moet immer mijne nieuws­gie­rig­heid gaan­de hou­den; want de man wiens hou­ding in dit of geen geval men op voor­hand kan raden is van alle be­lang ont­bloot.

7°) In de club mag hij an­de­re vrou­wen be­won­de­ren, in­dien hij ten slot­te zich tot mij keert en be­sluit: « Zij is wel lief, dit is zeker, maar, alles bij me­kaar ge­no­men, kan zij het tegen U niet halen, en het scheelt hem zelfs nog veel! »

Hoe zij haar dag door­brengt

24 De­cem­ber 1923, 7.30 uur ’s mor-gends. — Ik houd van bui­ten-stu­dio werk. Het is ver­ruk­kend in een vreemd hotel te ont­wa­ken, ver­won­derd rond te kij­ken zon­der zich oog­en­blik­ke­lijk re­ken­schap te kun­nen geven waar men zich be­vindt. Ik sta op, open de ven­sters en kijk naar bui­ten. Van uit mijne kamer is het een prach­tig zicht. Onder mij de Kaap Flo­ri­da en de Golf van Mexi­co. Deze mor­gend is zoo blauw als de spreek­woor­de­lij­ke zee —— van he­mels­blauw azuur.

OU­VRA­GES DE DAMES

OU­VRA­GES RES­SUYÉS

LAI­NES, SOIES, CO­TONS, COU­VRE-LITS, NAP­PES, STO­RES, BON­NET­TE­RIE A LA MAIN,

DEN­TEL­LES, JUM­PERS

MAI­SON EMMA

Il AM>WK |{ KEiY

S WOL, ZIJDE, KA­TOEN, BED­SPREI­EN, TA­FEL-KLEE­DE­REN, STO­RES, KAN­TEN, HAND­BREI­GOED, JUM­PERS

An­vers, Rue Von­dal­straat, 15, Ant­wer­pen

-r ALLE ELE­GAN­TE DAMEN KOOP­EN HUNNE

PEL­SEN

Pels­man­tels, Boas en Ma­ra­bous

in het

Huis ANNA

tOiepj­straat, 140 - ANT­WER­PEN

I MEU­BLES I

I Les plus grands Ma­gasins en Bel­gi­que |

9 Lon­gue rue des Clai­res 9 g

(près Meir)

Grand choix de gar­ni­tu­res. 200 sa­lies à man­ger, | g cham­bres à cou­cher, sa­lons, cui­si­nes, ve­ran­dah's, | g bu­reaux, li­te­ries, chai­ses-lon­gues, etc. etc. g

Mai­son Améri­cai­ne |

Meil­leur marché qu’ail­leurs I Ou­vert tous les jours jusqu'à 8 h. s. | I Ma­gas­in fermé g

Autos poui Cérémo­nies, Ma­ria­ges. Baptêmes

et Fêtes

Ga­ra­ge J & H. DEHU

Téléphone 3107

42, Canal des Bras­seurs - AN­VERS VOY­A­GES A L’ÉTRAN­GER - EX­CUR­SI­ONS PRIX A FOR r AIT

BRO­DE­RIES-PER­LA­GES

an­ci­en­ne

M RV0­KAERT

A. Cau­che­teux suc­ces­seur

Rue Ru­bens, 17 - Téléphone 12217 Rue Porte St. Ge­or­ges, 27 - Téi. 12218

AN­VERS

MAI­SON? DE CON­FI­AN­CE

Ate­liers de „Plis­sa­ge et Points-clairs

.. EI­VGELSCH HOE­DEN­MA GA Z!JDI..

VON­DELSTR., 19

CAUS

(nabij St.. Jans­plaats

De laat­ste nieu­wig­he­den in Vil­ten Hoe­den

Ujrrçe Jçeus Ziet éta­la­ge


CI­NE­MA

ROYAL - ZOOL­OGIE

La Dame de chez Maxim s

La môme Cre­vet­te, une étoile de première gran- 0,/J deur, avait décidé de lâcher son ami le li­eu­te­nant V >.. Co­rig­non. f

iQ Le doc­teur Pe­ty­pon, neveu du général, a comme V > », ami le doc­teur Mon­gi­court. Or, un soir, Pe­ty­pon 0 >Qi se lais­se entraîner par Mon­gi­court. chez Maxim’s. Y (J* C’est ainsi que le sage Pe­ty­pon se réveil­la sous »0 un canapé, les che­veux ma­la­des. Mais sa sur­pri­se A > est en­co­re plus gran­de, quand il trou­ve dans un y >0 coin la môme Cre­vet­te qu’il ne re­con­naît pas. > A L’em­bar­ras de Pe­ty­pon est énorme, d’au­tant Sj: plus qu’il craint tou­jours l’entrée de sa femme, se A li­vrant aux pra­ti­ques du spi­ri­tis­me et des ta­bles tour­nan­tes. Lt, en effet, on en­tend l’or­ga­ne peu q en­ga­ge­ant de Mme Pe­ty­pon. Pe­ty­pon n’a que juste le temps de faire ca­cher la môme Cre­vet­te et simu- 1er une ma­la­die pour pou­voir éloig­ner Mme Pety- pou. Mais comme Mme Pe­ty­pon se prépare à faire 0 le lit de son époux, une voix mon te-de derrière les,% ri­de­aux et Mme Pe­ty­pon s’en­tend com­man­der de q par­tir sur la place de la Con­cor­de at­ten­d­re qu'un homme lui an­non­ce l ’arrivée mi­ra­cu­leu­se d’un fils. 0 Or, pen­dant que Mon­gi­court s’em­pres­se d’aller cher­cher un man­teau pour la môme Cre­vet­te, Mme Q) Pe­ty­pon ayant em­porté la robe de la môme Crèvet-te, le général Pe­ty­pon du Grêle tombe sur la mô- 0 inc Cre­vet­te qu’il ne connaît pas, car le général était en Af­ri­que avant le ma­ria­ge 3e son neveu. 0 Pe­ty­pon est heu­reux de voir qu’il a comme nièce ~X" une jolie femme, et parle d’en­le­ver son neveu et 0 sa femme pour aller as­sis­ter aux fiançail­les de sa V nièce Clémen­ti­ne avec le li­eu­te­nant Co­rig­non. 0 Stupéfac­ti­on de la môme Cre­vet­te en ap­pre­n­ant tt* que son ex-amant se marie, et na­tu­rel­le­ment elle ac­cep­te l’in­vita­ti­on au grand éba­his­se­ment du doc­teur Pe­ty­pon, qui ne sait plus où don­ner de la 0 tête. L’arrivée de Mme Pe­ty­pon vient jeter en­co­re le trou­ble et, pour sau­ver la si­tu­a­ti­on, Mme Pety- . pou pas­se­ra pour la femme de Mon­gi­court. X

Au château du général, nous re­trou­vons la mô- l«r me Cre­vet­te et le doc­teur Pe­ty­pon qui a réussi à A semer sa femme légi­ti­me. Mais l’arrivée de la Pa-ri­si­en­ne sème le désar­roi dans le salon pro­vin­ci­al. q Le duc Guy de Vn­l­mon­te tombe amou­reux de la jolie femme. Le général sur­prend Guy de Val­mon­te 0 en con­ver­sa­ti­on avec la môme Cre­vet­te et re­pro­che à son neveu d’être aussi tolérant sur les mœurs de 0 sa femme, mais la légi­ti­me Mme Pe­ty­pon ar­ri­ve. .j. Elle ar­ri­ve à déduire que la môme Cre­vet­te est la 0 femme du général Pe­ly­pon.

Les résul­tats de tönt cela, c’est que Co­rig­non 0 épou­se­ra la nièce du général; le doc­teur Pe­ty­pon .« gar­de­ra sa femme, et enfin le général lui-même 0 an­non­ce qu’il par­ti­ra pour les gran­des manœuvres * en com­pag­nie de la môme Cre­vet­te. 0

PRO­GRAM­ME du 30 NOV. au 4 DEC.

1 • Tri­a­ne­ri­as

Pa­so-do­ble

Lar­rn­ga

2. Stras­bourg

voy­a­ge |

3 L’af­fai­re de la Rue de Lou­ru­ne

comédie in­ter­prétée par

MAURI­CE CHE­VA­LIER

4. La Dame oe chez Maxim’s

vau­de­vil­le in­ter­prété par

Mar­cel LE­VESQUE et Pina ME­NI­CHEL­LI

Pen­dant la Pause

Récital pour Orgue

PRO­GRAM­MA van 30 NOV. tot 4 DEC.

1 • Tri­a­ne­ri­as

Pa­so-do­ble

Lar­ru­ga

sStraats­burg

3 De Zaak der Lou­ru­ne­straat

tooneelsp-1 ver­tolkt door

MAURI­CE CHE­VA­LIER

4 De Dame van bjj Maxim’s

blij­spel ver­tolkt door

Mar­cel LE­VESQUE en Pina ME­NI­CHEL­LI

Tij­dens de Poos

Réci­taal voor Orgel

Se­mai­ne pro­chai­ne

LE FILM SEN­SA­TI­ON­NEL

THE PIRE PATROL

(La Pa­trouil­le de Feu)

Gran­de tragédie de la mer

Grand succès î Grand succès î

De Dame van bij Maxim’s

De môme Cre­vet­te, die van geen klein ge­rucht ver­vaard is, heeft be­slo­ten haar vriend Co­rig­non te « los­sen » en deze is er geen zier kwaad om, ge­zien hij zich gaat ver­lo­ven met Cle­men­ti­ne, nicht van Ge­ne­raal Pe­ty­pon.

Op ze­ke­ren avond laat de neef van ge­zeg­den, — de later Pe­ty­pon — zich door zijn vriend Mon­gi­court mee­sleepen om bij Maxim aan te lan­den en na een heel reeks ge­beur­te­nis­sen de môme Cre­vet­te onder het ech­te­lijk dak mede te voe­ren; iets waar­van hij dén an­de­ren mor­gen zich zelf geen re­ken­schap kan geven. Plots hoort de man de wei­nig aan­moe­di­gen­de stem van Mme Pe­ty­pon.

De môme Cre­vet­te heeft een inval: zich ver­ber­gend; zal zij de vrouw doen ge­looven aan den wensch van den een of an­de­ren geest die haar ver­kon­digt omdat zij heen moet gaan, voor een mys­tie­ke reden. Wat zij dan ook vol ver­voe­ring doet! Daar valt plots Géne­raal Pe­ty­pon du Grèle bin­nen en neemt de môme Cre­vet­te — die hij hij zijn neef niet had ge­kend, daar hij toen in Afri­ka was — voor de vrouw van Pe­ty­pon en spreekt zon­der meer van beide mede te nemen om de ver­lo­ving te gaan in­ze­ge­nen van Cle­men­ti­ne en Co­rig­non.

Ver­ba­zing van de môme Cre­vet­te vel­r­ne­mend dat haar min­naar gaat trou­wen, en na­tuur­lijk neemt zij de uit­noodi­ging aan, ter ont­zet­ting van Dr Pe­ty­pon die niet meer weet wat te be­gin­nen.

De te­rug­keer van Mevr. Pe­ty­pon brengt nog meer ver­war­ring en na een boel voor­val­len zal Ma­da­me Pe­ty­pon, na­tuur­lijk on­we­tend door­gaan voor de vrouw van Mon­gi­court.

Tn het kas­teel van Ge­ne­raal Pe­ty­pon du Grèle wordt her­tog Guy de Val­md­n­te smoor­lijk ver­liefd op de môme Cre­vet­te die als luch­ti­ge Pa­ri­si­en­ne in het pro­vin­cie­plaats­je een heel be­roe­ring ver­oor­zaakt. De Ge­ne­raal ver­rast heide in een ver­liefd tête-à-tête en hij ver­wijt zijn neef zöo « ver­draag­zaam » te zijn. Een dak­pan: Mevr. Pe­ty­pon keert weer en de stem­ming is ge­bro­ken. Zij heeft ech­ter de stel­li­ge over­tui­ging dat de môme Cre­vet­te de vrouw is van den Ge­ne­raal!

Tn­tus­schen vindt de môme Cre­vet­te Co­rig­non weer en beide be­slui­ten te vluch­ten. Zoo zal Dr Pe­ty­pon ein­de­lijk van die vlucht vin­den. Maar... de Ge­ne­raal heeft lont ge­ro­ken van die vlucht en hij ver­plicht de arme dok­ter de­ge­ne ach­ter­na te zette die hij voor Mevr. Pe­ty­pon houdt.

i. Co­rig­non zal de nicht huwen van den Ge­ne­raal.

s. Dok­ter Pe­ty­pon zal zijn spi­ri­tis­me-vrouw be­hou­den, be­schaamd als niet één.

3. De Ge­ne­raal zal naar de gröote manœuvers trek­ken in ge­zel­schap van de môme Cre­vet­te.

Im­pri­me­rie da Cen­tre, 26. Rem­part Kip­dorp, An­vers


POUR AVOIR UNE BIÈRE BONNE ET SAINE

Adres­sez-vous à la Bras­se­rie

VAN HOM­BEECK

BER­CHEM - Tél. 5210

niEl­lES en BOU­TEIL­LES - en FUTS

HA­BIL­LEZ

KOS

EN­FANTS

BRI­TAN­NIA

17, Lon­gue rue d’Ar­gi­le

Mai­son BERTH Y

106, rue de l’Eg­li­se, 106

Tff

Grand choix en tou­tes sor­tes de

FO XJFt­Fl U FIES

Man­teaux et casaquins à par­tir de fr. 37 5

U lon­r­ni­i­i­irc (léiimi li­i­i­i­i­inoHle

12, rue Van Ertborn Tél. 202/ AN­VERS Tél. 202

Agen­ce pour la Pro­vin­ce d’An­vers du Vrai “FERO­DO”

Agen­ce pour An­vers des Rou­le­ments à bil­les S. K. F.

Agen­ce générale pour la Bel­gi­que du Dia­mond et Noble’s Po­lish

La seule mai­son de la place four­nis­san . aux ga­ra­ges aux prix de gros

PHO­TO­GRA­VEURS

DES­SI­NA­TEURS

Champ Vle­mi­nekx à AN­VERS

Te lé pm • 9209

FILM-RE­VUE

8 uur 30. — Ik ont­bijt met Mr. W. en Mr. G., mijn re­gis­seur. Wij kou­ten over New-York en over het Christ­mas-feest. Wij zit­ten op het ter­ras van het hotel dat ins­ge­lijks op de zee uit­geeft en een zoel bries­je waait ons toe. Men waant zich niet in vol­len Zomer. Er ver­toe­ven hier vele jonge meis­jes die mij schij­nen her­kend te heb­ben, zóó ver­won­derd kij­ken zij mij aan. En aan de ont­bijt­ta­fel is dit alles be­hal­ve on­aan­ge­naam; de ge­rech­ten heben mij niet ge­smaakt.

10 uur 30. •— Ein­de­lijk op de plaats van ons ar­beids­veld aan­ge­ko­men, wor­den wij er op­ge­wacht door twee ge­zel­schap­pen: het eene be­staan­de uit in­boor­lin­gen, het an­de­re uit toe­ris­ten. Tus-schen deze laat­ste be­vond er zich een oude gent­le­men die tabak kauw­de en wiens kin­ne­bak­ken geen oog­en­blik roer­loos stond.’ Dit vond ik zon­der­ling. Ik dacht bij me zelve: ein­de­lijk heb­ben we de eeu­wig­du­ren­de be­we­ging ont­dekt. Zeer ver­trou­we­lijk ver­tel­de hij mij dat hij een sce­na­rio had ge­schre­ven. Hij was

9 uur 30. — Mr. G. ver­trekt en ik ga ver­der het land in voor ons film­werk. De hier heer­schen­de tro­pen­bloei is wer­ke­lijk prach­tig. We nemen ver­schei­de­ne zich­ten van mooie palm­boo­men.

volop in het vuur zij­ner uit­leg­gin­gen toen de re­gis­seur mij aan­riep dat men met draai­en ging be­gin­nen.

10 uur 45. — De me­nig­te drong zich al meer en meer te saam, zoodat het


moei­lijk werd ze uit het op­na­me­veld te hou­den. Ik had nog eeni­ge oog­en­blik­ken tijd en zette mij op een boom­stronk neder. Ik hoor­de plot­se­ling een gil en sprong weer recht. Op een paar voet van mij kroop er een slan­ge­tje. De oude gent­le­man, die het sce­na­rio had ge­schre­ven dood­de het met zijn wan­del­stok, en de lady die daar had ge­gild be­weer­de dat het gif­tig was. Een kwart uur lang luis­ter­de ik naar het sce­na­rio van mijn red­der. Dit wil zeg­gen dat hij het zeer wel ver­tel­de.

11 uur. . . Ik draai­de een zeer dra­ma­tisch tooneel: een vecht­par­tij met

Mr. L... In het mid­den van den strijd werd mijn dia­mant­steen uit mijn ring ge­wron­gen, maar ge­luk­kig vond ik hem al spoe­dig weer. Hij was mij door eene tante ge­ge­ven, en het was een zeer waar­de­vol stuk. Wij stop­ten en gin­gen allen op zoek.

11 uur 45. . . Hij werd door de oude gent­le­man ge­von­den. Eerst redde hij mij van eene gif­ti­ge slang en twee­dens vond hij mijn dia­mant­steen weer. Dit was vol­doen­de om hem mijn adres te geven en ver­zocht hem mij zijn sce­na­rio naar mijn home te New-York te zen­den. Ik wil hopen dat het eene ge­schik­te ge­schie­de­nis weze. U ziet, dat ter­wijl hij aan ’t ver­tel­len was, ik met mijne ge­dach­ten el­ders ver­toef­de, daar ik voor ’t oog­en­blik nog even­veel van zijn sce­na­rio af­weet dan één uur te voren.

12 uur. — Een voor een trok een­ie­der ste­de­waarts om te gaan lun­chen, en uit de auto werd het noodi­ge pro­vi­and ge­haald; äl spoe­dig damp­te de kof­fie over het aan­ge­leg­de kamp­vuur en zaten wij sma­ke­lijk te eten. Eene klei­ne jon­gen bleef ons ver­bluft be­kij­ken. Hij deed zoo ver­baasd, dat ik ver­on­der­stel­de dat hij ons voor ’n soort halve góden moest aan­zien. Ein­de­lijk noodig­den wij hem uit met ons te komen mee eten. Hij deed zich zóó te goed dat wij dach­ten ie­mand voor ons te heb­ben die in geene week nog iets over zijne lip­pen had gehad. Hij kon iets lan­ger dan een halve meter zijn, en toen wij hem vroe­gen wat hij deed, ver­tel­de hij ons zon­der blik­ken noch blo­zen, dat zijn le­vens­doel (?) was eene ki­ne­mas­tar te wil­len wor­den. En om een be­wijs van zijn ta­lent te geven trok hij al­ler­lei lee­lij­ke ge­zich­ten.

Zijn eeni­ge schat die hij bezat en ons toon­de, was een oud pen­ne­mes, en hij ver­tel­de ons dat hij het van eene ki­ne­mas­tar had ge­kre­gen. Van wie wist hij niet te zeg­gen. Hij had zoo­veel sproe­ten als We­sley Barry, maar zijne vrien­de­lijk­heid deed ons zijn on­aan­ge­naam ui­ter­lijk ver­ge­ten.

2 uur. — Ik stap­te in de auto en ging mijn zwem­kos­tuum aan­trek­ken. We zou­den terug gaan ar­bei­den en eeni­ge wa-ter­toonee­len draai­en. Ge­du­ren­de een uur of wat ver­maak­te ik mij uit­ste­kend, juist tot­dat het sproe­ten­jong mij ver­tel­de dat er som­tijds haai­en aan dit strand aan­we­zig waren. We dach­ten in­eens de rug­vin van een zee­tij­ger ge­zien te heb­ben en op min­der tijd dat ik ver­tel­len kan, was onze zwem­par­tij op dit kust­ge­deel­te af­ge­loop­en. Deze toonee-len heb­ben wij later aan een ander strand ge­draaid, waar men geene haai­en kende.

4 uur. — Het werd stil­aan tijd om aan het Christ­mas-feest te gaan den­ken. We be­slo­ten de ar­beids­dag dan maar als geëin­digd te aan­zien, en sloe­gen de weg naar het hotel in.

4 uur 30. — Ik sliep tot het uur van het diner. Er zou dien avond eene schit­te­ren­de par­tij ge­ge­ven wor­den en ik wilde mij frisch ge­voe­len.

6 uur 30. — Het gan­sche ge­zel­schap di­neer­de in een pri­vaat salon, en we reik­ten el­kaar de noodi­ge ge­schen­ken over. Ik had tij­dens de af­ge­loop­en dagen al mijne vrije oog­en­blik­ken aan win­ke­len be­steed. Ik heb U nog ver­ge­ten te zeg­gen dat wij de oude gent­le­man en het sproe­ten­jong had­den uit­ge­noodigd. Zij ver­klaar­den zich ui­terst wel ver­maakt te heb­ben.

8 uur. — We gin­gen al kou­tend nog een uur­tje wan­de­len aan het strand. Het was een he­melsch prach­ti­ge avond en ik kon mij maar niet voor­stel­len dat het Kerst­avond was, zoo zacht en zoel wa# de lucht, noch warm noch koud.

9 uur. — We gin­gen naar de bal­zaal en dan­sten. Ik denk wel tien pond in ge­wicht ver­lo­ren te heb­ben. De oude gent­le­man is een won­der­lijk goed wal­ser — de beste van het hotel.

12 uur mid­der­nacht. — Ik was zeer ver­moeid en tracht­te naar mijn bed. Sinds jaren had ik niet meer zoo­veel

FILM-RE­VUE

ge­danst. Tel­ken­ma­le ik schrijf: Christ­mas is hier, en waar ik mij ook moge be­vin­den, houd ik er aan mij in ge­zel­schap te be­vin­den. En als ik Christ­mas

in mijn home door­breng, dan komt moe­der uit Texar­ka­na mij ver­ras­sen. Ik wilde dat zij het mor­gen ook kwam doen...

NEMO.

PA­RA­MOUNT­VER­HAAL

(à âk

NS doel was HOL­LY­WOOD. Zoo-als velen wil­den wij ook eens de be­roem­de film­stad be­rei­ken. Wij waren wel be­kend als EEN GROOT MAN, maar toch, om daar te komen, moesten wij zooals ge­woon­lijk DE OMWEG maken. Eerst maak­ten wij een tocht­je per auto en reden 100 PER UUR, waar­door wij den bij­naam kre­gen van de WE­RELD­KAM­PI­OEN. Al­ler­lei schil­der­ach­ti­ge stre­ken reis­den wij door tot­dat wij

ONDER DE SPAAN­SCHE ZON kwa­men. Daar wer­den wij voor­ge­steld aan den Ko­ning en moesten OP DE TRE­DEN VAN EEN TROON onze voe­ten zet­ten. Wij waren zeer ver­eerd over deze lieve at­ten­tie en namen daar­na hof­fe­lijk af­scheid.

Onzen tocht was nog ver van ten einde. Voor­al­eer Eu­ro­pa te ver­la­ten wil­den wij ook eens een stie­ren­ge­vecht bij­wo­nen en wend­den ons tot een ze­ke­re SPAAN­SCHE DAN­SE­RES, welke wij 15 FRANK PER UUR be­taal­den om ons te ge­lei­den naar die BLOE­DI­GE ARENA'S. Wij maak­ten eerst ken­nis met haar zus­ter RE­GI­NA en haar GROOT­VA­DER. Daar­na be­ga­ven

wij ons naar de ver­toon­in­g_ Na ons

goed ver­maakt te heb­ben, namen wij af­scheid en namen den trein naar Na­pels, in ge­zel­schap van een ze­ke­re ZAZA en een lief kind, bij­ge­naamd BELLA DONNA. Deze laat­ste ver­haal­de ons de ge­schie­de­nis van DE 8e VROUW VAN BLAUW­BAARD, wel­ker man haar DE 10 GE­BO­DEN op­leg­de en daar­na over haar een T ZIGA AN­SCHE GE­RECH­TIG­HEID uit­oe­fen­de. Het was een wree­de his­to­rie welke ons lang bij­bleef. Ein­de­lijk waren wij te Na­pels en namen af­scheid... De merk­waar­dig­he­den der stad wer­den be­zocht waar­na wij ons ter ruste

leg­den AAN DEN VOET VAN DE VE­S­U­VI­US. Des an­der­daags zou­den wij scheep gaan. Wij zoch­ten, na een ver-kwik­ken­den slaap, een schip­per op, die den naam droeg van MORAN DE ZEE­MAN. Wij be­taal­den een goe­den prijs en scheep­ten in. ZIJN GROOTE BROER

stond aan het roer en ei­sch­te van ons een BORG­TOCHT. Met ple­zier gaven wij die en zaten wel­dra in volle zee. Wij zou­den kun­nen zeg­gen dat wij een voor­spoe­di­ge reis had­den, ware het niet dat wij een oog­en­blik- VER­LO­REN OP DEN OCE­AAN waren en IN DEN WER­VEL­STORM zaten, doch, wij had­den geluk en kwa­men in Ame­ri­ka aan. Wij wer­den er goed ont­van­gen, het­geen ons moed gaf om een ver­der ge­luk­ki­ge reis. In den trein, boven ons hoofd, ben­gel­de een VER­GUL­DE KOOI waar­in DE SPER­WER, be­ken­de roof­vo­gel, ge­van­gen zat; hij treur­de als DE EEN­ZA­ME in de woes­tijn; was dit een slecht voor­tee-ken? Wij stel­den ons spoe­dig ge­rust, want al waren wij bij­ge­loo­vig, onze vrees was spoe­dig ver­dwe­nen.... Ver­der ging onzen tocht__ langs een plaats be­roemd om

HET GE­HEIM DER WITTE VAL­LEI.

Al­ler­lei ver­ha­len daar­om­trent deden de

ron­de__ Dat er eens DE WIEG stond

van een pas­ge­bo­ren kina, waar­na de ge­heim­zin­ni­ge ver­dwij­ning van het­zel­ve, door toe­doen van de moe­der, en deze HET SCHAND­MERK met zich droeg, als­ook den bij­naam kreeg van DE VROUW MET DE VIER MAS­KERS, er een slui­er ge­w­prpen werd over die val­lei en men nooit meer iets daar­over ver­nam. Wan­neer wij die plaats voor­bij stoom­den wer­den wij som­ber ge­stemd, ge­luk­kig was het maar _ EEN WOLK DIE VOOR­BIJ DREEF. Ein­de­lijk had­den wij het groot­ste ge­deel­te van onze reis af­ge­legd. Wij ver­lie­ten onzen trein en slo­ten ons aan

bij DE KA­RA­VAAN NAAR HET WE­S­TEIN, be­staan­de uit lie­den welke zich TOT DEN LAAT­STEN MAN zou­den

laten dooden, moesten zij aan­ge­val­len wor­den; zij be­rie­pen zich op HET RECHT TE BE­MIN­NEN en den een noem­de den ander ZIJN BEST­F1 VRIEND. Ten lange laat­ste waren wij toch in Hol­ly­wood en kwa­men in ken­nis met al de film­art­d­sten der maat­schap­pij PA­RA­MOUNT.


Vrije Tri­buun

PRIJS­KAMP OF LO­TE­RIJ?

Als re­gel­ma­tig lezer van de Vrije Tri­buun, heb ik reeds dik­wijls klach­ten ge­hoord over de slech­te mu­ziek­be­ge­lei­ding tij­dens het af­rol­len van fil­men; maar hier, vrije tri­bu­nis­ten, wil ik u eens wat an­ders ver­tel­len, aan­gaan­de de prijs­kamp van de te win­nen foto’s van f il mar­xis­ten.

In ze­ke­re Ki­ne­ma E..., te N..., waar men ook « Film-Re­vue » ver­koopt, las men ook de prijs­kamp hier­bo­ven ver­meld, maar moei­lijk was het niet voor een lief­heb­ber van het witte doek om de op­los­sing te vin­den. Doch in ze­ke­re Ki­ne­ma was het nog ge­mak­ke­lij­ker: daar liet men dood­een­vou­dig de op­los­sing op het doek ver­schij­nen.

Se­dert wan­neer zijn de ki­ne­ma­besf­cuur­ders vrij iets, dat de re­dak­tie al­leen aan­gaat, te dwars­boo-men en er een al­ge­mee­ne lo­te­rij van te maken?

Ik vind goed dat eein ki­ne­ma rek­laam maakt voor zijn fil­men, doch keur af, dat een prijs­kamp, waar­in de re­dac­tie ieder ki­ne­ma­lief­heb­ber in staat stelt aan mede te din­gen, ge­boy­cot­teerd wordt.

Het ware te hopen, dat de re­dac­tie, in­dien zulks in haar macht ligt, die ki­ne­ma-ei­ge­naars eens goed op hun plaats zou ze ~n, want an­ders zou men nog meer soort­ge­lij­ke ge­val­len krij­gen.

Ik schrijf deze. re­ge­len niet uit af­gunst tegen de ki­ne­ma­be­stuur­ders, maar enkel opdat zij m de toe­komst der­ge­lij­ke mop­pen niet meer zou­den uit­ha­len om er een. lo­te­rij van te maken.

Ox­ford F. C. for over.

P. S. — Bo­ven­staan­de is geen ver­zin­sel, doch waar­heid, want met eigen oogen kon ik mij ervan over­tui­gen.

KUNST

Ik be­vind mij vóór de af­fi­chen van ze­ke­ren ki­ne­ma. Er staat te lezen in groote kloef­let­ters. dat e

Komt zien! Het ze­ven­de we­reld­won­der! Film zus en zoo, met ster zus en zoo! 500 paar­den, 800 fi­gu­ran­ten, ver­der 20.000 kilos plaas­ter, 800 kg. bou­ten en na­gels, enz., voor het op­rich­ten van het slot van Pa­ta­go­ni en an­de­re.

Wat al bom­bastrek­laam! Van de ac­teurs, en voor­al van de 2de rang­spe­lers, wordt niet ge­waagd. Bij­zaak!

Som­mi­ge men­schen nemen ook al hup­pe­len­de ju­her­tjes in bad­kos­tuum of in een mooi toi­let ge­sto­ken voor kun­ste­naars uit de « stil­le kunst ». « Zaakies zijn zaakies », la­chen de be­stuur­ders in hun vuist.

Het men­sch­dom wii] be­dro­gen zijn!

Ai­gret­te.

ROO­KEN

Ik lees in een plaat­se­lijk dag­blad, dat de bur­ge­mees­ter van Ant­wer­pen eraan denkt een be­sluit uit te vaar­di­gen, het roc­ken in de ki­ne­ma’s ver­bie­den­de.

Ik zie de ge­zond­heid van dit be­sluit in het ge­heel niet in.

Trou­wens, dik heb nog nooit een ver­toon­ing ge­zien, die door veel­vul­dig roo­ken werd on­der­bro­ken of be­lem­merd.

Waar dit even­wel zou kun­nen plaats vin­den is het te wij­ten aan slech­te ver­luch­ting.

Deze maat­re­gel zou slechts tot ge­volg heb­ben dat vele toe­schou­wers de ki­ne­ma­za­len ont­vluch­ten.

Zou de heer bur­ge­mees­ter niet beter doen eerst het pu­bliek en ki­ne­maei­ge­naars te raad­ple­gen?

Ha­ve­laar.

N. B. — Ik ben zelve geen harts­toch­te­lijk roo-ker. Verre van mij hei roo­ken aan te wak­ke­ren, wil ik toch aan ze­ke­re toe­schou­wers het on­schul­dig ge­noe­gen laten hun ge­moe­de­lijk pijp­je, si­gaar of si­ga­ret te roo­ken.

Drom­mels, waar blijft an­ders onze per­soon­lij­ke vrij­heid.

TE HO­BOKEN

Op be­zoek zijn­de bij een vrien­din te Ho­boken, was ik in de ge­le­gen­heid. Za­ter­dag, voor de eer­ste maal een ki­ne­ma dezer ge­meen­te te be­zoe­ken. Ik stel­de me reeds, vóór het bin­nen­gaan, een schuur voor. Maar wat een ont­goo­che­ling! Een pracht van een zaal, een wel met bloe­men ver­sierd wan­del­ter­ras, en dan hoe lus­tig, als tijd­ver­drijf, het genot der jonk­heid: den dans.

Acht uür. De bel klinkt. Wij be­zet­ten onze plaat­sen, in een ge­mak­ke­lij­ken zetel, en klets! daar is het begin: « Toort­sen in ge­vaar ». Nooit ben ik meer me­de­ge­sleept ge­wor­den dan met dien film. Heel de zaal snik­te en waar­lijk, mijn tra­nen ble­ven niet ten ach­ter. Wat een pracht van een band! Wat de ont­roe­ring nog kwam ver­groo-ten, was de puike be­ge­lei­ding van het or­kest, het­welk voor ge­lijk welke ki­ne­ma of zaal van Ant­wer­pen niet moet ten onder doen.

Waar­lijk de Ho­boke­na­ren mogen trotsch zijn der­ge­lij­ke ki­ne­ma in hun ge­meen­te te be­zit­ten, want nooit heb ik een beter ki­ne­ma-avond ge­kend dan deze.

Wat ik ver­won­der­lijk vond. was dat de vol­gen­de week « De Spaan­sche Dan­se­res » zou ver­toond wor­den, een film van eer­ste ge­hal­te. Wat een bij­val voor zulk een ki­ne­ma. Gansch mijn lof.

Med­in­tje.

GEK­HEID

Lees in « Ki­ne­ma- en Tooneel­blad », van 31 Oc­to­ber j.l., de bi­o­gra­fie, en ge zult, o harts­toch­te­lij­ke be­won­de­raar, ver­ne­men welke de lie­ve­lings-cij­fers zijn van Mar­gu­e­rit­te de la Motte.

Ik ben een zeer een­vou­dig wezen, maar bezit, meen ik, ge­noeg ge­zond ver­stand om zoo*n hoogst ge­voe­lig ba­lans­je in be­we­ging te bren­gen, dat bij de apo­the­kers in een gla­zen kast­je staat, en houd er lie­ve­lings­bloe­men, lie­ve­lings­geu­ren, lie­ve­lings­kleu­ren, lie­ve­lings­schrij­vers, lie­ve­lings­fil­mers sters). lie­ve­lings­boe­ken en lie­ve­lings­men­schen op na.

Lie­ve­lings­cij­fers? Neen, die weel­de zul­len zich enkel fil­mers-met-hooge-sa­la­ris­sen kun­nen ver­oor­lo­ven. Want ik ver­on­der­stel: Miss de la Motte stapt in een tram­wa­gen (of heeft ze mis­schien een auto?), vraagt «ver­bin­ding». «Zoo­veel cen's », zegt de re­ce­veur. 'Ik heb niet het flauw­ste ver­moed­den van wat een tram­rit­je in Hol­ly­wood wel kos­ten mag, maar t is een ver­on­der­stel­ling, dus: vijf cents. « Och neen, ant­woordt Miss de la Motte daar­op, mijn Lie­ve­lings­cij­fers zijn 22 en 24, dus 46 cenls, sir! »

Zóó gaat het dan ook met alle ver­de­re aan­koo-pen. Al­leen., als een voor­werp meer kost, zal ze waar­schijn­lijk niet af­bie­den...

FILM-RE­VUE

Ik geef toe dat ro­man­ti­sche men­schen Lieveïings-let­ters heb­ben, hoofd­let­ters. Bijv.: de eer­ste let-4er van uw heids voor­naam... Maar lie­ve­lim­gs­cij-fers? Ik ben niet zoo on­be­schei­den mij af te vra­gen, welke her­in­ne­rin­gen aan die be­wus­te drie twee­tjes en één vier­ken mogen ver­bon­den zijn, of welke ge­heim­zin­ni­ge be­koor­lijk­he­den voor­noemdé cij­fers in de zwie­rig­heid hun­ner krul­len mogen ver­bor­gen hou­den... Ik heb ige­zegd, dat ik een zeer een­vou­dig wezen ben, mis­schien zóó een­vou­dig en al­le­daagsch dat mijn ver­stand veel te be­krom­pen is om te be­grij­pen, dat er ster­ve­lin­gen ge­voe­lig, lief­de­vol en... dwaas ge­noeg kun­nen zijn om cij­fers te ver­troe­te­len!

Mo­der­ne rek­laam?

Jo­han­ne C. Förster.

HET OR­KEST IN DEN KI­NE­MA

Beste le­zers en le­ze­res­sen, daar­over wil ik u even spre­ken, want het or­kest in den ki­ne­ma wordt te wei­nig er­kend door zijn be­zoe­kers. Er zijn vele lie­den, welke er geen acht schij­nen op te slaan, die tij­dens een uit­voe­ring maar al­toos ver­der bab­be­len en die er zi’ten juist alsof er geen or­kest be­stond. Is dit in hun oogen dan zulke nul­li­teit? En noch­tans, ver­on­der­stel­le men zdch eens een ver­toon­ing zon­der ééne noot mu­ziek. Ik ben ervan over­tuigd dat de film, welke men als­dan zoude af­rol­leu, de helft van zijn waar­de zou ver­lie­zen. Im­mers, wat zou het een­to­nig zijn bij een spra­ke­looze voor­stel­ling dan even­eens geen enkel mu­ziek­stuk 'en ge­hoo­re te krij­gen! Denk nu ech­ter niet dat ik wil be­doe­len dat alle mu­ziek goed is om een film te be­ge­lei­den. Oh neen, verre van­daar, want het zou groote­lijks mis­ha­gen tij­dens een hart­roe­rend drama eeni­ge Jas­z­ban­da­ria’s op zijn maag te krij­gen.

Het is dan ook van het al­ler­groot­ste be­lang, dat de orkes’lei­der zoo­veel mo­ge­lijk zorge voor een goed ge­ko­zen mu­zi­ka­le aan­pas­sing.

Maar, zult ge op­wer­pen, ie­mand die zoo­veel acht slaat op het or­kest, zal zeker niet veel mee­dra­gen van het­geen op het witte doek voor­ge­steld wordt. Doch, ik ver­ze­ker u, beste le­zers en le­ze­res­sen, dat, al­hoe­wel geen en­ke­le be­we­ging op het wife scherm aan mijn blik­ken zal ont­snap­pen, even­zoo geen en­ke­le noot mu­ziek voor mijn oor ver­lo­ren gaat.

Mijn leus is en blijft al­toos: « Een puik or­kest, prach­ti­ge fil­men en een kun­sti­ge mu­zi­ka­le be­ge­lei­ding zijn al­tijd aan­ge­naam! » Ta­ta­ke.

KIN­DE­REN IN DE KI­NE­MA

is ie's dat over­bo­dig is en best ge­mist kan wor­den. Waar­om kin­de­ren me­de­bren­gen tot last van an­de­ren, en die hui­len dat hoe­ren en zien ver­gaat? Ge­luk­ki­ge be­zoe­kers, die er het dichtst­bij zit­ten.

Ik zou hun ge­zicht wel eens wil­len zien. Enfin, ge zoudt er wel ge­zich­ten van trek­ken, ’t Is waar­lijk hin­der­lijk, haast niet om ui1 te staan, dat ge­schreeuw van die kleu­ters. Ik heb het ver­le­den Zon­dag­na­mid­dag nog on­der­von­den, toen de film « De Klei­ne Lord » ge­draaid werd. ’t Was kin­der -kon­cert, ge­loof ik. Er werd ge­huild, zoo erg dat Mary Pick­ford ervan ze­nuw­ach­tig werd (het leek wel of zij de bib­ber­koorts kreeg), iets wat aan­lei­ding gaf tot flui­ten en stam­pen (ook weer ie s on­ver­draag­lijk. en nog wel door groote men­schen, wat haar al gauw tot be­da­ren bracht.

Maar waar­om toch met zulke las­ti­ge kin­de­ren naar de ki­ne­ma komen? Hoe kan men van een kind ver­lan­gen drie uur aan één stuk stil te zit­ten? Da" is iets on­mo­ge­lijks voor een kind. Men, kan het hun niet kwa­lijk nemen. Maar ik vind, dat de ou­ders ver­stan­di­ger moesten wezen: men kan een

kind toch niet over­al bin­nen­bren­gen, en ik denk wel dat moe­der thuis ki­ne­ma ge­noeg heeft bij haar kleu­ters.

Dat men, zooals Mej. So­lan­ge voor­stel­de, een film apart zou draai­en voor moe­ders met hun klei­nen, ds ie s dat nooit tot stand zal komen; maar dat men dan een re­ge­ling tref­fe, zooals op vele plaat­sen: geen toe­gang voor kin­de­ren be­ne­den de zeven jaar. Zou zulks niet on­ein­dig beter wezen? Ze be­grij­pen toch niets van wat ze zien. En zoo het regel ware: geen toe­gang be­ne­den de 14 jaar — al­leen voor ' uit­zon­de­ring, be­doel ik want ie­de­re film is n;et ge­schikt voor meis­jes be­ne­den de 14 jaar — het ware heu­sch zoo slecht niet, voor­al voor de he­den­daag­sche we­reld. Men hoort en ziet toch ge­noeg, en der ge­lij­ke toonee­len geven voor kin­de­ren niets an­ders dan aan­stoot: ze be­grij­pen het maar half of... juist ver­keerd, iets dat nu ook niet noodig is.

Hier­bij ein­dig ik, ho­pen­de dat het kin­der­mu­ziek voort­aan thuis zijn gang moge gaan en dat de ki­ne­ma­be­zoe­kers van hun las­ti­ge zang­no­ten mogen ver­schoond blij­ven. Had-je-me-maar.

EEN MO­DEL­KI­NE­MA

Laatst­le­den Zon­dag was ik, na een lange af­we­zig­heid, in mijn ge­boor­te­dorp te­rug­ge­keerd en had een aan­ge­na­me ver­ras­sing. Ge­trou­we lezer zijn­de van « Film-Re­vue » wil ik nu in dit aan­ge­na­me week­blad die ver­ras­sing eens me­de­dee­len.

Ik was vroe­ger een re­gel­ma­tig be­zoe­ker van Ci­ne­ma Géant en dus kon het n'et an­ders of ik ging weer eens daar een be­zoek bren­gen. Hoe stond ik te kij­ken wan­neer ik de zaal bin­nen­trad: Was dit de « Géant « van vroe­ger? Welke ver­an­de­ring! Welke ver­sie­ring! 5&elke aan­ge­na­me ze­tels! Maar wan­neer ik het or­kest hoor­de, een or­kest van 10 mu­zi­kan­ten, dan kon ik mijn ooren niet ge­looven. Was ik nu in een ge­meen­te bui­ten de stad of in de stad zelve? Wat meer, op het pro­gram­ma stond « De Spaan­sche Dan­se­res », een su­perf lm van Pa­ra­mount, de­wel­ke op het oogen-blik nog maar al­leen in de eer­ste kfas ki­ne­ma’s ver­toond werd. Deze film werd be­ge­leid met een spe­ci­a­le mu­ziek­aan­pas­sing. de­wel­ke de goed­keu­ring ver­wierf van het pu­bliek. Doch, een n eu­wig-heid is zeker wel de dans­zaal, pa­len­de aan de ki­ne­ma­zaal, en waar de be­zoe­kers tij­dens de poos, gra­tis, een flik­ker kun­nen slaan op de mu­ziek van een puike or­ches­tri­on.

Ik geef dit als voor­beeld aan vele ki­ne­ma­be-stuur­ders. Wat ver­langt het pu­bliek? Aan­ge­naam ont­haald te wor­den op goede fil­men, de­ge­lijk or­kest en te zit­ten in ge­mak­ke­lij­ke ze­tels.

Wan­neer de be­stuur­ders van ki­ne­ma’s d t alles ter harte trek­ken dan zul­len zij steeds volle zalen lok­ken even­als de « Géant » van Ho­boken.

Ik las ook een plak­kaart van een tooneel­troep welke bij ver­gis­sing ge­schre­ven had « Stad Ho­boken », maar na mijn be­zoek aan ge­mel­de ki­ne­ma had ik den in­di­uk dat ik wel de­ge­lijk in een stad was. Ho­boken for Ever.

Ons Pho­to­hoek­je

NOU G A ont­ving gra­tis de photo van Su­zan­ne Christy, post­kaart­for­maat, na 2 dagen.

DHÉLIA ont­ving de pho­tos van:

Ge­ne­viève Félix, na 2 weken, post­kaart­for­maat, ver­ge­zeld van een lief schrij­ven, tegen ver­goe­ding van 2 fr.

Gina Relly, for­maat 20x25, na 10 dagen, tegen ver­goe­ding van 2 fr.

Ramon Na­var­ro, gra­tis na 3 maan­den en 3 dagen, for­maat 35x45.

Mary Miles Min­ter, for­maat 30x40, gra­tis, na 2 maan­den en 16 dagen.


ROQUE

'"jgX OD LA ROQUE heeft 1 7, van |\y zijn 24 jaar, door­ge­bracht op tooneel en ci­ne­ma; het was enkel wan­neer hij de rol ver­tolk­te van « Dan Mc Ta­vish » in Cecil de Mille’s « The Ten Com­mand­ments », dat hij eerst op den voor­rang kwam.

Deze, nu in aan­zien ko­men­de ar­tist, is ge­bo­ren te Chi­ca­go ten jare 1898. Hij begon zijn tooneel­loop­baan op zijn 7de jaar en de­bu­teer­de met Wil­lard Mack, Na twee jaren kin­der­rol­len ge­speeld te heb­ben keer­de hij terug tot de school. Daar­na deed hij een om­reis met een num­mer voor de mu­sic-hall. Dit kont­rakt ten einde, vol­bracht hij zijn studiën en kwam terug aan het the­a­ter, maar dit­maal in een ope­ret­te. Zijn de­buut op het stil­le tooneel was bij de Essanay Co. Een wei­nig daar­na speel­de hij reeds met menig groote ar­tis­te.

Lang duur­de het ech­ter eer hij «star»-rol­len te ver­vul­len kreeg; steeds werd

hij aan­ge­duid om oude rol­len te ver­tol­ken; dit werd hem zoo’n gewo/ Le dat hij wan­hoop­te ooit « jong » te \\ _,r-den en toch ver­lang­de hij er zoo naar. Die kans werd hem per toe­val ge­ge­ven. Bry­ant Wash­burn werd ziek, en daar Rod La Roque van het­zelf­de type was, don­ke­re oogen en don­ker haar, gaf men hem de rol van Wash­burn, in een nieu­we film. Sinds­dien werd hij een « lea-ding-man » en is het ge­ble­ven.

Zijn voor­naams­te fil­men zijn: « The Gar­ter Girl », met Co­rin­ne Grif­fith; « Life », « Paying the Piper », « What’s Wrong with the Women », « No­to­ri­e­ty », « The Chal­len­ge », « Slim Shoul­ders », « Jazz­ma­nia » en « The French Doll »; in deze twee laat­ste fil­men had hij als part­ner Mac Mur­ray.

Op het oog­en­blik is Rod La Roque een pa­ra­mount­ar­tist.

Deze ac­teur heeft hooge ide­a­len, en bij­zon­der over de vrouw, de­wel­ke hij

eens denkt te huwen. Hij ver­langt niet dat zijn vrouw een loop­baan zal heb­ben, zij moet enkel voor hem een huis­vrouw zijn. Wan­neer het toe­val wil dat zij een film- of tooneel­speel­ster is, dan zal hij er niet tegen zijn dat zij nu en dan een rol ver­tolkt; is zij een ar­tis­te

Ieen of ander ge­bied, schil­de­ren of ce­ke­nen, dan mag zij in haar vrij­en tijd, wel eens een schil­de­rij of teek­e­ning maken; en moest zij een schrijf­ster zijn, dan zal zij het geluk mogen sma­ken om van tijd tot tijd een no­vel­le te schrij­ven.

edik kan goed be­grij­pen dat een meis-je/die loop­baan niet heel gaar­ne op­geeft », zegt hij, « en bij­zon­der wan­neer zij aan­leg heeft, doch, ik ver­lang daö al­leen van haar dat zij dit ta­lent ge!-4rui­ke enkel voor haar ple­zier. Voor een fa­mi­lie welke op­recht ver­langt ge­luk­kig te zijn is het vol­doen­de dat de man al­leen het brood ver­die­ne. »

Rod La Roque is een wei­nig groo­ter

dan men hem op het witte doek ziet. Hij is 6 voet en 2 duim hoog, hij heeft bree­de schou­ders, en wan­neer men hem ziet gaan denkt men een man voor zich te heb­ben met « Ze­ven-mijls » laar­zen aan. Wan­neer hij ie­mand de hand drukt is het een warme druk, de beteek­e­nis van echte vriend­schap.

Zijn ver­lan­gen om meer te wor­den op het scherm is nu vol­daan. Toen hij slechts 7 jaar oud was, sprak hij reeds van al te leeren wat hij kon, be­trek­ke­lijk het tooneel­spe­len, en die wensch is dan ook be­waar­heid ge­wor­den.

Voor « The Ten Com­mand­ments » (De Tien Ge­bo­den), de sen­sa­tie-film van Pa­ra­mount, heeft hij zijne ui­ter­ste krach­ten in­ge­span­nen, waar­voor hij dan ook door Re­gis­seur Cecil de Mille is geluk ge­wenscht en waar­door hij zeker nog lang bij deze mach­ti­ge Com­pa­ny blij­ven zal. P. D. G.


FILM-RE­VUE

DE OVEM­HI­HIG UAH EEN ECHI­GEHOOT

(La Conquête d’un Mari)

Sen­ti­men­ta­le Co­me­die met MAY MAC AVOY

'Sce­na­rio van Har­vey Thew Naar de no­vel­le van Hec­tor Turn­bull

Tooneel­schik­king van Frank O’Con­nor

l1 E Old Bti­dge woont de lieve Mar-J gu­e­ri­te Mac­ken­sie, met haar twee 'sat ooms: Ge­or­ges en Do­nald Graig. Bei­den zijn heel gie­rig. Al­hoe­wel het hen

niet toe­lacht, be­stem­men zij Mar­gu­e­ri­te aan Jo­seph Dob­bos, zoon van den smid.

Om wat rust te ge­nie­ten, komt de ro­man­schrij­ver Eti­en­ne Ware ze­ke­ren dag te

FILM-RE­VUE

be­slo­ten heeft zoo haast mo­ge­lijk te schei-Old Brid­ge aan. Wan­neer hij ’s nachts een toer­tje doet, wordt hij voor een dief ge­hou­den; ach­ter­volgd en ge­kwetst vlucht hij bij Mar­gu­e­ri­te, die hem ver­zorgt. Om vol­doe­ning te geven aan het men­sche­lijk op­zicht, dwin­gen Mar­gu­e­ri­te’s ooms haar, Eti­en­ne Ware te huwen.

spant met haar samen om het hart van haar zoon te win­nen.

Het is met het lezen van een zij­ner roman’s dat Mar­gu­e­ri­te het mid­del vindt om zich door haar echt­ge­noot te doen lief­heb­ben.

Eti­en­ne moet ten slot­te be­ken­nen, dat zijn vrouw­tje innig be­mint.

Al­hoe­wel het jonge meis­je schoon is, gaat het Eti­en­ne niet goed haar te huwen. Toch heeft deze ver­bin­te­nis plaats. Eti­en­ne, die den, brengt zijne vrouw bij zijne ou­ders. Ma­da­me Ware, in­ge­no­men door de lief­heid en de on­schuld van haar schoon­doch­ter,

Jkif­lBno­aiÿ

48, rue Neuve, 48, BRUS­SEL

Ki­ne­ma­nie­uui­sies

M. LE­ON­CE PER­RET komt de schoo­ne Su­zan­ne Talba te en­ga­geeren om den rol van Kei­ze­rin Eugénie te ver­tol­ken in die firn: cc Ma­da­me Sans-Gène ». Deze film zal ons dus de twee echt­ge­noo-fcen van Na­po­le­on te zien geven.

MONTE SLUE gaat huwen en dit met miss Tove Jan­son, doch­ter van den Noor­weeg­schen ar­tist. Zij zelve is film­speel­ster. Het is dé twee­de maal dat Monte Bleu in het hu­we­lijk treedt. Hij is ge­schei­den van miss Erma Gla­dys.

TE PA­RIJS is in het Ma­g­ador-The­a­ter de Al­ba­tros-film cc Le Lion des Mo­gols » ge­ge­ven ge­wor­den. Deze film is, zooals men weet, ver­tolkt door Ivan Mosjou­ki­ne, Nat­ha­lie Lis­sen­ko en Ca­mil­le Bar­dou, en be­werkt door M. Jean Ep­stein.

HET Ame­ri­kaan­sche oor­logs­de­par­te­ment maakt schik­kin­gen om in het pu­bliek te ver­too­nen de zich­ten ge­no­men per vlieg­tuig van de reis rond de we­reldi. De twee ope­ra­teurs zijn juist te Was­hing­ton aan­ge­ko­men van. den laat­sten tocht, van Seatt­le tot Co­lum­bia. De 22.000 voet film daar­bij ge­no­men zul­len nu bij­een ge­bracht wor­den met de an­de­ren van alle dee­len van de we­reld.

IN DEN GAUMCNT STU­DIO draait men eeni­ge bin­nen­toonee­len van de film cc La Chaussée des Géants ».

ANITA STE­WART keert terug tot het witte doek als een in­boor­lin­ge van de Zuid­zee ei­lan­den. Dit voor de film cc Never the Twain », met Bert Ly­tell als baar lei­ding­man.

LI­LI­AN GISH zal in « The Swan » de hoofd­rol ver­tol­ken, daar Elsie Fer­gu­son van die rol heeft af ge­zien. De laat­ste film van deze lieve ac­tri­ce, « Ro­mo­la », zal kor­te­lings op de markt komen.

DE AAN­PAS­SING van de no­vel­le « Wife of the Cen­taur » van Cyril Hume, is nu vol­le­digd voor Me­tro-GoT­dwyn-May­er. King Vidor is aan de pro­duk­tie be­gon­nen met John Gil­bert, Ele­a­nor Board­man en Ai­l­een Prin­g­le dn de hoofd­rol­len.

EDWIN CA­RE­WE, die ge­ken­de re­gis­seur van de First Na­ti­o­nal, is met een ge­deel­te van zijn ge­zel­schap naar Lon­den ver­trok­ken om eeni­ge toonee-len te nemen voor cc Ma­don­na of the Streets ». Wer­den ge­filmd, plaat­sen zooals «-Strand », « Tra­fal­gar Squa­re » en de kerk cc St. Paul». Zooals wij reeds meld­den, spe­len daar­in de bij­zon­der­ste rol­len, Alla Naz­mo­va en Mil­ton Sills.

FLO­REN­CE TUR­NER heeft New-York ver­la­ten, op weg naar C. ’ifor­nië, om in een Ma­ri­on Da­vies film te spe­len.


Ki­ne­ma­brie­ven­bus

FILM-RE­VUE

]AS­MA­NIA. — Mauri­ce Co­s­tel­lo is ge­huwd; zendt gra­tis zijn photo; adres: c/o Hol­ly­wood

Boul­vard, Hol­ly­wood (Cal.) U. S. A.

N.-B. — We fe­hei­tee­ren u orn uw goed ge­heu­gen, dat in een onzer vol­gen­de num­mers zal be­loond wor­den.

JOPPE. — Mar­gu­e­ri­te de la Motte kan in de Fran­sche of En­gel­sche taal ge­schre­ven wor­den; zendt gra­tis haar photo; adres: 1401, Fair­fax

Ave­nue, Los An­ge­les (Cal.) U. S. A.

N.-B. — Ont­van­gen 1 fr. in post­ze­gels.

HAD-JE-ME-MAAR. — 1) Het ge­vraag­de num­mer kan men zeker nog be­ko­men.

2) Of « Kœnings­mark » hier nog zal ver­toond wor­den is een groot ge­heim. We den­ken ech­ter van wel.

3) Marie Prévost lis in 1898 ge­bo­ren, heeft bruin haar en blau­we oogen * is een ex-ba­thing girl; ge­huwd met Ken­neth Har­lan; adres: 401. South Hamphi­re Boul­vard, Los An­ge­les (Cal.) U. S. A.

N.-B. -— Hoe kort en bon­dig! Erg druk gehad? Een vol­gen­de maal meer, hoor! of...

DHÊLIA. — 1 ) Lila Lee:s de ge­luk­ki­ge moe­der van een baby.

2) Glo­ria Swan­son, voor­naams­te fil­men: « The Im­pos­si­ble Mrs Bel­lew », « Be­yond the Rocks », « Zaza ».

3) Bebe Da­niels is on­ge­huwd.

BOU­BOU­LE. — 1) Betty Comp­son, adres, c/o

Pa­ra­mount Pic­tu­res, 6284, Selma Ave­nue, Hol­ly­wood (Cal.) U. S. A.

2) Marie Prévost, zie adres ant­woord aan Had-je-me-Maar.

3) Gla­dys Wal­ton, adres: 436, South Wes­tern Ave­nue, Los An­ge­les (Cal.) U. S. A.

BLOND KOPJE. -- 1) Ru­dolp­he Va­len­ti­no, adres: c/o Pa­ra­mount Pic­tu­res, 6284, Selma

Ave­nue (Cal.) U. S. A. Voor­naams­te fil­men: « The Sheik », a Blood and Sands », « The Young Rad­jah ».

2) Pola Negri, voor­naams­te fil­men. «The Cheat», «Men», « The Spa­nish Dan­cer»; zelf­de adres als voor­gaan­de.

3) Ruth Roland, als­me­de de twee vo­ri­gen kunt u in de Fran­sche of En­gel­sche taal schrij­ven.

LEK­KER­BEK. — 1 ) jack Holt, adres: Pa­ra­mount Stu­dios, 6284, Selma Ave­nue, Hol­ly­wood (Cal.)

2) Ha­rold Lloyd, adres: 502, Irv ng Boul­vard, Los An­ge­les (Cal.) U. S. A.

3) Bei­den zen­den gra­tis hun photo en die­nen in de En­gel­sche taal ge­schre­ven.

HE­LI­O­TRO­PE. — Mary Phil­bin, adres: 1729 3/4, Wil­cox Ave­nue, Hol­ly­wood Cal.) U. S. A.

LICO. — 1) Harry Piel, is in 1887 ge­bo­ren; zendt gra­tis zijn photo; adres: Kei­ser­damm, 10, Char­lot­ten­burg, (Duil­sch­land). Kan in de Vi­aam-sche taal ge­schre­ven wor­den.

2) André Ro­an­ne, is te Pa­rijs, op 22 Sep­tem­ber 1898 ge­bo­ren; adres: 12, rue Ar­men­gault, Saint Claud (Fran­ce); in de Fran­sche taal te schrij­ven.

3) Betty Bal­four is 21 jaar oud; in de En­gel­sche taal te schrij­ven; adres: 41, Gra­ven Park, Wil­les-den N. W. (En­ge­land).

MARIA. — Vi­vi­an Mal­tin, adres: c/o 6015, Hol­ly­wood Boul­vard Hol­ly­wood (Cal.)

JANE. — I) Lon Cha­ney draait voor ’t oogen-blik Zendt gra­tis zijn photo; adres: 1575, Ed­ge-mont at Hol­ly­wood (Cal.) U. S. A.

2) Doro­thy Phi­lips, adres: 1510, Lau­rel Ave­nue, Hol­ly­wood (Cal.)

3) Ra­quel Mel­ler zendt haar photo tegen ver­goe­ding van 2 fr.; adres: 15, rue d’Ar­men­gand, Saint Cloud (Fran­ce).

N.-B. — Best zal zijn om schrij­ven nog eens te her­nieu­wen; dank voor uw wen­schen.

UNI­TED AR­TISTS. — Is slechts zwen­del.

JULIA EN PIER­RE. — 1) Irene Cast­le, adres: At It­ha­ca, New-York (U. S. A.)

2) Mit­chell Lewis, adres: 1032, Ar­ling­ton, Ave­nue, Los An­ge­les (Cal.) U. S. A.

3) Edith Jo­hn­son, adres: 1624, Hud­son Ave­nue, Hol ly­wood (Cal. )

BLIN­KY. — 1 ) Die ar­tis­ten draai­en voor­loo­p­ig niet meer.

2) Wal­la­ce Beery is ge­bo­ren in 1887, en zijn broe­der Noah in 1884; Wal­la­ce’s adres is: 1346, Har­per Ave­nue, Los An­ge­les (Cal.) U. S. A.

3) ’n Vol­gen­de maal meer geluk met de prijs­kamp.

ALI-BEN-DAR­AK. — 1) Wal­la­ce Beery, voor­naams­te fil­men: «Spi­rits of Chi­val­ry», «Robin Hood», « Hur­ri­ga­ne’s Call»; zie adres ant­woord aan Blin­ky.

2) Doro­thy De­vo­re, adres: c/o 6015, Hol­ly­wood Boul­vard, Hol­ly­wood (Cal.) U. S. A.

3) Sh rley Mason, adres: 1770, Grand Con­cour­se, New-York-Ci­ty.

N.-B. — Neen, m’n waar­de, zoo ge­mak­ke­lijk komt u er niet van af; als pe­ni­ten­tie leçgen wij u op... uwe vrien­den aan­ra­den ons blad te lezen.

MU­GUET. — Fran­ce Dhélia is haar ware naam; ge­bo­ren in 1897 en van Fran­sche na­ti­o­na­li­teit, bi-zon­der­ste fil­men . «La Sul­ta­ne de l’Amour », «La Garçonne», « Pul­ci­nel­la »; adres: 97, rue Jean Jaurès, Paris.

ON­BE­KEND. — 1) Mar­gu­e­ri­te de la Motte is de Fran­sche taal mach­tig; ge­looven niet dat dit stuk in België ver­krijg­baar is.

2) Wat n on­be­schei­den vraag!...

3) Der­ge­lij­ke brie­ven leest zij immer zelf.

N.-B. — We zul­len het laten zooalls het is: een zoet ge­heim!

TWEE BOER­KENS. — ’t Spijt ons zeer. maar in deze Brie­ven­bus wordt alléén over ki­ne­ma ge­han­deld.

TARSA. — 1) Li­o­nel Bar­ry­mo­re is de oud­ste broe­der van John; kan in de Fran­sche en Em­gel-se­he taal ge­schre­ven wor­den.

2) Andrée Bra­bant zendt haar photo tegen 2 fx. Adres: 5, rue de Brous­se, Paris.

3) Ramon Na­va­ro, in dc En­gel­sche taal te èchrij-ven; adres, c/o Metro Stu­dios, 1025, Li­li­an Way, Los An­ge­les (Cal.) U. S. A.

JO­HAN­NA C. FOR­STER. — Zijn we wat

streng ge­weest? Maar een weimg beter schrift ware toch wel­kom, hoor!

VI­O­LET­TA. — 1) Viola Dana, adres: 7070, Franklin Ave­nue, Los An­ge­les (Cal.) U. S. A.

2) Ri­chard Tai­mad­ge, adres: Grand Ascher Î438, Gower street, Lo», An­ge­les (Cal.) U. S. A.

3) Dou­g­las Fair­banks en Mary Pick­ford, adres: c/o Hol­ly­wood (Cal.) U. S. A.

N.-B. — Zen­den allen hun photo; de be­leefd­heid ver­eischt aan elk af­zon­der­lijk te schrij­ven. Waar­om schrijft u «Waar­de Heer..?» Zijt u zóó zeker dat on­der­geteek­en­de van het ster­ke (’t is toch sterk, niet?) ge­flacht is?

ANDRÉE. — 1) Har­ri­son Ford is 32 jaar oud.

2) Ivan Mosjou­ki­ne is een Ru«.

3) Betty Bal­four is 21 jaar oud; on­ge­huwd.

N.-B. — We ver­moe­den sterk dat u een zeer

nauwe bloed­ver­wan­te zijt van Fer­nan­do uit aF.​lm-Re­vue », niet?

MAR­GU­E­RITF.1'. — Mar­gu­e­ri­te de a Motte meet ï .55 m.; heeft blond haar dat kunst­ma­tig golft en brui­ne oogen; draait nog; haar hui­dig sa­la­ris is ons niet be­kend; in de En­gel­sche of

F1LM41E­VUE

Fran­sche taal te schrij­ven; zendt gra­tis haar photo; adres: 1401, Fair­fax Ave­nue, Los An­ge­les (Cal.) U. S. A.

N.-B. — Nieuws­gie­rig zijt u nu wel niet juist, maar... u weet toch graag vee!, niet?

IR­ROC-OMEN. — Onzen bes­ten dank voor het kunst­stuk­je en we re­ser­vee­ren het een ee­re-plaats in de ver­za­me­ling van ons privé-werkkàbinet, te­vre­den? We ver­wach­ten, onder voor­af gaan­de­lij­ke dank­zeg­ging, het reu­zens'uk en we heb­ben maar al­vast ordei ge­ge­ven de deur­stij­len wat te ver-bree­den om het door te?aten. Voor wat het ove­ri­ge be­treft, men heeft u goed in­ge­licht; rond de 25;

I en te­vens net zooals u het voor­stelt. Maar, te drom­mel, wie heelt m dat ge­lapt? Cnoc­kie? kent u dan het lied­je niet vaai « Cnoc­kie, Cnoc­kie, ’k be­won­der je mooi rok­kie ». Da-ag!

DERBY. — 1) Ri­chard Tald­mad­ge, zie adres ant­woord aan Vi­o­let­ta.

2) Die naam is niet ge­ge­ven ge­wor­den.

3) Niet meer fat­sen, hé!

SE­DE­CIO. — 1) Die ver­ee­nigmg heeft voor­loo­p­ig haar werk­zaam­he­den ge­staakt.

2) Der­ge­lij­ke stu­dios be­staan er in België niet.

3) Ge­draaid door de Belga Film, 34, Barthélémy Laan, Brus­sel.

INDEX H. P. — 1 ) ’t Spijt ons zeer, maar een der­ge­lij­ke film kun­nen wij ons niet her­in­ne­ren.

2) Asta Niel­sen zendt gra­tis de haar ge­vraag­de photo; adres: Ves­ter­ga­de, 2, Ko­pen­ha­gen (Dane­mark).

3) De rol van Index werd ver­tolkt door René Gresté; is sinds 2-12-1922 over­le­den.

AI­GRET­TE. — Niet boos zijn! Nieu­we bij­dra­ge wordt op­ge­no­men.

H. M. P. B. — Lya Mara kan in de Vlaam­sche «n Duit­se he taal ge­schre­ven wor­den; zendt haar photo tegen ver­goe­ding van eeni­ge... mill­nar­den mar­ken; adres: Mark­gra­fen­stras­se, 21, Ber­lin S.

N.-B. — Een goede raad voor de toe­komst: met pot­lood ge­stel­de vra­gen wor­den niet meer be­ant­woord.

PSEU­DO­NIEM — 1) Alma Ru­bens, adres: c/o Pi­o­neer Film, 729 Se­venth Ave­nue, New-York i(U. S. A.)

2) Li­o­nel Bar­ry­mo­re, adres: Lambs Club, New York City (U. S. A.)

3) Bei­den zen­den gra­tis de hen ge­vraag­de photo.

SALEM. — 1) Zie ant­woord aan Mar­gu­e­ri­te.

2) André Ro­an­ne zendt zijn. photo tegen ver­goe­ding van 2 fr.

3) Film­re­gis­seurs ver­zen­den geen pho­tos. Ge­huwd met Alice Terry; adres: c/o Metro Stu­dios, 1025, Li­li­an Way, Los An­ge­les (Cal.) U. S. A.

OT­HEL­LO. — 1) A age Fönss zendt gra­tis zijn photo; adres: Nor­disk Film, 45, Vim­mel­kaf­tet, Ko­pen­ha­gen.

2) Edou­ard Mat hé is on­ge­huwd; ge­bo­ren in???; is op de tooneel­om­reis; adres: 15 rue Hégésippe Mo­rean, Paris.

3) San­dra Mi­ra­va­noff is ge­huwd met G. de Meck; ge­bo­ren in 1897.

N.-B. — Een vol­gen­de maal meer geluk met de prijs­kamp.

CHU-CHINGHOW. — 1) Con­rad Nagel, voor­naams­te fil­men: «Pro­fa­ne and Sa­cred Love»,

« What Every Woman Knows », « Mid­s­um­mer

Ma­d­ness». Adres: *846, Che­ro­ke Ave­nue, Los

2) Ru­dolf Va­len­ti­no be­vindt zich nu in Ame­ri­ka; adres: c/o Pa­ra­mount Fac­tu­res, 6284, Selma Ave­nue, Hol­ly­wood (( a .) I . S A.

3) Wil­li­am S. Hart heeft een broe­der; adres: Bates and Effis stïeet, Hol­ly­wood (Cal.) Ü. S. A.

WARD JE. — l) Die rol­ver­deel­ing is al meer­maals ver­sche­nen; maar eens goed zoe­ken.

2) Pola Negri kan in de Fran­sche, En­gel­sche of Duit­sche taal ge­schre­ven wor­den.

3) Frank Mayo is in dë En­gel­sche taal te schrij­ven. Adres: 7018, Franklin Ave­nue, Los An­ge­les (Cal.) U. S. A.

LYNA TAM­BOUR. — 1) De hoofd­rol uit

«Sa­tans­ziel» werd ver­tolkt door Lon Cha­ney; zijn beenen waren ge­plooid en onder zijn lijf vast­ge­bon­den ge­wor­den

2) Owen Moore en Cal­l­een Moore zijn geen bloed­ver­wan­ten.

3) Is ge­raad­zaam, dit vleit hen.

BET­TY-MI­ZE­T1E. — 1) Doris Ken­yon, adres: 850, West, End Ave­nue, New-York City (Cal.) U. S. A.

2) Bar­ba­ra Bed­ford, adres: 5269, De Long­pré Ave­nue, Hol­ly­wood (Cal.) U. S. A.

3 ) Het spijt ons zeer het woord « ou­der­wetsch » neer­ge­pend te heb­ben, we her­roe­pen het en schrij­ven «mo­dern». Meer dan waar­schijn­lijk is dit nu weer ook niet waar, maar wat er te veel' is aan « mo­dern » en te wei­nig aan a ou­der­wetsch», maakt dat de ba­lans weer ge­lijk staat, alsof er niets ge­beurd ware! *t Ak­koord! Bes­ten dank voor de re­gels en de mooie my­o­so­tis!

JE­AN­NE EN MIT JE. — Best mo­ge­lijk! Eens op de post rek­lo­mee­ren.

MAE MUR­RAY. — Maë Mur­ray is de ware naam dezer ar­tis­te; ge­bo­ren in 1894; adres c/o Metro Stu­dios, « 1025, Li­li­an Way, Los An­ge­les;(Cai.) u. s. a.

SCA­RA­MOU­CHE. — Ramon Na­var­ro kan in de Fran­sche n En­gel­sche taal ge­schre­ven wor­den; zelf­de adres als M. Mur­ray, ant­woord aan voor­gaan­de.

SLEU­TEL­BLÖEMPJE. — 1 ) Sce­na­rio’s die u in

Frank­rijk wil over­leg­gen, die­nen in de Fran­sche taaJ en in Ame­ri­ka, in de En­gel­sche taal en met de ma­chi­ne ge­schre­ven te wor­den.

2) Jac­kie Coo­g­an heeft noch zus­ters noch broe­ders.

3) Ie­der­een mag iets voor de « Vrije Tri­buun » in­zen­den.

ALICE PAVOR. — ’l eek­e­ning van Clara Kim­ball Young goed ont­van­gen en bui­ten­ge­woon ge­lij­kend, maar sinds we die kleu­ren­teek­en ng vai> u ge­zien heb­ben... van be­gra­ven, geen kwes­tie hoor; en moesten we er aan dood gaan, nu, is er iet3 mooi­ers dan onder de kunst be­gra­ven wor­den?

TA­TA­KE. — 1) Harry Carey, adres: c/o Uni­ver­sal Stu­dios, Uni­ver­sal City (Cal.) U. S. A.

2) Micke Ma­d­sen en Carl Schen­strom zen­den gra­tis hun photo: zie adres Asta Niel­sen, ant­woord in de Duit­sche of Vlaam­sche taal te schrij­ven.

SO­LAN­GE. — 1) Jack Pick­ford is her­trouwd met Maryl nn Mil­ler: meer dan waar­schijn­lijk zal hij Olive Tho­mas’ photo niet zen­den.

2) De hoofd­ver­tolk­ster van « Hol­ly­wood » is geen star.

3) Lis­sen­ko wordt uit­ge­spro­ken: op de Rus­si­sche wijze: Lis­sen­ko, met de klem­toon op de eer­ste let­ter­greep en L.​issanko met de klem­toon op de laat­ste (les in de spel­kunst uit de pap­school).

N.-B. — ’t Was volop hoog­tij op de re­dak­tie, toen we ver­na­men dat So­lan­ge s kwade bui over was! Onze kol­le­ga’s slaak'en een zucht van ver­luch­ting, de be­stuur­der stak een nieu­we si­gaar op en on­der­geteek­en­de zette een nieuw lint op de ma­chi­ne, kuis­ch­te de let­ter uit, dronk een glas melk en sliep die nacht eens zoo rus­tig! We zijn nu eens be­nieuwd hoe lang de nemel nu wel on­be­wolkt zal blij­ven...

NEMO.


FILM-RE­VUE

gj KI­NERO­MAN M

(L’Opi­ni­on pu­bli­que) (A Woman of Paris)

Naar het Sce­na­rio van Char­lie Chap­lin. Vlaam­sche be­wer­king van Ed. Neorg. Film van de Ar­tis­tes As­so­ciés.

Rolt erde elïn g

De vader van Marie .... Cla­ren­ce Gil­bert

Marie Sin­clair .... Edina Pur­vi­an­ce

Vader Mil­let .... Char­les French

Moe­der Mil­let .... Lydia Knott

Jean Mil­let .... Carl Mil­ler

Pier­re Revel .... .. Adolp­he Men­jou

Fifi ) vrien­din­nen van .... Betty Mo­ris­sey

Pau­let­te ) Marie v .... Mal­vi­na Polo

Marie Sin­clair ging iïi ge­dach­ten naar. *t ven­ster en zag door de rui­ten; het was een storm­ach­ti­gen avond en de regen viel bij stroo­men neder. De ar­moe­di­ge hui­zen in de straat wer­den flauw ver­licht door één en­ke­le gaz.

Marie hui­ver­de.

«Welke droef­heid», mom­pel­de zij, «onze straat is nog dood­scher dan ge­woon­lijk. »

De scha­duw harer kamer woog haar plots te zwaar op het li­chaam; zij ging bui­ten de kamer en boog zich over de leu­ning van den trap om te luis­te­ren; zij hoor­de haar vader in de keu­ken grom­men, over het hout dat te nat was en in den haard niet bran­den wilde.

« Dat gaat weer een lief avond­je wor­den », zucht­te Marie, « of het zou moe­ten zijn dat Jean me kwam halen ».

Het meis­je ging terug de kamer in en zag haar beeld in een spie­gel; zij be­sta­tig­de dat zij van een bui­ten­ge­wo­ne schoon­heid was. Zij was fier over de re­gel­ma­ti­ge trek­ken van haar ge­laat, haar ronde schou­ders en de vol­heid van haar hals. Haar zelve lief vin­den­de, glim­lach­te zij en hel­der­de haar som­ber­heid bp, haar oogen glin­ster­den onder het au­re­ool van haar blon­de lok­ken.

Plots luis­ter­de zij, aan de be­ne­den­deur werd een sleu­tel in heb slot ge­draaid, daar­na hoor­de zij stap­pen op den trap, haar deur ins­ge­lijks op slot doen, waar­op?ij ang­stig riep:

Hij ant­woord­de niet en Marie be­greep dat hij naar de keu­ken te­rug­ge­keerd, en zij een ge­van­ge­ne bleef. Zij ging moe­de­loos terug i.​aar het ven­ster en loer­de op­nieuw door de rui­ten.

Se­dert een maandl ont­moet­te zij, eiken avond, Jean Mil­let op den hoek der straat, niet­te­gen­staan­de het ver­bod van haar stief­va­der. Korts na haar ge­boor­te was haar vader ge­stor­ven en was haar moe­der her­trouwd; deze had ook het tij­de­lij­ke met het eeu­wi­ge ver­wis­seld, zoodat Marie nu ou­der­loos was. Haar stief­va­der lacht­te niet met hof­fe­lij­ke bij­een­kom­sten en zijn mee­ning was dat een jong me­lis­je het recht niet had te be­min­nen zon­der toe­stem­ming harer ou­ders. Zoo­dus, Marie had haar ge­lief­de ge­ko­zen, zon­der den raad van haar stief­va­der, welke zij niet lij­den mocht.

In de straat, onder het licht der gaz, ver­scheen een jonge man en recht­te zijn oogen naar het ven­ster.

Marie open­de het raam, boog zich voor­over en riep met halve stem:

« Jean, zijt gij daar? »

Een doffe stem ant­woord­de:

Ja, waar­om zijt ge niet naar be­ne­den ge­ko­men? »

« Hij heeft me op­ge­slo­ten. Hij ver­biedt mij uit te gaan. »

Een oog­en­blik van be­slui­te­loos­heid; Jean zag rondi, geen mensch was er te be­speu­ren; plots kwam hij nader en begon op den muur te klim­men en be­vond zich spoe­dig te­gen­over Marie.

Zij pro­tes­teer­de niet, in­te­gen­deel, zij nam den arm van Jean en mur­mel­de:

Hij nam haar ste­vig vast en hier begon nu een moei­lij­ke ne­der­da­ling; zon­der hin­der ge­raak­ten., zij be­ne­den.

In de keu­ken stond de stief­va­der op, hij had het ge­rucht der vlucht ge­hoord. Hij nam de lamp, ging nam boven en kv/am in de le­di­ge kamer.

Als­dan, zeer be­daard, liet hij de gor­dij­nen zak­ken en sloot het ven­ster goed dicht, zoo zelfs, dat er geen regen bin­nen kon. Daar­na, met de­zelf­de kalm­te, trok hij terug naar be­ne­den.

Op de eer­ste tre­den van den trap ge­ko­men, zag hij aan den muur het por­tret zij­ner vrouw, nog met rouw­floers om­ge­ven. Hij richt­te er het licht zij­ner lamp op, schud­de een oog­en­blik het hoofd, en sprak dan het beeld aan:

« Niet­waar, mijn arme Je­an­ne, meis­jes die hun huis ver­la­ten hoe­ven er niet meer terug in te komen, want zij ont­ee­ren voor de gan­sche we­reld hun fa­mi­lie? ».

De stil­zwij­gend­heid van het beeld ver­sterk­te zijn mee­ning want hij ging de voor­deur op het nacht­slot doen en kwam terug in de keu­ken, waar hij zich te wer­ken zette.

Onder den kil­len regen fluis­te­re­den de twee ge­lief­den el­kaar de zoet­ste woor­den toe. Zij maak­ten plan­nen voor de toe­komst en bouw­den de schoon­ste lucht­kas­tee­len.

Lang­za­mer­hand werd het nacht en heer­sch­te er over­al vol­sla­gen duis­ter­nis. Tien­maal leg­den ze den­zelf­den weg af, tien­maal -her­haal­den zij de­zelf­de woor­den en ver­dub­bel­den hunne kus­sen. Zij be­min­den en hun lief­de om­sloot de gan­sche we­reld.

Te mid­der­nacht be­von­den zij zich voor de wo­ning van Marie en daar kwam het meis­je tot de wer­ke­lijk­heid terug.

« Mijn God! » mom­pel­de zij, « in­dien men mijn vlucht maar niet ge­zien heeft! »

« Ga terug langs het ven­ster » ant­woord­de Jean, «en geef me teek­en wan­neer alles in orde is».

Hij hielp haar op­klim­men en wacht', e ge­dul­dig af.

« Oh, Jean! » riep Marie zacht­jes, het ven­ster is ge­slo­ten, ge­slo­ten! «... Ik kan het niet ope­nen! ».

« Dit zul­len wij zien! » brom­de Jean en klom ins­ge­lijks naair boven. Na zich over­tuigd te heb­ben, en samen met Marie naar be­ne­den ge­ko­men zijn­de, begon hij op de deur te klop­pen... Men hoor­de niet... Hij nam als­dan zijn toe­vlucht tot zijn voe­ten en schou­ders om met ge­weld de deur open te krij­gen. Door dit ge­rucht werd aan een ander huis een ven­ster ge­o­pend, een hoofd kwam er door maar trok zich da­de­lijk terug.

Jean hield plots op, hij hoor­de bin­nen loop­en.

« Ein­de­lijk » mom­pel­de hij, « niets te vroeg! »

Een sleu­tel werd in het slot ge­draaid en daar­na, de deur ge­o­pend. Met de lamp in de hand ver­scheen, zeer ern­stig, de stief­va­der, Jean ging hem.

FILM-RE­VUE

een hard woord toe­spre­ken maar de oude man was hem voor en vroeg:

« Waar is Marie? »

De jonge man wees het meis­je aan. welke in de scha­duw stond en ween­de.

« Daar is zij » zegt hij, « laat haar spoe­dig bin-, nen want zij zal koude vat­ten... »

Doch, haar stief­va­der sprak ernst g, als sprak hij een ver­oor­deel­ing uit:

« Zij is goed waar zij is... De open­ba­re meen ng is van oor­deel, dat een meis­je, welke haar huis ver­laat zon­der toe­stem­ming van haar ou­ders, er niet meer moet teruig keeren... Dat zij gaat waar zij wilt!... Goe­den avond! »

En zan­der Jean den tijd te geven iets te ant­woor­den werd de deur toe­ge­sla­gen.

« Het is heel een­vou­dig » zegde Jean tot Marie Sin­clair, wan­neer zij terug in de s raat waren,

« gij gaat mede naar mijn ou­ders. Zij zul­len niet wei­ge­ren u in huis te nemen... In ieder geval is het een ver­ve­len­de zaak. »

Hij zette de kraag van zijn ves­ton naar om­hoog en stak een si­ga­ret aan.

« Ik ge­loof gaar­ne dat dit u in een moei­lij­ke toe­stand brengt, Jean » ant­woord­de Marie zacht­jes, « maar he) is toch niet mijn schuld, niet­waar?

Jean had spijt dat hij een zin uit­ge­spro­ken had waar­in Marie een ver­wijt kon voe­len; hij sloeg zijn arm om haar heen en om­hels­de haar. Zij wan­del­den naar de wijk waar de fa­mi­lie Mil­let woon­de.

Jean twij­fel­de er niet aan dat hij met open armen zou ont­van­gen wor­den. Hij wist dat zijn vader en moe­der goed­har­ti­ge lie­den waren, doch. dat zij wel ge­voe­lig waren aan de kwa­ton­ge­rij van. de ge­bu­ren.

Hoe ging hij de zaak voor­stel­len? Al wan­de­len­de maak­te hij al­ler­lei zin­nen ge­reed.

Marie zegde nie s. Zij hoop­te uit ge­heel haar hart en ver­trouw­de op haar gezel.

Zij kwa­men aan de wo­ning der Mil­let’s, ge­le­gen aan de ri­vier.

Jean, welke een sleu­tel bij zich had, open­de en bracht zijn be­min­de in het klei­ne salon. Er smeul­de in den haard nog een wei­nig vuur het­geen Jean ging op­wak­ke­ren. De warm­te deed het meis­je goed.. Zij was een wei­nig ge­rust­ge­steld door de om­ge­ving welke haar tegen lach­te.

Zij zette zich neder en lach­te Jean toe.

« Ge­voel'; gij u goed? » vroeg de jonge man ». Ge zult zien, alles zal zich schik... »

Hij sprak niet ver­der. Eenig ge­rucht in den gang deed hem op­zien. Hij zag aan de deur zijn vader staan. Men kon goed zien dat de man nog niet te bed ge­weest was. Hij was een man van zware ge­stal­te en had een diepe bas­stem.

« Gij komt wel laat naar huis » mom­pel­de hij. En op dit oog­en­blik merk­te hij Marie op.

« Ah... » liet hij hoo­ren... en her­haal­de: «Ah...» Daar­op gaf hij teek­en. aan Jean hem 'e vol­gen.

« Wat beteek­ent dit? » vroeg hij,.. » Van waar.:, komt dit schep­sel? »

Met zach­te stem. opdat Marie hem niet hoo­ren zou, ver­tel­de hij alles aan zijn vader, er bij voe­gen­de dat de fout aan hem ligt. Maar hoe meer hij sprak, hoe meer hij de over­tui­ging kr.​eeg, da1 er op zijn vader niet te hopen viel. Hij smeek­te als­dan den man niet on­barm­har­tig te zijn waar­op deze hem plots in de rede viel en Marie deze woor­den hoor­de:

« Neen... neen... dit niet... wij zijn van een eer­ba­re fa­mi­lie... eer­baar... dat zij ver­trek­ke... hier kan zij niet blij­ven!... »

De moe­de­loos­heid maak­te zich van haar mees-

'ter, zich op­rich­ten­de ging zij naar de cor­ri­dor waar beide man­nen nu in een twis; ge­wik­keld waren.

« Laat mij ver­trek­ken, Jean » zegde zij, « maar ge­leidt mij, gij moogt uw ou­ders niet on­ge­hoor­zaam zijn ».

Op dit oog­en­blik kwam de moe­der van Jean te­voor­schijn. Het ge­rucht had haar wak­ker ge­maakt. Me­vrouw Mil­let was een goed­aar­di­ge vrouw, met zach­te, ver­stan­di­ge oogen. Zij richt­te haar blik­ken op Marie, welke zij nie'; kende, doch,, sprak haar niet en wend­de zich tot haar zoon.

« Mijn jon­gen » sprak, zij, « windt uw vader niet op, ge weet dat hij niet igoed is en de min­ste aan­doe­ning kan hem nood­lot­tig zijn. »

Mijn­heer Mil­let, in waar­heid, wan­kel­de daar hij de vol­gen­de he­vi­ge woor­den uit­sprak:

« Ee, n meis­je welke de zij­nen ver­laat, is voor de we­reld ver­lo­ren, ie­der­een weet dit ».

Ce moe­der wierp een zij­de­ling­schen blik op. Marie het­geen een ver­wij beteek­en­de dat zij te huis had moe­ten blij­ven.

Jean ver­tel­de nu de ge­schie­de­nis aan zijn moe­der, hij ver­wacht­te van haar ten­min­ste me­de­lij­den, doch deze schud­de het hoofd en mom­pel­de

« Ónmo­ge­lijk, mijn jon­gen, on­mo­ge­lijk... »

Marie be­greep dat zij er een einde moest aam maken. Zij leed onder deze woor­den­wis­se­ling die ten haren na­deele uit­viel. Zij voel­de zich door ieder voor een ver­ach­te­lijk schep­sel uit­ge­maakt. Zij wilde ver­trek­ken, ge­lijk naar waar, maar... aan den arm van Jean.

« Ik ver­trek, me­vrouw, ik ver rek » zegde zij.. « Ik zal u niet lan­ger in uw rust sto­ren, ik ver­trek.. . »

En plots hield Jean op met strij­den. Hij be­greep-dat zijn lief­de ster­ker was dan de kop­pig­heid zij­ner ou­ders. Hij be­greep wel de open­ba­re mee­ning des­aan­gaan­de, de vrees welke de we­reld re­geer­de, maar hij zou deze trot­see­ren.

« Kom! » zegde hij tot Marie met vaste stem.

« Mijn jon­gen! » riep zijn moe­der de han­den, ui ge­strekt.

« Vrees niets, moe­der » stel­de hij haar ge­rust,. « bin­nen een kwaart uurs ben ik terug! »

En hij ge­leid­de Marie naar bui­ten.

Be den gin­gen naar de sta­tie, welke op dit uur zeer ver­la­ten was. Onder weg had­den zij reeds-een plan ge­vormd.

« Wij heb­ben nog een uur om den trein naar Pa­rijs te nemen » sprak Jean. « Hebt gij geld bij u? »

Marie hàd een 100 fran­ken bij. haar, daar zij steeds haar spaar­pen­nin­gen op zich droeg.

« Ik ga terug keeren » zegde Jean, « en eenig geld aan mijn vader vra­gen. Be­oor­deel hen niet slecht, Marie, he) zijn brave men­schen, zij vra­gen niet lie­ver dan mij te hel­pen, doch, zij heb­ben een ze­ke­re vrees voor het pu­bliek. Heb ver­trou­wen, Marie, van het oog­en­blik dat gij niet bij hen ver­blijft, zul­len zij u toch hel­pen... Da­de­lijk ben ik terug... »

Marie bleef al­leen en gaf zich over aan al­ler­lei over­pein­zin­gen.

Terug te hu's ge­ko­men vondi de jonge man zijn moe­der in de voor­ka­mer, zij wacht­te hem.

« Welnu? » vroeg hij met zach­te s'em.

Zij scheen zeer be­droefd; met een ge­baar wees zij naar het klei­ne salon waar Mil­let was; hij zat in een zetel en rook­te zijn pijp.

(wordt voort­ge­zet)

Ver­wacht:

— MON­SI­EUR BEAU­CAI­RE —


Aan onze ge­a­cii­te le­zers en le­ze­res­sen I

Nu U allen blijk hebt ge­ge­ven, onze uit­ga­ve FILM-RE­VUE steeds te wil­len lezen, maken wij U nu ook at­tent op onze uit­ga­ve

Ul- ER TMEEU­BEU

Dit be­lang­rijk week­blad, immer zeer rijk geil­lu­streerd geeft een vol­le­dig over­zicht over alles wat ki­ne­ma aan­gaat, als­me­de film en tooneel­nieuws, de schoon­ste ar­ti­kels over kiema en the­a­ter, enz., enz.

ln alle kie­sten en dag­Dia­d­ui­in­hels te uer­kri­i­gen

40 blad­zij­den tekst voor fr. 0.85

Koopt het EENS en ge zult het BLIJ­VEN koop­en.

Abon­ne­men­ten kun­nen ten allen tijde op de post en op ons bu­reel op­ge­ge­ven wor­den aan den prijs van

3 maan­den voor fr. 7.50 6 » » » 15.00

Het wordt fran­co thuis be­zorgd.

Al wie zich laat in­schrij­ven voor een jaar­abon­ne­ment, ont­vangt gra­tis tot nieuw­jaar

II­HEI­RA' EH I80REE­LIEAELD