Programme from 28 Oct. to 1 Nov. 1923



Booklet

Bron: FelixArchief nr. 1968#564

This text has been generated automatically on the basis of scanned pages, using OCR software. Because of the historical typefaces used in the programme booklets, the output is not flawless.

Show the facsimiles of this programme booklet



il

De Muze van Mont­martre

GENEVIÈVE FÉLIX

ENEVIEVE Félix, die tot Muze ' van Mont­martre werd uit­geroepen 1 door de meest bek­ende artis­ten der Butte Sacrée, is niet alleen een cin­ema-artiste wier toekomst aller­schit­terendst is, maar in­s­gelijks een uit­mun­tende pi­aniste, die, alvorens aan de Stille Kunst te gaan doen, meer dan acht uren daags aan het klavier zat, want, zij bestemde zich voor de muziekale loop­baan en dweepte meer met Beethoven, Liszt, e.a. dan met Mary Pick­ford of Norma Tal­madge.

Zek­eren dag zegde haar eens een vriendin: « Kom eens met mij mee; wij gaan cin­ema spe­len en ge zult zien hoe ver­make­lijk dit is ».

Geneviève Félix, die toen nog maar een klein meisje was, liet zich over­halen en. met eenige an­dere kam­er­aad­jes, figu- reerde ze in een film. Dewelke?... Geneviève herin­nert het zich niet meer, en zij bekent dat zij er zelfs nooit de naam van gek­end heeft.

Een zóó ver­standig uiter­lijk, zóó photo-genisch, kon niet langer in een stu­dio verbli­jven zon­der door de film­regis­seurs opge­merkt te wor­den.

Het was G. Cham­pavert die, de eerste, in Geneviève Félix vertrouwen had. Hij liet haar La Phalène bleue, een groot drama­tisch tooneel in 4 dee­len, draaien. Het was een suc­ces voor de on­twer­per en zijne jong­ste ver­tolk­ster, een open­bar­ing voor de pers en het pub­liek, die, bij al­ge­meen­heid, het tal­ent van den regis­seur en de bekoor­lijkheid zi­jner jeugdige ster erk­ende, wier suc­ces immer grooter en grooter werd.

Het komt hier niet on­gele­gen even te herin­neren, dat La Phalène bleue, onder de naam van De Blauwe Vlin­der, hier, kort na den wapen­stil­stand, in An­vers-Palace werd af gerold.

Daarna liet Cham­pavert Geneviève in Le Passé Re­nait en L’Œil de Saint-Yves op­tre­den. Deze laat­ste film, bi­zon­der­lijk, was het groote suc­ces van Pathé in 1919.

Daarna draaide zij Chimère, van Louis Lehman, film die fel werd opge­merkt, en wij vin­den Geneviève Félix terug bij de

Société Cinématographique des Au­teurs et Gens de Let­tres, met wie zij een overeenkomst teek­ende die in 1922 eindigde.

Onder de lei­d­ing van Jean Kemm, een der beste Fran­sche film­regis­seurs, draaide Geneviève Miche­line, Miss Roüel en La Ferme du Choquart.

Daarna was zij, eve­neens, slachtof­fer der ern­stige kri­sis welke de Fran­sche ci-ne­mani­jver­heid toen door­worstelde.

Gedurende twee jaren draaide Geneviève Félix biter weinig en, zij zegde: « Ik speelde dik­wi­jls meer toen ik nog op school was! »

— Hoe dat was de vraag. j

— Op school, hier vlak naast, — want ik werd op Mont­martre groot ge­bracht — had ik een klein kinder­tooneel opgericht met al de kleine kleuters van mijn oud­er­dom. Op 9-jarige oud­er­dom was ik bestu­urster, schri­jf­ster, regis­seur, ver­tolk­ster, en wat weet ik al!...

On­langs nog hebben we Geneviève Félix hier gezien in De Dame van Mon­soreau en De Brood­draag­ster. Kor­tel­ings zal men haar kun­nen be­won­deren in Het Rader­w­erk, waar­van we het geïllus­treerd sce­nario in dit num­mer af­drukken.

Geneviève Félix, die te Par­ijs op 10 Feb­ru­ari 1900 ge­boren werd, dankt dus hoofdza­ke­lijk haar huidige roem, aan het feit, dat zij tot koningin van het I8de ar­rondisse­ment te Par­ijs werd uit­geroepen, zooals dit al­daar een jaar­lijksche gewoonte is.

De beste barom­e­ter der pop­u­lar­iteit ( eener film­ster is... hare briefwis­sel­ing.

Voor wat Geneviève Félix be­treft, willen we hier alleen maar de ci­jfers laten spreken en die vertellen meer dan dikke fo­lianten.

De maand Juni is de maand waarin de film­ster­ren de min­ste briefwis­sel­ing ont­van­gen. Waarom? Het is niet geweten, doch het is een vast­staand feit. In diezelfde maand ontv­ing Geneviève Félix juist 211 brieven: 6 kwa­men uit Par­ijs, 108 uit an­dere dee­len van Frankrijk, 36 uit het buiten­land en de koloniën. Deze 36 laat­ste verdeelden zich als volgt: België 14, Zwit­ser­land 4, Por­tu­gal 3, Egypte 2, Turkye 2, Cuba I, Ned­er­land­sch Indië 1, Al­gerië 7, Saigon 1, Tam­a­towe I. Die 211 brieven be­hielden in: 203 vra­gen om pho­tos, 5 be­dank­ings­brieven, 3 vra­gen om in­lichtin­gen. Dee­len wij even mede.

« CIN­E­MAW­ERELD »

en dit heeft zijn be­lang, dat van 203 brieven welke om een photo vroe­gen, er 120 geen enkel bedrag in­hielden; 33 een postzegel van 0.23; 18 een bil­jet van 1 fr.; 16 een bedrag van fr. 1.30; 3 een som van

eeni­gen tijd onze lez­ers te willen vra­gen steeds de kosten der gevraagde photo te dekken, ver­zoek waaraan wij gevolg gaven. Want reken maar eens even mede: de laagst berek­ende kost­prijs eener photo

fr. 2; 4 een som van fr. 2.25; en één een bil­jet van 5 fr. Deze laat­ste kwam van een sol­daat en het bedrag werd hem terugge­zon­den met de gevraagde photo.

Geneviève Félix zelve vroeg ons, vóór

is fr. 1.50, en 126 photo’s aan dit tarief maakt fr. 189, zon­der de verzend­ingskosten. En de Fran­sche fil­martis­ten wor­den zoo weelderig niet be­taald als hun Amerikaan­sche kol­lega’s! NEMO.


vwvw

ROYAL - ZO­OLO­GIE CIN­EMA

Tu ne tueras point

Tôt prive de ses par­ents, le trappeur français Gas­pard a poussé comme un rosier sauvage et dans l’âme de ce sauvageon, deux fleurs sub­limes se sont épanouies: l’amour de la Na­ture et de l’Hu­manité.

Pour tous les en­fants du vil­lage, il est « L’Oncle Gas­pard ».

Chaque année, pen­dant la sai­son hiver­nale, Qfhspard quitte le pays pour n’y revenir qu’au print­emps avec une pro­vi­sion de peaux de bêts, pro­duit de ses chas­ses et fonds de ses ressources, en at­ten­dant qu’une mine d’or qu’il a décou­verte lui donne, sinon la richesse, du moins l’ai­sance néces­saire pour épouser celle que son cœur a «moisi.

Or, pen­dant une ab­sence an­nuelle, un étranger, Ben­son, venu dans le pays pour y chercher de Tor, lui vole sa mine et sa fiancée: sa mine, parce que Gas­pard avait oublié d’en faire en­reg­istrer le titre de pro­priété; sa fiancée parce que nul en ce monde ne peut être sûr du cœur d’une femme et que les ab­sents en amour, ont tou­jours tort. Par cette dou­ble per­fi­die, cette âme droite, belle, pure jusqu’à ce jour, se trans­forme: la haine s’en em­pare, elle de­vient d’une laideur ef­frayant, e et ne tend plus que vers1 un but: se venger! Pen­dant sept ans, Gas­pard prépare, at­tend cette vengeance; il ruine Ben­son, détruit peu à peu l’har­monie de son ménage, et fi­nale­ment, sus­cite une querelle entre lui et une brute — querelle en laque­lle Ben-son fait usage d’une arme à feu et blesse son ad­ver­saire, ce qui le fait con­damner à la prison.

La femme de Ben­son étant morte, le Tri­bunal con­fie l’en­fant à Gas­pard qui se jure de faire payer au pau­vre petit être les tor­tures morales que lui firent subir les par­ents de ce dernier. Mais de­vant la con-. fi­ance, la joliesse du chérubin, la belle âme. du trappeur re­fleu­rit à nou­veau, et il se prend à chérir comme son pro­pre fils celui dont il voulait faire son souf­fre-douleur.

Grâce à sa bonne con­duite, Ben­son, est libéré par an­tic­i­pa­tion. Gas­pard l’ap­prend. Son désespoir est in­de­scriptible. Donc, cet homme qui lui a déjà piis tout ce qu’il aimait au monde, va main­tenant lui pren­dre celui qu’il aime plus que sa vie... Non, cela ne sera pas! Et une idée di­a­bolique germe dans son cerveau: Il cap­ture un loup, l'en­ferme dans sa ca­bane dont il a fait un piège, et l’af­fame en l’espérance que lorsque Ben­son te-vin­dra...

Mais ce n'isl pas Ben­son qui se prend au piège, c’est son petit, son amour.​Fon de douleur, il se précip­ite dans la ca­bane, sauve l’en­fant et reste enfemér avec le car­nassier; ce, pen­dant que Ben-son, qui vient d’ar­river, ap­prend par son fils le ter­ri­ble drame qui se déroule. Enfin, la porte s’ouvre pour livrer pas­sage à Gas­pard. Il a vaincu là bêle, niais celle-ci lui a fait payer chère­ment celle vic­toire.

PRO­GRAMME DU 28 OCT. AU 1 NOV.

Martha....​FlotOW

Ou­ver­ture

Le cos­tume féminin et l’Art an­tiquf

Doc­u­men­taire

L’Ange gar­dien....​AL Yvain

One step de l’Opérette "Là Haut”

Un Bon à Rien

Comédie en 5 par­ties in­terprétée par Charles RAY

Pourquoi hésiter

Valse

Ack­er­mans

Tu ne tueras point!

Grand drame in­terprété par Lon Chaney, Alan Haie et Stan­ley Goethals

PRO­GRAMMA van 28 OCT. tat 1 NOV.

Le sang répandu par Gas­pard pour sauver le fils de son en­nemi lave la souil­lure que la haine avait fait;1 au cœur des deux hommes et le divin par­don s’échappe de leurs lèvres.

Martha....​FlotOW

Open­ingstuk

( "'ouwen­kleedij en Kunst der Oud­heid

Oorkonde

L’Ange Gar­dien....M. Yvain

One step uit de op­erette "Là Haut”

Gij zult niet doo­den

Een Ni­et­deug

Tooneeis­pel in 5 dee­len met Charles RAY in den hoof­drol

Pourquoi hésiter....​Ackermans

Valse

Gij zult niet doo­den!

Groot drama ver­tolkt door Lon Chaney, Alan Hale en Stan­ley Goethals

SE­MAINE PROCHAINE

Le film sen­sa­tion­nel

PAU­VRE MIDINETTE

Grand drame de la vie Mod­erne

VWW.​WV.V

X Gas­pard wacht geduldig op de eerste voort-,* il breng­scien van een door hem ont­dekte goud­mijn, J »% want hoopt hij, zoo niet rijk, dan ten min­ste wel- } J varend ge­noeg te wor­den, om een zorgeloos le- f J ven te sli­jten aan de zijde van zijn hart-uitverko- JJ J rene. ? J

Een vreemdel­ing is even­wel in ’t land gekomen, f J J« op zoek naar goud, en deze de­inst er niet voor i,* terug Gas­pard én zijn groeve, én zijn aanstaande i',* »« vrouw Ie ste­len. i J

Dubbel getrof­fen, on­der­gaat de tot heden toe «

>« gelaten en liefde­voile natuur van Gas­pard, een Ji ê al­ge­heele om­me­keer. Dien Ben­son, die hem alles JiV J> roofde wat hem aan het leven ver­bond, rei' lei - f *J •J> volgt hij thans met zijn haat. Dit lukt em, en,* hij slaagt er in Ben­son door een gemeen ndi­vidu

Y te laten aan­ran­den; Ben­son, zich in lev­ens­gevaar

«N wa­nend, ge­bruikt n vu­ur­wapen tol verdedig­ing, ? jC

** en de man stort neer, doo­d­elijk gewond. Dit be- VjC

Î* teck­ent voor Ben­son lange jaren gevan­ge­nis. 1SJ

Y Door smart over­mand, sterft zijn vrouw, en 1

de recht­bank noemt Gas­pard als voogd van hun .* JC

kleinen zoon. In stilte legt deze den eed af dit «L C on­schuldig schep­sel voor bet door zijn vader «er- s Î* richtte kwaad te doen boeten. Doch zoo in­geno- £ C

Y men schi­jnt het ven­tje een nieuwen bescher­mer £ r ** te hébben gevon­den, zoo vertrouwelijk en liefde- J (

vol kijkt het naar Gas­pard op, dat de laat­ste C C Ÿ schi­jn­baar uitge­doofde liefde­vonken weer op-

'•* laaien, en hart­stochtelijk be­mint nu de trap­per t £ ** dien knaap, hem om­rin­gend met waar­lijk vader- Ç JL '* lijke zor­gen. £

Y Na zeven jaren wordt Ben­son uit de gevan­ge­nis %

Y ontsla­gen. Dan kiemt een duiv­elsche gedachte in £ Jj

Y Gas­par, dorstig naar wraak. Ji

Hij vangt een wolf, sluit hem op, laat het heest i Ji

Y dagen zon­der eten, in de hoop dat Ben­son terug- Ji

Y keerend... £ 5

Y Doch niet Ben­son, wel de kleine jon­gen, heel «

Y zijn liefde en zijn lev­en­srede is in den val­strik gei

Y vallen. Als dol, snelt Gas­pard naar het hok, redt f ji

Y heP­kind uit de klauwen van het ondier, en sluit i i

Y zich op met den razend gewor­den wolf. In­tus- £ J

Y sehen is Ben­zon ter­plaat­ste gekomen, verneemt fi (B

Y het gebeurde uit monde van zijn zoon­tje. Nu opent (i J

Y zich ein­delijk de deur, en de trap­per ver­schi­jnt f

Y Den wolf heeft hii neergeveld, doch niet zon­der * J

Y n on­noem­lijk gevecht. Zoo stortte hii zijn bloed * j

Y om het leven van zijn vi­jand’s zoon te red­den, stil- f,

Y lend de gloeiende haat in de harten van beide f,

Y man­nen. En het god­delijk verge vin gs woord komt,,

Y hun op de lip­pen... ,*

Im­primerie dn Cen­tre.?6. Rem­part Kip­dorp. An­vers


POUR AVOIR UNE BIÈRE BONNE ET SAINE

Adressez-vous à la Brasserie

VAN HOM BEECK

BERCHEM - Tél. 5210

BIERES eu BOUTEILLE» - en FUTS

HA­BILLEZ

VOS

EN­FANTS

BRI­TAN­NIA

77, Longue rue d’Argile

Mai­son BERTHY

106, rue de l’Eglise, 106

vwv

FO U Fin U 1RES

Arrange­ments — Répa­ra­tions Con­ser­va­tion de four­rures Prix avan­tageux — Tra­vail soigné

12, rue Van Ert­born

Tel. 292/ AN­VERS Tel. 292

Agence pour la Province d'An­vers du Vrai "FER­OOO"

Agence pour An­vers des Roule­ments à billes S. K. F.

Agence générale pour la Bel­gique du Di­a­mond et Noble’s Pol­ish

La seule mai­son de la place four­nissant aux garages aux prix de gros

PHO­TOGRAVEURS

DESSI­NA­TEURS

EXÉCU­TION RAPIDE ET SOIGNEE

Champ Vlem­inekx.8 AN­VERS cnattsuwu». TÉ LÉ PM'9209 =»=«=»»«=“*“

OU­VRAGES DE DAMES K

OUVIÎACiES DESSINÉS

LAINES, SOIES, CO­TONS, COU­VRE-LITS, NAPPES,

S STORES, BON­NET­TERIE A LA MAIN,

g! DEN­TELLES, JUMPERS

% MAI­SON EMMA

HANDW­ERKEN

WOL, ZIJDE, KA­TOEN, BED­SPREIEN, TAFEL-KLEED­EREN, STORES, KAN­TEN, HAND­BREI­GOED, JUMPERS

An­vers, Rue Von­del­straat, 15, Antwer­pen

Autos pour Cérémonies, Mariages, Baptêmes et Fêtes

Garage J & H. DEHU

Téléphone 3107

42, Canal des Brasseurs - AN­VERS

VOY­AGES A L’ÉTRANGER - EX­CUR­SIONS PRIX A FOR­FAIT

'gar­ni­tures

POUR

Fu­moirs, Sa­lons, Boudoirs Cham­bres à coucher Ve­ran­dah Fau­teuils - Club

11, Longue rue du Van­neau

(près du parc)

<1 ëiare sträät20

MEUBLES

Les plus grands Ma­g­a­sins en Bel­gique

9 Longue rue des Claires 9

(près Meir)

î Grand choix de gar­ni­tures, 200 salles à manger, \ cham­bres à coucher, sa­lons, cuisines, ve­ran­dah’s, î bu­reaux, li­ter­ies, chaises-longues, etc. etc.

Maf­soD Améri­caine

Meilleur marché qu'ailleurs = Ou­vert tous les jours jusqu’à 8 h. s. î Ma­g­a­sin fermé

BRODERIES

DESSINS MOD­ERNES

PER­LAGES, BOU­TONS, POINTSCLAIRS. PLIS­SAGE

M— RYCK­AERT

RUE RUBENS, 17, AN­VERS

TRA­VAIL SOIGNÉ ET RAPIDE

..​EXGELSCH HOE­DENMA GA ZIJN.. VON­DEL­STR., 19 CAUS (nabij St. Jansplaats)

De laat­ste nieuwighe­den in Vil­ten Hoe­den

Rüirrçe lsus

Zïei Eta­lage


Cl NEW A WERELD »

SCHEI­D­ING VAN BED

Bli­jspel, naar het werk van PIERRE VÉBER, ver­tolkt door Diomira Ja­cobini en A. Collo

Col­lette was op de kostschool het groot ver­driet van al haar meester­essen; thans is zij de vreugde en den troost van haar goede tante, Mevr. Mon-tra­chet, we­duwe Mon­bis­sac.

Deze laat­ste had te Par­ijs een broeder wonen, die

Twee zaken ver­bit­ter­den het. leven van M. Mon-tra­chet: ten eerste, hij was doof als een pot, en ten tweede, hij zocht sinds lang tev­ergeefs naar een mid­del om reuk­looze mest­stof­fen in den han­del te bren­gen.

han­del dreef in kun­stmest­stof­fen voor kamer­planten. Hij en zijn zoon André waren gewoon­lijk alle­bei vroeg te been: wan­neer de vader naar zijn wérk ging, kwam de zoon meestal terug van zijne nachte-lijke on­derne­min­gen.

Het zoon­tje had an­dere kruisen: vier maitressen, die hem tot over de ooren in de schulden brachten, zoo­dat hij zich nu genoodza­akt zag aan zijn al te vroolijk lev­en­tje een einde te stellen door... t-trouwen.

« CIN­E­MAW­ERELD »

Deze uitkomst ver­heugt de vader en de tante. Bei­den denken aan Col­lette. Tante gaat zich met haai’ te Par­ijs ves­ti­gen.

André, zon­der iets van al die plan­nen te ver­moe­den, had reeds een an­dere vrouw in ’t zicht; het was zekere Mar­celle Bonin, voor den der­den keer uit den echt geschei­den. Hij had haar be­looft te trouwen.

Op een avond­feestje bij den vader van Andréj

een villa aan de zee. M. Mon­tra­chet be­woont met zijr. zoon en schoon­dochter het gelijkvlo­ers, ter­wijl Baron Lacham­botte en de geschei­dene vrouw de eerste verdieping be­wo­nen. Het is nog al­tijd « schei­d­ing van bed », wat de on­geoor­loof­ste be­trekkin­gen met de gebu­ren van boven en ten laat­ste, de ont­bind­ing van het huwelijk voor gevolg heeft. Het on­verwacht be­zoek van tante slaat al de gemaakte plan­nen in duigen: zij brengt ’s avonds, on­noozel-

CHAM­BRE À PART

zou de verlov­ing met Col­lette plaats gri­jpen, tot groote teleurstelling van Mar­celle, de geschei­den vrcuw, en van Baron Roger Lacham­botte, die Col­lette naar zijn smaak vond.

De eerste maan­den van het huwelijk waren de jonggetrouw­den oprecht gelukkig, maar bij het ontstaan der eerste moeil­ijkhe­den werd de oor­log verk­laard, en André reisde met zijn « klikken en klakken » naar het salon: het was « de schei­d­ing van bed ».

Vrien­den en vi­jan­den tr­e­f­fen elka­n­der aan op

weg, het jonge paar naar het echtelijk bed.

Van de genomen af­spraken, zij met den baron, en hij met de « geschei­dene», kwam niets terecht. T» 11 uur zagen zij het licht uit­dooven op de slaap­kamer en wat bleef er hun an­ders over, dan elka­n­der te troosten en samen... te trouwen!

FILM DUBOIS

Planten­straat, 40-42, Brus­sel


« CIN­E­MAW­ERELD

VRIJE TRIBUUN

- RON­DOM EEN FILM -

OPEN BRIEF aan

de lieer Burge­meester van Antwer­pen

Heer Burge­meester,

Laat mij toe enkele wo­or­den tot U, acht­bare ste-de­vader, te richten. U zult miss­chien glim­lachen óf schokschoud­eren om mijn raadgevin­gen. Doch, ik verzeker U, het is in naam van duizen­den cine-be­zoek­ers, en met de beste be­doel­ing, dat een ned­erig meisje, haar miss­chien nog ned­erige mean­ing U toes­tu­urt.

Het be­treft, namelijk, het door U uit­gevaardigd ver­bod, om de film « La Garçonne » hier ter stede af te rollen.

Ik neem aan dat U han­delde met de beste voorne­mens, in ’t be­lang van de orde en goede zeden. Doch vooraleer een dergeli­jlce maa­tregel te tr­e­f­fen, is het plicht, meen ik, zelfs van een burge­meester, zich te over­tu­igen en zich te vergewis­sen of een dus­danig ver­bod zich wel op­dringt.

In hare vorige artiekels, die U waarschi­jn­lijk niet zult gelezen hebben, heeft een lez­eres, die de film in kwestie te Brus­sel gezien had, er oogen­blik-ke­lijk op gewezen, hoe onzin­nig dc maa­tregel was door U toegepast, daar de film nóch de orde nóch de goede zeden in gevaar bracht.

Dat zij waarheid sprak» be­wi­jst het vol­gende: Uw acht­baar col­lega, burge­meester van Verviers, die meende goed te han­de­len met Uw voor­beeld te vol­gen, ver­bood, om de zelfde reden als U, in­s­gelijks de film in een der cinémazalen zi­jner stad. De cin­e­mauit­bater, met mede­hulp van de « Of­fice général cinématographique », stu­urde een klacht naar het Par­ket van Luik. Dit stelde een on­der­zoek in: stelde vast dat de film hoe­ge­naamd niet het min­ste af­breuk deed aan de goede zeden, en zond hi­erover zijn ad­vies aan de Go­ev­erneur der prov­in­tie Luik, die, op zijn beurt, het ver­bod van de heer Burge­meester van Verviers ver­brak. De film wordt nu terug in dezelfde in­richt­ing afgerold, waar hij eerst ver­bo­den werd.

Dit is de vreeselijk­ste af­s­traf­fing, de groot­ste af­front, de hard­ste kaak­slag die ooit een 'burge­meester werd toege­bracht. En nog voe­len wij te veel eerbied voor Ü, acht­bare heer Mag­is­traat, opdat wij zouden moeten beleven dat U ooit zoo iets overk­wam.

U zijt het slachtof­fer van uwe goedgeloovigheid, heer Burge­meester. Som­mige men­schjes en ’n paar gazetschri­jvers uit zekere kran­t­jes, hebben U, — miss­chien uit poli­tieke bereken­ing of uit haat vo­orde cin­e­main­dus­trie, — slecht in­gelicht. Naar hen te luis­teren was uw.​grootste fout, want ’t zijn juist deze lui die nu de eerste zijn om U te bespot­ten en in de oogen van ’t pub­liek belache­lijk te maken.' Van­daag ver­guizen Wat' ze den dag te voren aanbe­den hebben, is nu een­maal de poli­tiek van zekere pènner­id­defs:

Nóg ïs liet tijd'Uw ver­giss­ing te her­stellen, — dwklen is: ménsche­lijk, — zelfs een burge­meester kan dit overkómen. Van af van­daag, Vri­jdag, wordt « La Garçonne » aan den zoom van Uw stad in cin­ema Géant, te Hobo­ken afgerold. Duizen­den en nog duizen­den Uwer stedelin­gen zullen, aangetrokken, ver­lekkerd, opge­to­gen, door de kostelooze reuzen-réklaam welke U er Voor maakte, naar deze gemeente stroomen om de veelbe­spro­ken film te gaan be­won­deren. Men spreekt zelfs van een spe­ciale tram-di­enst die zal in­gericht wor­den. En het oordeel van zoovele ster­velin­gen die o La Garçonne » zullen gezien hebben, zal zijn: een rek­isi­to­rium tegen Uw ver­bod: een bespot­ting naar uw adres.

Ver­breek uw ver­bod, heer Burge­meester; met een goede be­doel­ing raad ik het u. Want an­ders zouden Antwerp­sche cin­e­mauit­baters, die uw kas vullen met be­lastin­gen en tak­sen en die nu den kaas van vóór hun neus, döor buren zien wegkaa-pen, wel eens het geval van Verviers als een voor­gaande kun­nen aan­schouwen en in­s­gelijks aan het Par­ket van Antwer­pen reken­ing vra­gen. En dan... ohee!....

Met den verse­huldig­den eerbied,

Een lez­eres van « Tooneel­w­ereld ».

’t Schi­jnt me, alsof er sinds eenige weken een overeenkomst is ges­loten om zekere « Star­ren » on te heme­len.

Deze is de beste, die de mooiste, en dan weei-r-dit de schoonste film tot heden gezien.

Ze doen me on­willekeurig denken aan de aan­plak-brieven van som­mige kine­mas, die week na week op hun pro­gramma de prachtig­ste fil­men tot heden ver­toond, aankondi­gen.

Neen, mijn inziens wordt er door menig inzen­der der «Vrije Tribuun» meerdere, ware kun­ste­naar, veel on­recht aangedaan. Ik voor mij, voel zoowel be­won­der­ing voor de kleinere goed-ver­tolkte rollen, als voor de groote. Het komt er im­mers maar op aan een rol uit te beelden zooals het be­hoort.

Zeker is het. dat de keuzo van het sce­nario veel bi­j­draagt tot de waarde van de film, maar, in dit geval, is het de band zelve die men in de eerste plaats dient te roe­men.

Zoo heb ik eens bet voor­recht gehad, lang gele­den, de film « Edel­steenon » te mogen be­won­deren. De in­houd was noch boeiend, noch be­lan­grijk, maar de ver­tolk­ing (Henny Porten) was iets eenigs, om nooit te ver­geten.

Ook on­sym­pa­thieke rollen zijn meestal misk­ende genieën. .

En hebben we dan niet onze karak­ter­spel­ers ver­geten als Mon­roe Sal­is­bury, Sev­erin Mars, Harry Car­rey (voor de lustige cow-boy), Bert Lvt­tle en zoovele an­deren?

In één woord, ik ben moer omzichtig in mijne b( werin­gen en hou er nochtans ook mijne geliefkoosafr" spel­ers op na, die ik toe­juich van uit het hart.

Niet inziende waarom ik me ver­schuilen moet onder een dek­naam, teeken ik

VAN HOUDT, K.

Al­hoewel ik nog niet lang lez­eres ben van de « Cin­e­maw­ereld », wil ik toch deze week, ook mijne gedachte over de fihm­pel­ers en speel­sters in de « Vrije Tribuun » neer­pen­nen.

Ik ben het volkomen cens met Snob­ske en kan waar­lijk maar niet be­sef­fen, waarom de meesten zóó in Norma Tal­madge op­gaan.

Zij wordt geklasseerd als koningin van tal­ent en schoonheid, maar komt Alice Terry voor dit laat­ste dan niet in aan­merk­ing? Be­won­der haar dan maar eens in « De Roman van een Kon­ing » en in de « Vier Ruiters van den A poca­lyp­sus ».

Wordt er dan ook nooit een woord gerept over Dorothy Dal­ton. Mae Mur­ray, Pola Negri en Raquel Meller?

Wat Rudolph Valentino be­treft, hij heeft wel mooie oogen, maar toch moet ik met Alice Favor beken­nen dat hij als Sheik wel past, maar, wan­neer hij als gen­tle­man op­treed, komt er van al zijn be-toov­erende schoonheid niet veel tot zijn recht. De half-god wordt terug men­sch, en valt dan zelfs in de schaduw van William Fainüm.

Dit is het gevoe­len van

LISON.

Een paar dagen gele­den bevond ik mij in een cin­e­mazaal te Brus­sel, waar men een Duitsche film ver­toonde. Als men nu de film te zien kreeg, ver­li­eten twee per­so­nen, die naast mij zaten, de cin­e­mazaal, de eene tot de an­dere zeggende: « C’est un film boche; ces nlms ne va­lent rien ». (Het is een Duitsche film; deze fil­men zijn niets waard.)

Zulken onzin hooren, te mid­den hon­der­den toeschouw­ers, dat is nogal grof, niet waar?

Ik dacht bij me zel­ven, dat die per­so­nen weinig of niets kenden van kunst en tal­ent op cin­emage­bied, ofwel ver­li­eten zij de zaal alleen­lijk omdat het een Duitsche film was, wat ik bespot­telijk vind, want de film was prachtig. Er zijn prachtige Duitsche fil­men die wij te Brus­sel te zien kre­gen, bi­jvoor­beeld: «Oth­ello», een meester­w­erk met E. Jan­nings en Werner Krause, en ik heb hier onder do oogen lo­far­tikels van dien film, « Het In­disch Graf ». met Olaff Fonss en Con­rad Veidt, « La Terre qui Flambe», en nog vele an­deren. Mijne meen­ing is dus, dat Duitsche fil­men niet moeten afge­bro­ken wor­den door men­sclien die niet eens weten wat kunst is. Dat wil nu niet zeggen, dat ik niet van an­dere fil­men houdt, want ik ben een der groot­ste be­won­der­aars van Amerikaan­sche en Fran­sche fil­men. Maar ik wilde nu toch eens de lez­ers en lez­er­essen van «Vrije Tribuun» bek­end maken, hoe som­mige men­sclien over Duitsche fil­men oordee­len.

JOHN WEBBS.

’k Ben niet gewoon van bi­j­dra­gen te schri­jven, en miss­chien zal mijn artiekel voor vele medew­erk­ers der «Vrije Tribuun» slechts als knoei­w­erk beschouwd wor­den, maar, mijn oordeel over «Vrije Tribuun » is, dat het meer op een koffiekran­sje gelijkt waar ieder over don ac­teur of de ac­trice, haar mooi gezicht, kos­tu­men, enz., praten, en als een soort strijd lo­eren tegen die of gene be­won­der­aarster). van deze of gene film­star, dan dat ze wel over kunst spreken, en me dunkt dat dit wel de hoofdzaak is van de «Vrije Tribuun».

’k Heb weinig of niets over de hoedanighe­den van een «star» hooren uitwi­j­den, wat kunst be­treft, zooals mimiek, houd­ing, spel of schmink, enz. Ik vind het. erg jam­mer dat de schri­jvers(stcrs) van « Vri je Tribuun», maar al­door in ba­nale kleingeestigheid ver­vallen, over het al of niet mooi zijn van een(e) «star», of van het al of niet ge­bruiken van kun­st­matige mid­delt­jes om er mooi uit te zien. Er zijn som­mige artis­ten die heel mooi zijn en toch niet uitkomen, er zijn er ook an­deren, die juist in het tegen­overgestelde geval ver­keeren.

Dus schoonheid komt er weinig op aan, trouwens, liet wo­ordje mooi of schoon is zeer rek­baar, tevens ver­schillen de opinie’s omtrent dit stand­punt ontzettend, ’k Be­weer natu­urlijk niet, dat het leuk is fil­men te zien met on­aan­ge­name gezichten of vor­men.

Een ding is sle­clifs van waarde, dit is of de artiste) zijn rol goed be­gri­jpt, en tra­cht in de mate van het mog­clijke, de hen toebe­deelde rol goed te ver­tolken, zoo trouw magolijk de gedachten van den per­soon of schri­jver weer te geven en er tevens goed uit te zien, naar de vereis­chte van de rol natu­urlijk. Verder vind ik het gek, dat men er zich lastig zou om maken en de kop te breken, of ze er in ’t werke­lijke leven er wel degelijk zoo uit-zien en wat ze op hun kerf­s­tok hebben. Een ding moet men slechts op liet voor­plan stellen, of ze al of niet. goed werk lev­eren op de film zelve.

Ook vind ik dat de medew­erk­ers der «Vrije Tribuun » nogal veel over dezelfde artist(e) twisten.

Daarom ben ik ten volle ’t akko­ord met Snob­ske, die zegt: « Eere wie eere tock­omt » en dat zien er nogal velen over ’t hoofd. Ik heb natu­urlijk ook wel

een zwak voor zekere fil­men en ac­teurs(tri­cen), maa.r ni­et­temin beo­ordeel ik de an­dere fil­men met even­veel ki­eschheid en on­bevooro­ordeeld. Ook zijn er som­mige sohri­jvers(sters), die den bal nogal dik­wi­jls miss­laan, en miss­chien wel heel graag schri­jven, maar dan zou ik hen toch den raad geven, om hun proza nog i at meer uit te werken en van hun bi­j­drage, zooals: « De gevol­gen van eene gen­erale repeti­tie», dat heel leuk is op zichzelf, een aardig anec­dootje van te maken en als bi­j­drage aan een blad, dat ook aan let­terkunde doet, te sturen. Stel nu, dat ik een ver­haal schrijf van een liefde­savon­tuur per brief met een fil­martist, dat u miss­chien wel de eei’ste zou zijn om uw schoud­ers op te halen, en te zeggen, wat komt dat hier nu te -pas. U moet dat niet kwal­ijk nemen, hoor, Leonore! ’k Zeg enkel maar m’n meemng en als ik over iedere bi­j­drage m’n meen­ing moest schri­jven, dan zou « Vrije Tribuun » te klein wor­den, daarom schei ik er dan ook maar liever uit, en... tot ’n an­dere maal.

N.-B. — Leonore is het hcusch waar, dat Gina Palerme naar Antwer­pen komt? ’k Zou het heel vrien­delijk van U vin­den, als ik er iets meer van te weten kon komen. Nieuws­gierig, he?... Ik hoop dat U me wilt antwo­or­den, of bent U miss­chien ook boos op mij!

SOU­VARINE.

Daar gij zoo onom­won­den uw gedacht over som­mige kine­mas­ter­ren nee­rochri­jft, zoo zal ik zoo vrij zijn hi­erop mijne meen­ing uit te drukken. Eerstens vind ik het heel kleingeestig, de aan­merk­ing voor « Pier­lala ». Naar mijn meen­ing is ieder toch vrij den dek­naam te nemen dien hij verki­est, en ten tweede, wat gij over Agnès Ayres schri­jft, ge­tu­igt • toch niet van uw goe­den smaak. Ik neem aan dat gc uwe fa­voris hebt, maar dat ge de overige zoo maar gewoon­weg als nul­liteiten beschouwd, dat vind ik toch wat al te kras.

IOLANDE D'AR­DENNE.

Over.​een paar weken heb ik een ver­toon­ing bi­jge­woond van de film « Spaan­sch Bloed», waarin den hoof­drol ver­tolkt werd door Maria Ja­cobini. Miss­chien zijn er onder de trouwe lez­ers van de « Cin­e­maw­ereld » weini­gen die dien naam geho­ord hebben. Tot over een paar weken had ik nog nooit over deze artiste hooren gewa­gen, en nochtans, bij den eersten aan­blik van dat won­der­se­hoone gelaat, kon ik een uitroep van be­won­der­ing niet weer­houden.

Welke tal­entvolle artiste, hoe ze haren rol meester­lijk ver­tolkte, hare gebaren waren zou duidelijk dat men de wo­or­den niet hoefde te lezen om te weten welke rol ze ver­tolkte.

Ook heb ik reeds dik­wi­jls Norma Tal­madge gaan be­won­deren, maar toch vind ik dat Marie Ja­cobini zooveel lof ver­di­ent als zij. Zij bezit even­veel tal­ent en bek­waamheid als de beste artiste, en nochtans wordt er over haar haast niet gespro­ken, en wat hare schoonheid be­treft, die bezit ze in ruime mate. Norma Tal­madge ver­di­ent allen lof dien men haar toes­tu­urt, maar dat wil niet zeggen dat ze daarom de beste artiste is, er zijn er nog vele die aan haar mogen vergeleken wor­den en waar­voor men, eilaas, niet het min­ste wo­ordje van lof voor over heeft. Nochtans ver­di­enen Maria Ja­cobini, Alla Naz­i­mova en nog vele an­deren tal­entvolle artis­ten, zooveel lof en roem, als diege­nen, waar­van men alle weken schri­jft.

Mijn leus is: « Eere wie eere toekomt».

HAGEROOSJE.


Deze film is nog bijna ner­gens ia Frankrijk afge­draaid en reeds staan al de vak­bladen vol over het onge­woon groot Zóózeer gaat zij in haar spel op, dat de tra­nen, welke op haar wan­gen in zekere toonee­len bigge­len, niet geveinsd,

doch echt zijn.

Een band die bij elke ver­toon­ing volle zalen zal trekken­tal­ent waar­van Geneviève Félix in deze film blijk, geeft.

153, NIEUW­STRAAT, 153 - - BRUS­SEL


• Cl H EMA WE REt. D » _

HAAR LIEVEL­ING

Sce­nario van .... Jay Gelzer

Fi­im­regie van ....A. Charles Bra­bin

Tommy Tol­liver, de jong­ste zoon.. Charles E. Mack

Essie Hardin .... Eli­nor Fair

Paw Tol­liver, de vader, ....​Burr M. In­toeh

Maw Tol­liver, de moeder, .... Emily Fitzroy

Lem Tol­liver, de oud­ste zoon .... George Ban­croft

Zeke Tol­liver .... Ernest Chan­dler

Zeb Tol­liver .... FreiT Koser

John Hardin ....​Leslie Stove

In een wild hoekje in het Zuiden der Vereenigde Staten, leefde de fam­i­lie Tol­liver: de vader en zijn drie oud­ste zonen, ware woestelin­gen; de moeder en de ben­jamin, twee milde en zachte wezens.

zen waakt over haar: Tommy. En de liefde kwam...

Door Tommy en hare moeder beschermd, had Essie in hun won­ing on­derkomen gevon­den.On­gelukkiglijk werd de wedi­jver tuss­chen de twee broed­ers steeds grooter; als twee doo­dsvi­jan­den waren zij, zek­eren dag, handge­meen gewor­den en Lem, door zijn twee oud­ere t broed­ers en zijn vader aange­moedigd, had Tommy voor driek­waart dood laten liggen, en besloot Essie, eenige dagen later, zelf te huwen.

Vluchten! Maar om te vluchten moet

Zek­eren dag zag de oud­ste, Essie, de dochter van John Hardin, zich in de riv­ier baden. Een driftige wellust maakte zich van hem meester en zij moest, onder gewéld, zijne omhelz­ing gedoogen.

Terug thuis gekomen, vertelde zij haar avon­tuur aan haar vader die er Lem Tol­liver reken­schap ging over vra­gen.

Maar ter­wijl John Hard­ing Tol­liver s huis ver­liet, werd hij door een ge­weer­schot gedood. Ziedaar nu Essie, wees, en zon­der bescherming. Maar een zacht wemen geld hebben. Waar zouden die twee kinderen er gevon­den hebben? Het is dan dat de moed­er­liefde zich held­haftig toonde om haar « kleine » te red­den.

Vader Tol­liver en zijn drie oud­ste zonen, had­den in het hart dier wilde streek een geheime stok­erij in­gericht; sinds lan­gen tijd wer­den zij ver­dacht, en de agen­ten van den fiskus had­den een goed aan­tal dol­lars uit­geloofd aan diege­nen welke hen zouden helpen.

Bij de dager­aad, weinige dagen vóór

< CIN­EMA WERELD »

het huwelijk, ging de moeder en, in ruil der be­loofde be­loon­ing, leverde zij de haren over.

Tol­liver s gaven zich niet over: een gevecht in regel greep plaats; de drie zoons wer­den gedood, met het ge­weer in de vuist. De vader wist langs een geheimen uit­gang te ontsnap­pen en snelde naar zijn hut om er Tommy te doo­den, \y vvien hij van het ver­raad ver­dacht, uit

haat tot Lem.

Op den drem­pel van zijn haard, weende de moeder, voor immer alléén nu; zij staarde in de verte, langswaar Tommy en Essie, die on­her­bergzame bergen vlucht­ten, naar het geluk, naar de liefde.

Aan het wapen dat de vader, als recht-pleger, in de vuist hield, bood zij hare borst, haar ver­raad beken­nende, het ver­raad dat den dood van drie harer kinderen had gekost en nu het hare ging kosten, maar dat zij gaarne gaf opdat haar « kleine » gelukkig zou wezen.

Deze film is een bladz­i­jde uit het ruwe cn prim­i­tieve leven eener fam­i­lie der « Blue Ridge Moun­tains », maar ze is ook af gewis­seld door de moed­er­liefde, de lev­endig­ste, de sub­liem­ste welke tot hi­er­toe het licht zag. De film is, naar het oordeel der meest bek­ende filmkri­tiek­ers, de eenig­ste voort­brengst die een zóó hoog peil van re­al­isme en leven genaakt. Het li­j­den, de angst dier arme moeder, die haar echtgenoot en drie oud­ste zonen of­fert om het geluk van haar « /eine », bren­gen een on­troer­ing waar­van nie­mand zich kan ont­trekken. De tra­nen komen u in de oogen. Men moet de film meeleven. Men moet hun li­j­den mede on­der­staan.

UNI­VER­SAL FILM

28, Sf. Michielss­fraaf, BRUS­SEL


CIN­E­MAW­ERELD

CIN­EMABRIEVEN­BUS

1° Onze Brieven­bus Is gratis.

2° Weke­lijks wor­den er drie vra­gen beant­wo­ord.

Stel uw vra­gen af­zon­der­lijk en num­mer ze.

4° Naam en adres ho­even we niet te ken­nen: geef een dek­naam op.

Lu­ci­nana. — 1. Buiten de cin­ema doet Mary Miles Minter niets.

2. M’n beste, denkt U dan dat Mary Miles Minier een sana­to­rium voor zenuwli­jders open houdt.

3. Mary Miles Minter is nog onge­huwd.

Peggy. — 1. Charles Vanel, adres: 28, Boule­vard Pas­teur, Paris. (A faire suivre s.v.p.)

2. Pearl White, adres: c/o Hotel Ma­jes­tic, Paris.

3. Fer­nand Her­mann, adres: Stu­dio’s Gau­mont, ruq de la Vil­lette, Paris.

Kniertje. -— Uw jol­lig schri­jven heeft ons voorhoofd en vi­jf­tal minuten doen ontrimpe­len: we houden van dergelijken trant; voor wat het briefge­heim be­treft, daar­voor kunt u gerust zijn: één per­soon leest ze en die is de eerste per­soon enkelvoud, be­grepen?

Ne­JIie. — 1. William Far­num, adres: Fox Stu­dio’s, 1401, West­ern Av­enue, Los An­ge­les (Cal.) U.S.A.

2. Dorothy Dal­ton, adres: Para­mount Stu­dio’s, 6284, Selma Av­enue, Hol­ly­wood (Cal.) U.S.A.

3. Beide artis­ten zen­den hunne photo gratis en kun­nen in de Fran­sche taal geschreven wor­den.

Spar­tacns. — Door on­voorziene om­standighe­den is die nog niet kun­nen uit­ge­spro­ken wor­den.

Gegroet. — U kunt aan Mae Mur­ray in de Fran­sche taal schri­jven; zij is een uiterst lieve brief -wis­se­laarster; de brief met fr. 0.50 te fran­keeren.

Harry Sin­gle­ton. — 1. James Ben­nie, adres: c/o 6015, Hol­ly­wood Boul­vard, Hol­ly­wood (Cal.) U.S.A.

2. Tully Mar­shall is geen star; weegt 65 kg., donkere oogen en donker bruin haar; ver­tolkte in­der­daad eenige rollen met Gla'dys Brock­well; adres: c/o 6015, Hol­ly­wood Boul­vard, Hol­ly­wood (Cal.) U.S.A.

3. De naam van den agent uit « Het Rek­wisito-rium » is Ray­mond Nye; adres: Robert Ap­part-ments, 1042, San­born Av­enue, Los An­ge­les (Cal.) U.S.A.

Agnes. — Agnes Ayres, adres: Para­mount Pic­tures, 6284, Selma Av­enue, Hol­ly­wood (Cal.) U.S.A.

Kleine Hamer. — 1. Hoot Gib­son, adres: Uni­ver­sal Stu­dio’s, Uni­ver­sal City (Cal. ) U.S.A.

2. George Walsh, adres: c/o 6015, Hol­ly­wood Boul­vard, Hol­ly­wood (Cal.) U.S.A.

3. Mary Pick­ford zendt hare photo gratis.

La Mar­jo­laine. — In Amerika is dit niet uit­ges­loten, maar in Eu­ropa is dit glad on­mo­gelijk.

René V. G. — 1. Gina Relly, adres: 53, rue Caulain­court, Paris.

2. Léon Mathot, adres: 47, Av­enue Félix Faure, Paris.

3. Gina Relly zendt hare photo, Léon Mathot zéndt de zijne in ’t geheel niet.

Hageroosje. — Maria Ja­cobini kunt u in de Fran­sche taal schri­jven; brief met fr. 0.50 te fran­keeren.

Coif­feurke. — 1. De ver­tolker van den titel­rol in Vi­docq is René Navarre, adres: rue du Général Foy, 36, Paris.

2. William S. Hart is immer even stroef.

3. Harrv Carey, adres: c/o 6015, Hol­ly­wood Boul­vard, Hol­ly­wood (Cal.) U.S.A.

Mostaard. — 1. De rol van Cham­bertin in « De Twee Straat­meis­jes » werd ver­tolkt door Georges Bis­cot; zendt zijn photo.

2. De rol van Ginette in diezelfde film was in han­den van San­dra Milowanoff.

Ko­rtweg. — 1. Colleen Moore, adres: 7119, South Grand Vieuw, Los An­ge­les (Cal.) U.S.A.

2. In welke film draaide deze artiste?

3. Marie Roa­sio, adres: c/o U.C.I., 51, Via Macéra ta, Rome.

Oc­tave Dlumdt. — Denke­lijk is die artist in « The. Tri­fling Woman » Ramon Navarro, zijn ware naam is Ramon Samanya­gos; ge­boren te Buengo (Mex­ico), op 6 Feb­ru­ari 1899; onge­huwd.

Vergeet-mi­jmiet. — Zeker rond dit ti­jd­perk be­ston­den er al vu­ur­wapens, al­hoewel deze nog zeer prim­i­tief waren; dit tooneel was dus geen anakro-nisme.

Jos. — Mae Mur­ray is geschei­den van James Jay O’Brien, van William Schwenker en is nu voor de derde maal gehuwd met Robert Z. Leonard, die hare fil­men bestu­urt; zij kan in de Fran­sche taal ' geschreven wor­den, adres: Metro Stu­dio’s, 1025, Lil­ian Way, Los An­ge­les (Cal.) U.S.A.

De Sheik. — 1. Van de drie Tal­madge’s is de oud­ste, Norma, de beroemd­ste.

2. Mary Pick­ford heeft licht bruin haar.

3. U kunt hen b.v. zelf per­soon­lijk schri­jven en, zeggen dat u een groot be­won­der­aar van hun prachtig spel zijt.

John Webbs. — 1. Flo­rence Reed, adres: c/o 6015, Hol­ly­wood Boul­vard, Hol­ly­wood (Cal. ) U.S.A.

2. De rol van Hunch Hen­der­son in « Het Heis­che Gaz » werd ver­tolkt door Al. Smith; zelfde adres als Flo­rence Reed.

3. Asta Nielsen, adres: 2, Vester­gade, Kopen­hagen.

Rita. — 1. De hoof­drol van « Han­nele’s Hemel­vaart » werd ver­tolkt door Mar­gareth Schlegel; is een Duitsche film.

2. Al­hoewel het geen cin­ema rubriek is, zullen wij u hier er toch maar eens op antwo­or­den. Renée Page en Ger­bert die het vorige seizoen hier in Pal­la­dium op­traden zijn nu aan het Théâtre Mu­nic­i­pal te Lille ver­bon­den.

Fochie. — 1. Jackie Coogan, adres; c/o Metro Stu­dio’s. 1025 Lil­ian Way. Los An­ge­les (Cal.) U.S.A.

2. Ginette Mad­die. adres: 41, rue Dam­re­mont, Paris.

Mar­ion Davies, adres: Cos­mopoli­tan Pro­duc­tions, 127th Street, 2nd Av­enue, New-York City (U.S.A.).

Trol­lie. — 1. William Farum, adres: Fox Stu­dio’s, 1401, West­ern Av­enue, Los An­ge­les (Cal.) U.S.A.

2. Marie Wal­camp, adres: c/o Uni­ver­sal Stu­dio’s, Uni­ver­sal City (Cal.) U.S.A.

3. Dud­ule (Clyde Cook), zelfde adres als William Far­num.

Monidées. — 1. U kunt Lucy Dor­raine in de Duitsche of Vlaam­sche taal schri­jven, adres:Fo-

< CIN­E­MAW­ERELD i

reighn Filmge­sellschaft Friedrich­strasse, 227, Berlin S. W. 48.

Muguetfte. — 1. Gezusters Lil­ian en Dorothy Gish, adres: Grif­fith Stu­dio, Ori­ente Point, Ma-maro­neck, New-York (U.S.A.).

2. Eddie Polo, adres: Dream­land Film Có Ltd, Ren­nweg, 5, Wee­nen (Oost­en­rijk).

3. Lila Lee, adres: Para­mount Pic­tures, 6284, Selma Av­enue, Hol­ly­wood (Cal.) U.S.A.

N.-B. — U kunt ze allen in de Fran­sche taal schri­jven.

fris. — 1. Norma Tal­madge, adres: 318, East, 48th Street, New-York (U.S.A.).

2. Rudolph Valentino, adres: 6776, Wedge­wood Place, Whit­ley Heigts, Hol­ly­wood (Cal.) U.S.A.

Alice Pavor. — 1. Nog­maals onzen wëïgemeen-den dank voor de pho­tos; zij zijn ons steeds welkom al­hoewel wij vreezen dat u er zich mede ont­gerieft.

2. Theodore Kossloff, adres: Lasky Stu­dio, 6284, Selma Av­enue, Hol­ly­wood (Cal.) U.S.A.

3. Mar­cel Pradot, adres: 64, rue Gounod, Saint-Cloud, (Frankrijk).

N.-B. — Bei­den zen­den hunne photo gratis.

Mepa­tine. — 1. Mary Pick­ford zendt nog immer gratis de haar gevraagde photo.

2. Al die opge­noemde fil­martis­ten zen­den hunne photo gratis.

Be­fg­ica. — 1. Van welke maatschap­pij was d7e

film?

2. Ruth Roland, adres: 605, South Nor­ton Av­enue, Los An­ge­les (Cal.) U.S.A.

V. V. Steen­brug­ghe. — 1. Doris Deane, adres: c/o 6015, Hol­ly­wood Boul­vard, Hol­ly­wood (Cal.) U.S.A.

2. Marthe Fer­rare, adres, 29, rue De­scombes, Paris.

3. Léon Mathot, adres: 47, Av­enue Félix Faure, Paris.

R. Antwerp F. C. — 1. Louise Lor­raine en George Walsh, gelieve ze alle­bei eens te schri­jven aan vol­gend adres: 6015, Hol­ly­wood Boul­vard, Hol­ly­wood (Cal.) U.S.A.

2. Louise Lovely, adres . 1746, Wilcox Av­enue, Hol­ly­wood (Cal.) U.S.A.

Trouwe Lezer. — 1. De film « Han­nele’s Hemel­vaart » is een duitsche film.

2. De hoofd­ver­tolk­ster is Mar­gareth Schleger.

Kitty»Jacqui. — Con­way Tearle is in 1890 te New-York ge­boren; was vroeger een gek­end too-neel­speler; gehuwd met Adèle Row­land; meet 1.78; donker haar en donkere oogen, adres: Fri­ars Club. New-York City (U.S.A.).

Léon Mathot.—- 1. Ginna Relly heeft zwart haar; in. « De Keizer der Armen » droeg zij een blonde pruik.

2. Nog onge­huwd.

3. Artis­ten « wee­nen » op het doek door drieërlei oorza­ken: a) ófwel wor­den de tra­nen onder vorm van glyc­er­ine­drup­pels met een drup­pel­teller op de wan­gen gelegd; b) ofwel wee­nen zij kun­st­matig b.v. met een stuk gesne­den ajuin onder de oogen te houden; c) ofwel wee­nen zij oprecht. Dit laat­ste punt kan echter nog on­derverdeeld wor­den. Zekere artis­ten wee­nen natu­urlijk, zon­der eenig kun­st­mid­deltje; zoodanig wor­den zij door hun spel meegesleept; an­deren daar­ente­gen kun­nen slechts .wee­nen bij het hooren van een droe­fgeestige muziek, welke dan hij het draaien van het be­wust « tra­nen­tooneel » gebezigd wordt.

Mary Pick­ford for ever. — 1. De Fran­sche firma

Para­mount is het sukkur­saal van de Amerikaan­sche Para­mount welks hoofd­huis ie New-York geves­tigd is.

2. Monroë Sal­is­bury heeft een sober spel dat bi­zon­der roerend is als hij b.v, de rol van Cana-deesch trap­per of iets dergelijks, ver­tolkt.

3. De Antwerp­sche geabon­neer­den aan Tooneel-wereld ont­van­gen hun blad thuis Vri­jdag’s mor-gends met de eerste post (zeven uur-half acht); echter zijn er vele abon­nen­ten die het « geluk » hebben niet alleen in een huis te wonen: de mede-hu­url­ing, de hoofd­hu­ur­der of de eige­naar « van bene­den », staan de komst van den brief­drager af te wachten, slaan het blad het eerst aan en lezen het alzoo gratis door, Daarna wordt het stikom terug in de brieven­bus gesto­ken net alsof het met een lat­era post zou gekomen zijn. Maar zij ver­geten dik­wi­jls dat ver­from­mel­ing of vetvlekken er als hun hand­teekens op te lezen staan.

V. Houdt K. — 1. Die artiste is nie­mand an­ders dan Lil­ian Gish; adres: Grif­fith Stu­dio’s, Ori­enta Point, Ma­maroneek, New-York (U.S.A.).

2. Monroë Sal­is­bury draait nog wel maar zeer zeldzaam; hij houdt zich liever on­ledig met het tee­len van oran­je­boomen op zijn hoeve in öali-fornië

3. Robin Hoed komt einde No­vem­ber in An­vers-Palace.

De Sheik. — Dou­glas Fair­banks, nu veer­tien­jarige zoon, is uit het eerste huwelijk van Dou glas met Mias Beth Sully, waar­van hij schei­dde.

2. — Mary Pick­ford is op 8 April 1893 ge­boren; onder deze naam is zij veel beter bek­end dan Onder haar waren naam Gladys Smith of Mrs Doiu-glas Fair­banks.

3. Char­lie Chap­lin is geschei­den van zijn vrouw Mil­dred Har­ris. Kor­tel­ings wi­j­den wij een ar­tikel aan de wijze waarop zij in het huwelijk traden.

Clairette Ciné. — 1. Heb geduld, de photo van Con­way Tearle komt zan­der fout als bi­jlage ti­j­dens het vol­gend zom­er­seizoen.

2. Die twee maatschap­pi­jen werken nu 'samen; men heeft er uwe photo be­houden als dokur­nen-tatie en dit is door­gaans een goed teeken, u hoeft er u dus in ’t geheel niet ongerust over te maken.

3. Onze wen­sch is het in­s­gelijks dat de uwe eens moge ver­ho­ord wor­den.

Sar­nia. — 1. Dit is ongetwi­jfeld maar een gewoon fig­u­rant ge­weest; hunne namen wor­den zeer zelden medegedeeld; in geen geval echter was het Rudolph Valentino.

2. Weet u van welke maatschap­pij die film was?

3. De rol van Prinses Nadia in « De Wees » werd ver­tolkt door Mlle Grey­jane.

N.-B. — Maë Mur­ray antwo­ordt immer; dus niet wan­hopen; hoogst aan­ge­naam zou het ons zijn in­dien u ons eens een bi­j­drage wildet inzen­den over de cin­ema in Ned­er­land­sch-Indië; neem als maat­staf ons ar­tikel over « De Cin­ema in Japan », in ons num­mer van 28 Sep­tem­ber 1.1. Vol­gaarne nemen wij het op.

Sus­sLTinny.Nelly, R. X. Foot­ball Club, Molly Blondinette, Poli­dor, Haydée, Pier­lala, A.C., Anita

Georges, bi­j­dra­gen niet opgenomen daar zij van geen adres voorzien waren.

Ongeduldige, Joris, Peggy, Van­der­goten, bi­j­dra­gen niet opgenomen daar zij ofwel on­be­lan­grijk ofwel te per­soon­lijk waren.

Nemo.

N.=B. — Vra­gen ons na Zondag toegekomen wor. den in het vol­gend num­mer beant­wo­ord.


< Ct­NE­MAW­ERELD »

Onze Ciné-Ro­mans

Lev­ens­beschri­jv­ing van Norma, Nathalie en Con­stance Tal­madge

DOOR ED. NEORQ

6de VER­VOLG.

Het eenige lid der fam­i­lie Tal­madge, welke met tegen­zin Brook­lijn ver­liet, was Nathalie.

Menig­maal is er gezegd gewor­den dat Nathalie de jong­ste der meis­jes was, maar dit is niet zoo; zij is een jaar ouder dan Con­stance. Van deze gele­gen­heid zullen wij dan ook ge­bruik maken om den oud­er­dom der gezusters Tal­madge op te geven.

Norma is ge­boren te Ni­a­gara Falls op 2 Mei 1897 en is dus op het oogen­blik 26 jaar oud.

Nathalie’s ge­boorteplaats is Brook­lijn en aan­schouwde het lev­enslicht op 29 April 1899 en is bi­jgevolg 24 jaar.

Con­stance eve­neens, is ge­boren te Brook­lijn op 19 April 1900 en heeft alzoo den oud­er­dom van 23 jaar.

Nathalie was zeer trotsch op beide zusters maar had niet het min­ste ver­lan­gen dezes spoor te vol­gen. Op moeder’s aan­drin­gen, ging zij ook naar Vi-ta­graph’s Stu­dio en soms kreeg zij een kleinigheid te doen maar het werk al­daar had niet den min­sten in­vloed op haar.

« Niet noodig, Peg» zegde zij zek­eren dag, « het is mijn roeping niet. Twee artis­ten in de fam­i­lie is ge­noeg. Daar­bij, ik hen niet zoo lief, heb er geen ver­stand van....»

« Onzin! » viel Mevrouw Tal­madge haar in de rede. « Gij zijt de ver­standig­ste van al mijn dochters. Al wat gij ver­langt zult gij kun­nen leeren. Doch, in­dien de cin­ema u niet be­valt, blijf er dan weg. De groote zaak is: Gelijk wat gij aan­pakt, moet gij er u met hart en ziel aan geven. In ieder geval moet gij iets on­derne­men opdat gij later u zelf helpen kunt. »

Nathalie deed w'at haar moeder haar aan­be­val. Zij studeerde boekhoud­ing, machien­schrift en het stenografeeren. Zij leerde wTel tot de fam­i­lie de reis on­der­nam naar het Westen.

Nathalie vroeg zich af wat het nieuw leven al­daar haar bren­gen zou. Zij had niet veel hoop in Cal­i­fornië. Zij was een zeer gedachtvol meisje, vol liefde tot de studie en was een weinig bevreesd van het leven. Zij be­minde haar zusters en ver­heugde zich in hun suc­ces doch zij wist zeer goed dat de Natuur haar niet be­giftigd had met dezelfde kwaliteiten als Norma en Con­nie. Haar eenig­ste kwaliteit was: zij hield zich te ned­erig.

De reis naar Cal­i­fornië bracht een groote ve­ran­der­ing in het leven der meis­jes.

Voor Norma be­teek­ende het, de weg naar roem en for­tuin. Zij was al­reeds een bek­ende artiste in de einema-wereld, maar nu werd zij een « film­star ».

Voor Con­stance kwam hier de eerste groote kans om Norma te vol­gen. Zij kreeg een lei­d­ingsrol in één der groot­ste pro­duc­ties tot hi­er­toe voort­ge­bracht.

En voor' Nathalie een woeliger leven tot de studie waar­door zij ken­nis maakte met vele nieuwe vriendin­nen.

Met deze rege­len sluiten wij de eerste phase van de won­der­bare loop­baan der zusters Tal­madge.

Op het oogen­blik is de cin­ema het meest geliefkoosde volksver­maak. Op zeer kor­ten tijd heeft het in do wereld, als uitspan­ning, de eerste plaats in­genomen. 15 jaar gele­den be­ho­orde het nog maar op het pro­gramma eener mu­sic-hall, maar nu zijn de mu­sic-halls ve­ran­derd in cin­ema-zalen.

Een hoogstaande kri­tieker verk­laarde toen, dat een lief gezichtje op het witte doek van zelf bi­j­val be­haalde en als men naar dit gezegde een on­der­zoek wil in­stellen, dan vind men dat de man er leel­ijk nevens sloeg. Een lief gezichtje moest de ac­trice zeker hebben maar zij moest ook kun­nen spe­len, an­ders werd zij niet aangenomen.

De meeste film­ster­ren waren, alvorens aan het scherm te komen, toonee­lartis­ten, maar niet allen. Norma Tal­madge had nooit op het tooneel ge­weest. Al wat zij kent van spe­len, heeft zij in het stu­dio geleerd.

Eens vroeg men aan één harer regis­seurs hoe het. kwam dat Norma zoo spoedig «weg» gemaakt had. Zijn antwo­ord was kort:

« Miss Tal­madge heeft hersens. Zij voedt deze met al wat zij ziet. »

Wan­neer zij bij de Tri­an­gle Co. kwam, kreeg zij niets dan «star-rollen» en de di­recteuren hebben het hun niet beklaagd. Haar eerste film was: « The Crown Prince’s Dou­ble » dewelke een kolos­saal suc­ces ver­wierf.

De groote oor­log brak uit en men maakte een film daarop getiteld: « The Bat­tle Cry of Peace » waarin Norma Tal­madge de Amerikaan­sche Schoonheid ver­tolkte.

In deze band maakte zij sen­satie. De kri­tiek was een en al en­t­hou­si­asme en voor­spelde haar eene rijke toekomst.

Vol­gens Mevrouw Tal­madge was deze film de eigen­lijke oorzaak van haar won­der­bare vooruit­gang. Van toen af werd zij wereld­beroemd.

Norma werkte en studeerde steeds harder en harder. In­dien de lezer op het oogen­blik naar een Norma Tal­madge-film gaat zien en aan­dachtig volgt, dan zal hij getrof­fen wor­den door de min­ste kleinigheid welke bij deze film­ster ver­zorgd is.

Nu dat zij haar eigen stu­dio heeft en met de hulp van haar echtgenoot, zelf haar fil­men voort­brengt, nu kan zij zelf na­gaan of alles in de pun­t­jes ver­zorgd is. Steeds is zij ook bereid, van ieder die het wel meent, goede raad aan te nemen

Als een be­wijs van de nauwgezetheid en ernst waarmede zij werkt, kan gezegd wor­den, dat zij in haar stu­dio een bu­reel heeft opgericht spe­ci­aal om op­zoekin­gen te doen in aller­lei doku­menten. Een bi­j­zon­der per­son­eel staat ten hare di­en­ste om haar in alles te helpen opdat de te maken film ko­r­rekt zij.

CIN­E­MAW­ERELO »

Er wor­den vijf tot zeven weken ge­bruikt eer men aan een film be­gint. In dien tijd moet de regis­seur van alles op de hoogte zijn. Het op­zoek­ings­bu­reel moet hem dan in­lichten. Men ge­bruikt uren en uren in de bib­lio­theek om te zien hoe in dien of dien tijd de kos­tu­men van man­nen en vrouwen waren; hoe aan het Hof van Bodewijk XIV de menuet gedanst werd, enz., enz.

Het op­zoek­ings­bu­reel moet alles weten; niet alleen van de kos­tu­men maar ook hoe de zeden en gewoon­ten waren van alle volk­eren. En daar­bij moet het spoedig geweten zijn.

Door een gewoon regis­seur wor­den nog al eens deze kleinighe­den over het hoofd gezien.

« Wij kun­nen geen geld en tijd best­e­den aan zulke din­gen» zeggen zij. « Het spel is hoofdzaak; naar de rest ziet het pub­liek niet.»

« Het pub­liek ziet dat wel » verk­laart Norma Tal­madge. « Zijn deze regis­seurs dan blind? Zien zij dan niet hoe in de laat­ste jaren alles ve­ran­dert is? De tijd is voor­bij dat het pub­liek zich tevre­den stelde met enkel een helden­daad te zien. De domme geschiedenis­sen vol­doen niet meer. De fil­min­dus­trie is nu kunst gewor­den. Het volk vraagt fijne come­dies. Dat is dan ook de reden waarom bek­ende let­terkundi­gen nu met de zaak vertrouwd zijn. Alen ziet tegen­wo­ordig naar de aan­kleed­ing van een film; naar meube­len, kos­tu­men, naar alle benood­ighe­den.

« Maar » vroeg ie­mand aan Norma, « Zou het pub­liek naar de cin­ema gaan voor de « ster» en den in­houd van de film?»

« Natu­urlijk » antwo­ordde zij. « Als gij naar een restau­rant gaat om te di­neeren, is het dan niet het diner wat gij ver­langt? Dit is toch de hoofdzaak... Maar gij ver­langt in de eerste plaats dat het goed opge­di­end wordt, ni­et­waar? Opgevoed volk ver­langt fijne waar, zeker, maar ik maak mijn fil­men aantrekke­lijk voor iedereen, zoowel voor een werk­man als voor een hoogleer­aar.»

Norma Tal­madge is eene dier artis­ten welke een karak­ter kan uit­beelden juist zooals de schri­jver het ver­langt.

Een bek­ende tooneel­speler, welke niets om fil­men gaf, werd meer­maals ver­zocht eens naar een cin­e­mazaal te gaan. Hij zag Norma Tal­madge op de film en was zoo ver­baasd dat hij over niets an­ders meer sprak. Zijn vriend stootte hem aan den arm en zegde:

« Zij is lief, ni­et­waar? »

« Ik geloof dat ze dit is, maar dit is het niet wat mij in ver­vo­er­ing brengt. Zij is een artiste zooals ik er w’einig gezien heb.»

« Norma gij zijt nu een «star», dat is prachtig, dat is heer­lijk, ik ben er zoo gelukkig om. Maar...»

Con­stance zweeg en van haar arm­stoel, waarin zij lag, zag zij fier op naar haar beroemde zuster. Zij warén nu in Cal­i­fornië en be­gonnen al een weinig aan hun nieuw leven te gewen­nen.

De jongs te zuster kon moeil­ijk een dag laten voor­bij gaan zon­der één van de fam­i­lie voor ’t lapje te houden of ze te pla­gen.

« Wat be­doelt ge met « maar?» vroeg Norma. Con­stance zette een plechtig gezicht.

« Gij zijt nu een «star» en voor­taan zullen wij u eerbiedig groeten, geknield, met onze armen gekruist op de borst, en u nastaren ter­wijl gij gaat

van tri­omf tot tri­omf.... Dat zal heer­lijk zijn, waar? »

Norma Jachtte.

« Gek meisje » zegde zij. « Spoedig zult gij ook wel een «star» wor­den.

« Neen, neen!... Zoek geen valsche hoop in mijn jonge boezem bin­nen te smokke­len. Mijn loop­baan wordt gedom­peld in het niet. In de «Vita­graph had ik kans, een kleine kans, maar hier....»

« Van­daag vroeg M. Grif­fith naar u. »

Con­stance was recht gespron­gen, de spot was verd­we­nen, haar oogen glans­den.

« Ja. Con­nie, hij ver­langt u mor­gen te zien. Hij brengt een prachtige nieuwe film te voorschijn. De groot­ste welke ooit zal ver­toond zijn. Hij is getiteld: « In­tol­er­ance ». Hij denkt er voor u een rol in te hebben. »

« Oh! » riep Con­stance in de han­den klap­pende. « Wat een man! Hoe ver­standig! Ik heb al­tijd gezegd dat M. Grif­fith iets was! Maar... is het werke­lijk een rol? »

« Ik geloof het toch. Doch, mor­gen zult gij er meer over weten. »

Con­nie bezag haar zuster met wantrouwen.

« Wel neen zusje lief. Meer­maals heb ik hem gezegd u een kans te geven en nu heeft hij ein­delijk in deze film iets bi­j­zon­ders voor u. Hij is er mede is de wolken. Hij zegde mij dat hij door uw lief aangezicht en door um aan­min­ning figu­urtje getrof­fen was. »

« Oh, lieve God! » Jachtte Con­nie met een komis­che be­weg­ing. « In ieder geval, dit is glo­ri­er­ijk nieuws! Ver­schooning, zuster, dit moet ik spoedig Peg gaan vertellen! »

De vol­gende dag zag zij M. Grif­fith en Con­nie werd door hem uit­gekozen om“in « In­tol­er­ance » het «Bergmeisje» te ver­tolken.

In het deel van deze won­der­bare pro­duc­tie gewijd aan de Baby­lonis­che pe­ri­ode, had Con­stance de lei­d­ings-rol. Het was een buitenge­woon iets voor zoo’n jong meisje, maar ieder wie deze film gezien heeft, zal ge­tu­igen hoe goed zij er in was.

Doch zij moest er hard in werken... In dit deel van de film moest zij in een kar­retje ri­j­den; op de repetitiën moest zij dit meer­maals her­halen het­geen van haar zenuwen eene bi­j­zon­dere span­ning vergde. Het du­urde een ti­jdje eer zij zich goed kon staande houden in dit zwaaiende wa­gen­tje, daar het getrokken werd door dri­este paar­den rond de arena. Weken lang kwam zij naar huis met gek­wet­ste knieën. Maar ein­delijk be­hield zij haar even­wicht zoo­dat men op de film haar kon be­won­deren om haar gra­cieus figu­urtje.

Met deze film alléén maakte Con­stance Tal­madge naam en van dien dag af wérd zij in­s­gelijks « Star ».

«Scan­dal»; «The Hon­ey­moon»; «A Pair of Blue Stock­ings»; «Mrs Loff­in­g­well’s Boots »; «Ro­mance and Ara­bella»; «Two Weeks»; «In Stearch of a Sin­ner»; «The Per­fect Woman» zijn eenige van haar fil­men welke door haar be­won­der­aars wel zullen herin­nerd wor­den.

[Wordt voort­gezet.)


( CT­NE­MAW­ERELD

Onze Ciné-Ro­mans

Lev­ens­beschri­jv­ing van Norma, Nathalie en Con­stance Tal­madge

DOOR ED. NEORG

6de VER­VOLG.

Het fcenige lid der fam­i­lie Tal­madge, welke met tegen­zin Brook­lijn ver­liet, was Nathalie.

Menig­maal is er gezegd gewor­den dat Nathalie de jong­ste der meis­jes was, maar dit is niet zoo; zij is een jaar ouder dan Con­stance. Van deze gele­gen­heid zullen wij dan ook ge­bruik maken om den oud­er­dom der gezusters Tal­madge op te geven.

fc>rma is ge­boren te Ni­a­gara Falls op 2 Mei 1897 en is dus op het »ogen­blik 26 jaar oud.

Nathalie’s ge­boorteplaats is Brook­lijn en aan­schouwde het lev­enslicht op 29 April 1899 en is bi­jgevolg 24 jaar.

Con­stance eve­neens, is gehörende Brook­lijn op 19 April 1900 en heeft alzoo den oud­er­dom van 23 jaar.

Nathalie was zeer trotsch op beide zusters maar had niet het min­ste ver­lan­gen dezes spoor te vol­gen. Op moeder’s aan­drin­gen, ging zij ook naar Vi-ta­graph’s Stu­dio en soms kreeg zij een kleinigheid te doen maar het werk al­daar had niet den min­sten in­vloed op haar.

« Niet noodig, Peg» zegde zij zek­eren dag, « het is mijn roeping niet. Twéé artis­ten in de fam­i­lie is ge­noeg. Daar­bij, ik ben niet zoo lief, heb er geen ver­stand van....»

« Onzin! » viel Mevrouw Tal­madge haar in de rede. « Gij zijt de ver­standig­ste van al mijn dochters. Al wat gij ver­langt zult gij kun­nen leeren. Doch, in­dien de cin­ema u niet be­valt, blijf er dan weg. De groote zaak is: Gelijk wat gij aan­pakt, moet gij er u met hart en ziel aan geven. In ieder geval moet gij iets on­derne­men opdat gij later u zelf helpen kunt. »

Nathalie deed wat haar moeder haar aan­be­val. Zij studeerde boekhoud­ing, machien­schrift en het stenografeeren. Zij leerde wel tot de fam­i­lie de reis on­der­nam naar het Westen.

Nathalie vroeg zich af wat het nieuw leven al­daar haar bren­gen zou. Zij had niet veel hoop in Cal­i­fornie. Zij was een zeer gedachtvol meisje, vol liefde tot de studie en was een weinig bevreesd van het leven. Zij be­minde haar zusters en ver­heugde zich in hun suc­ces doch zij wist zeer goed dat de Natuur haar niet be­giftigd had met dezelfde kwaliteiten als Norma en Con­nie. Haar eenig­ste kwaliteit was: zij hield zich te ned­erig.

De reis naar Cal­i­fornie bracht een groote ve­ran­der­ing in het leven der meis­jes.

Voor Norma be­teek­ende het., de weg naar roem en for­tuin. Zij was al­reeds een bek­ende artiste in de einema-wereld, maar nu werd zij een « film­star ».

Voor Con­stance kwam hier de eerste groote kans om Norma te vol­gen. Zij kreeg een lei­d­ingsrol in één der groot­ste pro­duc­ties tot hi­er­toe voort­ge­bracht.

En voor Nathalie een woeliger leven tot de studie waar­door zij ken­nis maakte met vele nieuwe vriendin­nen.

Met deze rege­len sluiten wij de eerste phase van de won­der­bare loop­baan der zusters Tal­madge.

Op het »ogen­blik is de cin­ema het meest geliefkoosde volksver­maak. Op zeer kor­ten tijd heeft het iu de wereld, als uitspan­ning, de eerste plaats in­genomen. 15 jaar gele­den be­ho­orde het nog maar op het pro­gramma eener mu­sic-hall, maar nu zijn de mu­sic-halls ve­ran­derd in cin­ema-zalen.

Een hoogstaande kri­tieker verk­laarde toen, dat een lief gezichtje op het witte doek van zelf bi­j­val be­haalde en als men naar dit gezegde een on­der­zoek wil in­stellen, dan vind men dat de man er leel­ijk nevens sloeg. Een lief gezichtje moest de ac­trice zeker hebben maar zij moest ook kun­nen spe­len, an­ders werd zij niet aangenomen.

De meeste film­ster­ren waren, alvorens aan het scherm te komen, toonee­lartis­ten, maar niet allen. Norma Tal­madge had nooit op het tooneel ge­weest. Al wat zij kent van spe­len, heeft zij in het stu­dio geleerd.

Eens vroeg men aan één barer regis­seurs hoe het. kwam dat Norma zoo spoedig «weg» gemaakt had. Zijn antwo­ord was korf,:

« Miss Tal­madge heeft hersens. Zij voedt deze met al wat zij ziet. »

Wan­neer zij bij de Tri­an­gle Co. kwam, kreeg zij niets dan «star-rollen» en de di­recteuren hebben het hun niet beklaagd. Haar eerste film was: « The Crown Prince's Dou­ble » dewelke een kolos­saal suc­ces ver­wierf.

De groote oor­log brak uit en men maakte een film daarop getiteld: « The Bat­tle Cry of Peace » waarin Norma Tal­madge de Amerikaan­sche Schoonheid ver­tolkte.

In deze band maakte zij sen­satie. De kri­tiek was een en al en­t­hou­si­asme en voor­spelde haar eene rijke toekomst.

Vol­gens Mevrouw Tal­madge was deze film de eigen­lijke oorzaak van haar won­der­bare vooruit­gang. Van toen af werd zij wereld­beroemd.

Norma wérkte en studeerde steeds harder en harder. In­dien de lezer op het oogen­blik naar een Norma Tal­madge-film gaat zien en aandaichtig volgt, dan zal hij getrof­fen wor­den door de min­ste kleinigheid welke bij deze film­ster ver­zorgd is.

Nu dat zij haar eigen stu­dio heeft en met de hulp van haar echtgenoot, zelf haar fil­men voort­brengt. nu kan zij zelf na­gaan of alles in de pun­t­jes ver­zorgd is. Steeds is zij ook bereid, van ieder die het wel meent, goede raad aan te nemen

Als een be­wijs van de nauwgezetheid en ernst waarmede zij werkt, kan gezegd wor­den, dat zij in haar stu­dio een bu­reel heeft opgericht spe­ci­aal om op­zoekin­gen te doen in aller­lei doku­menten. Een bi­j­zon­der per­son­eel staat ten hare di­en­ste om haar in alles te helpen opdat de te maken film ko­r­rekt zij.

Ct­NE­MAW­ERELD »

Er wor­den vijf tot zeven weken ge­bruikt eer men aan een film be­gint. In dien tijd moet de regis­seur van alles op de hoogte zijn. Het op­zoek­ings­bu­reel moet hem dan in­lichten. Men ge­bruikt uren en uren in de bib­lio­theek om te zien hoe in dien of dien tijd de kos­tu­men van man­nen en vrouwen waren; hoe aan het Hof van Lodewijk XIV de menuet gedanst werd, enz., enz.

Het op­zoek­ings­bu­reel moet alles weten; niet alleen van de kos­tu­men maar ook hoe de zeden en gewoon­ten waren van alle volk­eren. En daar­bij moet het spoedig geweten zijn.

Door een gewoon regis­seur wor­den nog al eens deze kleinighe­den over het hoofd gezien.

« Wij kun­nen geen geld en tijd best­e­den aan zulke din­gen» zeggen zij. « Het spel is hoofdzaak; naar de rest ziet het pub­liek niet.»

« Het pub­liek ziet dat wel » verk­laart Norma Tal­madge. « Zijn deze regis­seurs dan blind? Zien zij dan niet boe in de laat­ste jaren alles ve­ran­dert is? De tijd is voor­bij dat het pub­liek zich tevre­den stelde met enkel een helden­daad te zien. De domme geschiedenis­sen vol­doen niet meer. De fil­min­dus­trie is nu kunst gewor­den. Het volk vraagt fijne come­dies. Dat is dan ook de reden waarom bek­ende let­terkundi­gen nu met de zaak vertrouwd zijn. Men ziet tegen­wo­ordig naar de aan­kleed­ing van een film; naar meube­len, kos­tu­men, naar alle benood­ighe­den.

« Maar » vroeg ie­mand aan Norma, « Zou het pub­liek naar de cin­ema gaan voor de « ster » en den in­houd van de film?»

« Natu­urlijk » antwo­ordde zij. « Als gij naar een restau­rant gaat om te dïneeren, is het dan niet liet diner wat gij ver­langt? Dit is toch de hoofdzaak... Maar gij ver­langt in de eerste plaats dat het goed opge­di­end wordt, ni­et­waar? Opgevoed volk ver­langt fijne waar, zeker, maar ik maak mijn fil­men aantrekke­lijk voor iedereen, zoowel voor een werk­man als voor een hoogleer­aar.»

Norma Tal­madge is eene dier artis­ten welke een karak­ter ka-n uit­beelden juist zooals de schri­jver het ver­langt.

Een bek­ende toorieel­speler, welke niets om fil­men gaf, werd meer­maals ver­zocht eens naar een cin­e­mazaal te gaan. Hij zag Norma Tal­madge op de film en was zoo ver­baasd dat hij over niets an­ders meer sprak. Zijn vriend stootte hem aan den arm en zegde:

« Zij is lief, ni­et­waar? »

« Ik geloof dat ze dit is, maar dit is het niet wat mij in ver­vo­er­ing brengt. Zij is een artiste zooals ik er weinig gezien heb.»

« Norma gij zijt nu een «star», dat is prachtig, dat is heer­lijk, ik ben er zoo gelukkig om. Maar...»

Con­stance zweeg en van haar arm­stoel, waarin zij lag, zag zij fier op naar haar beroemde zuster. Zij warén nu in Cal­i­fornie en be­gonnen al een weinig aan hun nieuw leven te gewen­nen.

De jong­ste zuster kon moeil­ijk een dag laten voor­bij gaan zon­der één van de fam­i­lie voor ’t lapje te houden of ze te pla­gen.

« Wat be­doelt ge met « maar?» vroeg Norma. Con­stance zette een plechtig gezicht.

« Gij zijt nu een «star» en voor­taan zullen wij u eerbiedig groeten, geknield, met onze armen gekruist op de borst, en u nastaren ter­wijl gij gaat

van tri­omf tot tri­omf.... Dat zal heer­lijk zijn, ni­et­waar? »

Norma lachtte.

« Gek meisje » zegde zij. « Spoedig zult gij ook wel een «star» wor­den.

« Neen, neen!... Zoek geen valsche hoop in mijn jonge boezem bin­nen te smokke­len. Mijn loop­baan wordt gedom­peld in het niet. In de «Vita­graph had ik kans, een kleine kans, maar hier....»

« Van­daag vroeg M. Grif­fith naar u. »

Con­stance was recht gespron­gen, de spot was verd­we­nen, haar oogen glans­den.

« Ja, Con­nie, hij ver­langt n mor­gen te zien. Hij brengt een prachtige nieuwe film te voorschijn. De groot­ste welke ooit zal ver­toond zijn. Hij is getiteld: « In­tol­er­ance ». Hij denkt er voor n een rol in te hebben. »

« Oh! » riep Con­stance in de han­den klap­pende.

« Wat een man! Hoe ver­standig! Ik heb al­tijd gezegd dat M. Grif­fith iets was! Maar... is het werke­lijk een rol? »

« Ik geloof het toch. Doch, mor­gen zult gij er meer over weten. »

Con­nie bezag haar zuster met wantrouwen.

« Wel neen, zusje lief. Meer­maals heb ik hem gezegd u een kans te geven en nu heeft hij ein­delijk in deze film iets bi­j­zon­ders voor u. Hij is er mede is de wolken. Hij zegde mij dat hij door uw lief aangezicht en door nm aan­min­ning figu­urtje getrof­fen was. »

« Oh, lieve God! » lachtte Con­nie met een komis­che be­weg­ing. « In ieder geval, dit is glo­ri­er­ijk nieuws! Ver­schooning, zuster, dit moet ik spoedig Peg gaan vertellen! »

De vol­gende dag zag zij M. Grif­fith en Con­nie werd door hem uit­gekozen onfin « In­tol­er­ance » het «Bergmeisje» te ver­tolken.

In het deel van deze won­der­bare pro­duc­tie gewijd aan de Baby­lonis­che pe­ri­ode, had Con­stance de lei­d­ings-rol. Het was een buitenge­woon iets voor zoo’n jong meisje, maar ieder wie deze film gezien heeft-, zal ge­tu­igen hoe goed zij er in was.

Doch zij moest er hard in werken... In dit deel van de film moest zij in een kar­retje ri­j­den; op de repetitiën moest zij dit meer­maals her­halen het­geen van haar zenuwen eene bi­j­zon­dere span­ning vergde. Het du­urde een ti­jdje eer zij zich goed kon staande houden in dit zwaaiende wa­gen­tje, daar het getrokken werd door dri­este paar­den rond de arena. Weken lang kwam zij naar huis met gek­wet­ste knieën. Maar ein­delijk be­hield zij haar even­wicht zoo­dat men op de film haar kon be­won­deren om haar gra­cieus figu­urtje.

Niet deze film alléén maakte Con­stance Tal­madge Haam en van dien dag af wérd zij in­s­gelijks «Star ».

«Scan­dal»; «The Hon­ey­moon»; «A Pair of Blue Stock­ings»; «Mrs Loff­in­g­well’s Boots »; «Ro­mance and Ara­bella»; «Two Weeks»; «In Stearch of a Sin­ner»; «The Per­fect Woman» zijn eenige van haai’ fil­men welke door haar be­won­der­aars wel zullen herin­nerd wor­den.

{Wordt voort­gezet.)


FAB­RIKAN­TEN EN WINKE­LIERS Plaatst uwe aankondigin­gen in

Gineroa- en Toonee­linereld

Of­fi­cieel Or­gaan van het Na­tion­aal Ver­bond der Vlaam­sche Tooneel­maatschap­pi­jen van België

Het best en meestgelezen Famiüeweek­blad

Wan­neer een Kinema in Uw woon­plaats

een

H AOKIN

Karthuiz­ersstraat, 9A. — BRUS­SEL

film I

geeft, dan is het de schoonste in Uw woon­plaats ver­toond,

Harry Carey

in een buitenge­wone serie van vijf films

mm HAÏAKAWA

in zes buitenge­wone films

DruVk.«Nep­tune», Steen­houw­ersvest. 28, Antw.