Programme de 25 à 29 nov. 1923



Livret de programme

Source: FelixArchief no. 1968#576

Ce texte a été généré automatiquement sur la base des pages numérisées, en utilisant la technologie ROC. En raison des polices de caractères historiques utilisées dans les livrets de programmes, les résultats ne sont pas sans fautes.

Consultez les images de ce livret de programme


CINE­MA­WE­RELD

Uit­gave c Cinema- en Too­neel­we­reld », Korte Gas­thuiss­traat, 16, Ant­wer­pen.

Nr 47


» CINEMA WERELD »

OOOR HEM ZELF

— Ik ben in 1897 te Bur­chard (Nebraska) gebo­ren. Na met mijne ouders geheel Ame­rika door­kruist te heb­ben, ves­tig­den zij zich te San Diego, waar mijn vader een win­keltje opende; ik werd zijn hel­per en was toen tien jaar oud; dit belette mij niet naar school te gaan en ter-zel­ver­tijd deel te maken van een lief­heb-bers­too­neel­ge­zel­schap dat 's avonds ver-too­nin­gen gaf. Dik­wi­jls was ik tege­lij­ker­tijd pro­gram­ma­ver­koo­per, en akteur. Tus­schen de poo­zen ver­kocht ik ook nog bon­bons.

Toen ik 14 jaar was werd er te San Diego een school voor too­neels­pel ges­ticht. Natuur­lijk maakte ik er deel van. Ik had dus vier bezi­ghe­den: het kol­lege, de win­kel mijns vaders, de ver­koop van pro­gram­ma’s en bon­bons en de too­neel-school. Dit alles belette mij niet een sport -veree­ni­ging te stich­ten waar­van ik zelf de lei­der was. Ik had dus werk genoeg.

)) Op het kol­lege was ik een zeer mid­del­ma­tig leer­ling; op de plan­ken was.​ik ech­ter beter thuis. Op 16-jari­gen ouder­dom ver­tolkte ik rol­len van gri­j­zaards van 75 jaar.

» Toen kwam de Edi­son Moving Pic­tures Com­pany in ons stadje. Ik werd er regel­ma­tig akteur aan 35'dol­lar per week. Dik­wi­jls ver­tolkte ik vijf ver­schil­lende rol­len op een en dezelfde dag: poli­cie-man, ban­diet, dag­blad­schri­j­ver, de oude gene­raal. Indiaan, çow-boy, de ver­ra­der of het kind. Toen de «Edi­son» zich een wei­nig later te Los Angeles ging ves­ti­gen, zegde ik alles: kol­lege, vaders win­kel, de too­neel­school, de too­neel- en sport­ve­ree­ni­ging vaar­wel.

Na in één jaar meer dan 500 ro'len voor de «Edi­son» gedraaid te heb­ben, ging ik onder de vlag eener andere Com­pany, die pas kwam ges­ticht te wor­den: de «Keys­tone».

» Bij de Keys­tone, waar­van de bes­tuur­der Mack Sen­nett was, maakte ik ken­nis met een jong­mensch. Hal Roach. Zeke­ren dag dat hij ziek was, mocht ik

hem ver­van­gen. Wij wer­den een paar onaf­scheid­bare vrien­den. Roach wilde film­re­gis­seur wor­den. Door het over­li­j­den van zijn oom, kwam hij in het bezit eener kleine erfe­nis. Hij ver­liet de Keys­tone en stichtte zijn eigen maat­schap­pij. Hij nam mij mede en in 1916 ver­diende ik 50 dol­lar per week. Ik moest enkel kluch­trol­len ver­vul­len, maar voor een hoo­ger sala­ris had ik gaarne de rol van... nijl­paard, of wat ge ook wilt, ver­tolkt.

» Maar in 1916 bes­tond er voor het publiek slechts één per­soon, de komiek Char­lie Cha­plin. En omdat Cha­plin een kne­veltje en een veel te wijd pak droeg, ( dacht het publiek dat al de andere komie­ken zooah hij zijn moei­ten: Ik wilde hem niet naäpen. Noch­tans wilde ik met de gees­tes­ges­teld­heid van het publiek reke­ning hou­den, en... Char­lie een te wijd pak dra­gende, koos ik mij er een, veel te smal en te kort, en een kne­veltje dat ook van het zijne ver­schilde. Ik werd dus «Lone­some Luke», en onder dit uiter­lijk draaide ik een 150 klucht­fil­men. Ik maakte een film op twee à drie dagen, en die voort­breng­sels, alhoe­wel slecht, bezorg­den mij een zekere popu­la­ri­teit. Nooit ech­ter gaven zij mij een per­soon­lijke vol­doe­ning. Ik voelde wel dat dit genre mij niet ver kon lei­den, en ik dacht er erns­tig aan een andere «type» te schep­pen. Ik had eens op ’t too­neel een komiek gezien die een groote bril in hoorn droeg en ik bes­loot dit «genre» op het, doek te lan­cee­ren.

» Sind­sdien begon ik de toes­tan­den erns­tig in te stu­dee­ren.

» Neem als voor­beeld mijn n’euw genre, met hoor­nen bril. Ge kunt in de straat geen hon­derd stap­pen doen, zon­der een man te ont­moe­ten die een der-gelijke bril draagt; zelfs gij draagt er zóo een. Dit is dus nor­maal. Ik bes­loot dan ook mij cor­rekt te klee­den, en vari dan af, leken mijne avon­tu­ren natuur­lijk.

» Maar nu kwam het moei­lijke van mijn werk.

» Het huis Pathé, in Ame­rika, gaf mijne fil­men uit en wan­neer mijn vriend Roach aan de bes­tuur­der mede­deelde dat ik zin­nens was mijn genre te veran­de­ren, dan was het een vree­se­lijk kabaal.

» Na veel gedon­der, geblik­sem, ge-dreig en... diplo­ma­tie, geraak­ten we toch

« CINE­MA­WE­RELD »

t’ak­koord en men bes­loot mij te lan­cee­ren: « Harold Lloyd, de man met den hoor­nen bril »,

» Voor wat de bril betreft, moet ik u zeg­gen, dat hij mij veel last veroor­zaakte. Hij werd aan een spe­ciale stu­die onder­wor­pen. Die bril is natuur­lijk niet van gla­zen voor­zien en bes­taat uit een een­vou­dig hoor­nen geraamte. Maar dit mon­tuur is met zorg getee­kend. Indien b.v., de cir­kels van den bril te groot waren geweest, had­den zij mijne wenk­brau­het pen­sion ont­moe­ten. Ik werd door hare gra­tie en bekoor­lij­kheid ver­leid en, alvo­rens terug naar New-York te ver­trek­ken, had ik reeds met haar een ver­bin­te­nis afges­lo­ten.

» Kort daa­rop (23 Februari 1923) zou zij nog nader aan mij ver­bon­den wor­den, maar dit­maal door de zor­gen van een... domi­nee. »

Alvo­rens dit artie­kel af te slui­ten, hou­den wij er nog aan te zeg­gen dat Harold

wen ver­bor­gen en had ik door dit feit, een uit­druk­king­smid­del ver­lo­ren.

» Ik koos mijne met­ge­zel­len vol­gens him schoon­heid en hun onder­vin­ding: maar de eerste voor­waarde is: schoon­heid. Bebe Daniels was nog niet veel bekend toen ik ze vroeg mijne par­te­naire te wor­den.

» Het­zelfde gebeurde zoo onge­veer met Mil­dred Davies. Het toe­val van een ver­lof op een bui­ten­plaatsje deed ons in

Lloyd nu in de Veree­nigde Sta­ten en in Enge­land de bij­naam van ((Winkle» heeft beko­men. De naam van «Lui» werd hem uit lou­ter fan­ta­zij door een Pari­jsch kon-fra­ter toe­ge­dacht, en sind­sdien is hij nog immer « Lui ».

Ech­ter zijn reeds tee­ke­nen aan den gezich­tein­der dat deze naam bin­nen zeer afzien­ba­ren tijd weer eens zal veran­derd wor­den.

NEMO.


« CINEMA WERE LD »

De lij­dens­weg eener moe­der

(Le Cal­vaire de Mme Bel­le­roy) .... (The Impos­sible Mrs Bel­le­roy)

Novelle van .... David Lisle

Sce­na­rio van .... Percy Heath

en Monte M. Kat­ter­john Fil­ra­re­gie van .... Sam Wood

ROL­VER­DEE­LING

Ida Bel­le­roy .... Glo­ria Swan­son

Jerome Woo­droff ... Richard Wayne

Groo­ther­tog Ros­toy de Varna

Frank Eliot

Stan­ley Hobart .... Conrad Nagel

Ida Bel­le­roy, jonge Ame­ri­kaansche, onder­wor­pen maar immer treu­rig, is gehuwd aan een onwaa­rig echt­ge­noot die met een zekere Mme Alice Tem­ple­ton leeft, indring­ster die ver­langt zich te doen

komt spe­len. Bel­le­roy bes­chul­digt val-sche­lijk Woo­droff; de woor­den­wis­se­ling wordt hevig, zij wor­den hand­ge­meen en Bel­le­roy ein­digt met op zijn vriend te schie­ten, wat den dood ten­ge­volge heeft.

Een advo­kaat zon­der eer, geheel onder den inv­loed van Mme Tem­ple­ton neemt de zaak in han­den en regelt alle zóo, dat hij Ida Bel­le­roy over­tuigt dat zij wer­ke­lijk de min­nares van Woo­droff was... zon­der dit zal Bel­le­roy voor den moor­de­naar door­gaan. Madame Bel­le­roy stemt in die held­haf­tige opof­fe­ring toe, enkel voor haar zoon, de kleine Ludo­vic, om hem een onteerde naam te spa­ren.

Paul Bel­le­roy is vrij. De schei­ding is uit­ges­pro­ken ten nadeele van Mad. Bel­hu­wen om tot de hoo­gere maat­schap­pij door te drin­gen.

Deze laatste houdt niet op Paul Bel­le­roy aan te zet­ten opdat deze er zou toe bes­lui­ten van zijn vrouw te schei­den. Daar­voor over­tuigt zij hem dat zijn vrouw flirt met Jerome Woo­droff, een intiem vriend en een zeer eer­lijk en open­har­tig jong­meiisch. Zekere dag door den drank Bed­welmd en op het onver­wachts thuis komende, vindt Paul Bel­le­roy juist Woo­droff thuis, die een par­tij domino

leroy en het kind wordt aan den vader toe­ver­trouwd.

Uit­zin­nig door de gerech­te­lijke gevol­gen van haar opof­fe­ring, vlucht Mad. Bd’eroy met haar zoon op een schip, ter bes­tem­ming voor Fran­krijk.Maar nau­we­lijks heeft dit schip de haven ver­la­ten of er wordt door de T. S. F. order gege­ven te stop­pen; de poli­cie komt en ont­neemt het kind aan zijn moe­der.

Mad. Bel­le­roy, ten einde zich te vers­trooien, ver­trekt naar Deau­ville, waar

« CINE­MA­WE­RELD » 5

zich op dit oogen­blik vele Ame­ri­ka­nen bevin­den, die, op de hoogte gebracht van haar toes­tand, zich spoe­dig gelas­ten haar uit hun mid­den te hou­den.

En aldus ziet zij zich vers­too­ten uit haar maat­schap­pe­lij­ken stand.

Kort daa­rop maakt de her­tog Ros­toy de Varna haar het hof. Deze was een los­ban­dige kerel. Noch­tans, een jong Ame­ri­kaansch joer­na­list, Stan­ley Hobart, heeft eve­neens liefde voor haar opge­vat daar hij raadde dat dit hart in gevaar was en hulp noo­dig had. Maar Ida, begri­j­pende dat zij haar hart niet aan >dien bra­ven jon­gen schen­ken kan, om-V .jat haar goede faam aan­ge­tast is, doet al het moge­lijke om hem van haar af te wen­den. Tij­dens een schit­te­rend feest bij den her­tog Ros­toy de Varna deed zij den beker nog meer over­loo­pen. Stan­ley beminde haar meer dan ooit. En dien avond, te huis komende, wachtte haar een aan­ge­name ver­ras­sing door haar kind te hui3 te vin­den dat hare moe­der me~gebracht had.

Wel­haast kwam de waa­rheid aan het licht, dank zij de moe­der van Madame

Bel­le­roy en nu kon deze het leven met een groo­ten spran­kel hoop ver­der inzien en niets kon haar nog belet­ten eve­neens liefde te schen­ken aan Stan­ley.

PARA­MOUNT - NIEUWS­TRAAT 48 - BRUS­SEL

KINE­MA­BRIE­VEN­BUS

( Cau­wen­berg G. — De vader­rol, Madi­son, in . Flirt » werd ver­tolkt door: Georges Nichols.

Eddy Betsy. — 1°) Een Bel­gische film­maat­schap pij is de Belga Film, 34, Bar­the­lemv­laan, Brus­sel.

2°) Tot hier­toe nog niet.

3°) Do par­te­naire van Dou­glas Fair­banks in die film was Mar­gue­rite de la Motte, adres: 1918. Pine­hurst Road, Los Angeles (Cal.) U.S.A.

Mar­got. — 1°) Harold Lloyd, adres: 369, South Hoo­ver Street, Los Angeles (Cal.) U.S.A.

2°) Rudolf Valen­tino, adres: 50 W. 67th Street, New-York City (U.S.A.)

3°) Wal­lace Reid was gehuwd met de vroe­gere fimar­tiste Doro­thy Davon­port,

Kno­cken­bout. — U kunt hem die photo zelf vra­gen en hij zal ze U vol­gaarne gra­tis zen­den; adres: Hol­ly­wood (Cal.) U.S.A.

Ver­geet mij niet. — Namen ken­nis van uw droef­gees­tig schri­j­ven en hopen dat u op uw voor­ne­men zuP terug­ko­men; tot bin­nen kort?

Wally. — Dan heb­ben we bei­den aan dezelfde bron geput, m’n waarde!

Moderne. — 1° )Den­ke­lijk de Soleil Levant Film. 11. Zere­zos­traät, Brus­sel.

2°) Is ons niet bekend.

Eddie Polo. — De rol­ver­dee­ling van die film is niet gege­ven gewor­den.

Georges Lar­kin. — De ware naam van Rio Jim is William S. Hart: do naam van dien ver­tol­ker is

niet gege­ven gewor­den.

Gedul­dig. — Zul­len zien wat we voor u kun­nen doen en bewa­ren zorg­vul­dig de inge­zon­den photo.

Muriel. —- De rol van rid­der de Vau­drey in « De Wee­zen in den Storm » werd ver­tolkt door Joseph Schild­kraut.

1'ur­mac. — 1°) Lucienne Legrand, adres: 3, tue do Rocroy, Paris.

2°) Mil­dred Davies, 369, South Hoo­ver Street. Lo.-i Angeles (Cal.) U.S.A.

3°) Maria Jaco­bini, adres: Itala Film, Ponte Trom­betta, Turijn (Ita­lië).

N.-B. Zen­den alle drie gra­tis de hun gevraagde photo.

O Ega. — 1°) U kunt het er gerust op wägen Mary Pick­ford en Her­bert Raw­lin­son in de Vlaam-sche taal te schri­j­ven.

2“) Georges Car­pen­tier heeft eel­tige fil­men gedraaid: o.a. «De Won­der­man», «De Gent­le­men-Va-gebond ». Nu houdt hij zich onle­dig met zijn boks­sport en het bes­tuur zij­ner alu­mi­nium­fa­briek.

2°) De rol van Pop­pea in « Nero » werd ver­tolkt door: Pau­lette Duval.

G. Elzen­doarn. — Door­gaans komen de cinema bes­tuur­ders hier tege­nop; maar we zul­len ons best doen om u vol­doe­ning te geven.

Harry Sin­gle­ton. — 1°) Conrad Nagel, adres: 1846, Che­rokç Ave­nue, Los Angeles (Cal.) U.S.A.

2°) .Mar­gue­rite Clark, adres: First Natio­nal,; 6, West, 48th. Street, New-York (U.S.A.)

3°) « Mans­laugh­ter » is hier onder den naam van


CINEMA WERELD »

« Het Rek­wi­si­torïum » over een paar weken in Aivers-Palace ver­toond; « The Bache­lor Daddy » kunt op ’t doek onder den naain van «Vader»; di vol­gende ban­den zijn den­ke­lijk voor ’t vol­gend -sei­zoen.

Mis­tin­guette. — 1») Betty Oomp­son, adres: c/o. 6016, Hol­ly­wood Boul­vard, Hol­ly­wood (Cal. ) U.S.A.

2°) William Far­jium, adres: c/o. Fox Stu­dios. 1401, Wes­tern Ave­nue, Los Angeles (Cal.) U.S.A.

3°) Bes­sie Love, adres: c/o. Willis and Inglis. Wright & Cal­len­der Buil­ding. Los Angeles (Cal.) li.S.A.

N.-B.— Zen­den allen gra­tis hunne photo, behalve Betty Oomp­son, die 25 Ame­ri­kasn­schc cen­ten eischt..

Chan­don. — Dit was onder vorig bes­tuur.

Club Her­cu­lus. — Die artist is Frank She­ri­dan, rond de 35 jaar oud, zendt zijne photo; adres: 1531. Broad­way, New-York City (U.S.A.)

Pedro Gla­dio. — 1°) Alice Brady, adres: c/o. Kea­lart Pic­tures, 469. Fifth Ave­nue. New-York (U.S.A.)

2>') Alice Terry, adres: Metro Stu­dios, 1025. Li ban Way, Los Angeles (Cal.) U.S.A.

3») Naam niet gege­ven.

Gérard R, Thor. Brief ont­van­gen en nuta van geno­men.

t°) Emmy Lynn, adres: 53, rue Car­di­net, Paris °2) Edith Johanne, adres: clo. rue Rocroy, 3, Paris.

3") Syl­via Grey, 11, rue Labo. Paris.

Rudi. — 1°) De rol van den prins in liet « ln dische Graf» werd ver­tolkt door Conrad Veidl;ge beren op 22 Janua­rie 1893, gehuwd met de too­neel 'ipeol­stcr Gussy Holl; adres: 21. Luthers­trasse. Ber­lin W. 62.

2°) De bouw­kun­dige in dien zelf­den film was Olaff Fönss; gehuwd; rond de 50 jaar oud; adres: Sch. Huns­drei. 26, Kopen­ha­gen.

3°) James Kirk­wood is in 1883 gebo­ren; over eonige weken gehuwd met Lila Lee; te Hol­ly­wood: adres: c/o. 6015 Hol­ly­wood Boul­vard. Hol­ly­wood (Cal.) U.S.A.

Mario Anso­nia. — 1°) William Far­num is te Bos­ton gebo­ren; heeft blauwe oogen en bruin haar; zendt zijne photo gra­tis: zie adres ant­woord 2 aan Mis­tin­guette.

2°) Dou­glas Fair­banks is te Den­ver (Colo­rado) gebo­ren; heeft, bruine oogen; zwart haar: zend! -/Ijno photó gra­tis; adres: Hol­ly­wood (Cal.) U.S.A.

3°) U vraagt hier inlich­tin­gen maar voegt er niet bij over wie.

Hay­dée. — 1°) Zie ant­woord n° 2 aan Cullen rny Favo­rite.

2°) Rod la Roque is gehuwd; meet lm.80: beeft cmge­veer een 30-tal fil­men gedraaid, adres: c/o. 0015,Hol­ly­wood Boul­vard, Hol­ly­wood (Cal.) U.S.A 3°) Lon, Cha­neg zendt zijne photo gra­tis; 1575. Edge­mont at Hol­ly­wood (Cal.) U.S.A..

Krolke. — 1°) Gene­viève Félix poseert voor Fransche post­kaar­ten.

2“) Rudolph Valen­tino is gebo­ren te Cas­tel­la­nea (Ita­lië) op 8 Mei 1895; zijn ware naam is Rudolph Oui­glielmi; zijn vader was offi­cier; Rudi was vroe­ger dan­ser in caba­rets te New-York; ge schei­den van Jane Acker en gehuwd met Nas­ta­cha Itaic­bova, wiens ware naam Win­fred Hud­nut is; /ij is 26 jaar oud.

3°) Deze week kri­jgt u Doro­thy Phi­lips in de Odeon Cinema te Ant­wer­pen te zien in haar mees ter­film « Zij die ver­gif­fe­nis schen­ken », waar­van het sce­na­rio in dit num­mer staat.

Cullen my Favo­rite. — 1°) Rus­sel Simp­son zendt de hem gevraagde photo; adres: 5158, Hol­ly­wood Boul­vard, Los Angeles (Cal.) U.S.A.

2“) Buck Jones is gehuwd; heeft bruin haar; gri­jze oogen; neen zóo oud en vers­le­ten is hij nog niet.

3U) Grace Dar­mond is een meisje; wal een onbe, schei­den vraag! (

N.-B. — I thank you very sin­ce­rely.

John Eddy Polo. — 1«) Eddy Polo’s laatste film is- « The man of the Call ».

2°) Georges Walsh laatste film is: « The Trail of in. return ».

3°) Beide adres­sen zijn goed.

Hugeutte. — 1°) Maë Mur­ray, kan in de Fran sehe en Engel­sehe taal ges­chre­ven wor­den.

2°) Rod la Roqua id.

3°) Frans­zen, alleen in de Engelsche taal.

Borna. — 1°) Hany Hon­dini, adres: c/o. 6015. ilrllv­wood Boul­vard, Hol­ly­wood (Cal.) U.S.A.

2°) Ben Tur­pin, adres: 5560, Santa Monica Boni vard. Los Angeles (Cal.) U.S.A.

3°) Harry Sweet, adres: Christy Come­dies, 6061, Sun­set Boul­vard, Los Angeles (Cal.) U.S.A.

A. B. C. — 1°) Mil­dred Har­ris, adres: First No tio­nal, 6 West, 48th. Street, New-York (U.S.A.)

2°) James Kirk­wood, adres: c/o.6015, Hol­ly­wood Boul­vard, Hol­ly­wood (Cal.) U.S.A.

3°) Cas­son Fer­gu­son, adres: c/o. Odin Street.? folly wood (Cal.) U.S.A.

Kort­weg. — 1°) De rol van Cora’s zus­ter/ Laura, in «Flirt», werd ver­tolkt door Helen Je rome Eddy.

2°) Pau­lete Ray, adres: 142, Bou­le­vard Bineati Neuilly (France).

3°) Is dit de juiste naam; in wel­ken film kwaiv hij voor. '

Mine Pop­pele. — Op ons kan­toor zijn geen pho to’s van fil­mar­tis­ten meer ver­kri­jg­baar; wat A. P. ons inzond is een photo door haar zelf uit­ge­tee kend; ons blad is in Neder­land zeer vers­preid en iu de meeste kios­ken en boe­khan­dels aldaar ver kri­jg­baar.

Érancy, Gedul­dig, Mitje, Jop­pic. — Bij­dra­gen voor Vrije Tri­buun niet opge­no­men, daar zij van alge­meen belang ont­bloot zijn. Nemo.

N.-B. — Vra­gen ons na Zon­dag toe­ge­ko­nien wor den in het vol­gend num­mer beant­woord.

Wilt gij het por­tret UWER GELIEFDE FILM­STER­REN bezit­ten?

DE BESTE DER EGYP­TISCHE SIGA­RET­TEN

.. CINEMA WERELD

VRIJE TRI­BUUN

\an Luciano

Luciano vraagt mijn mee­ning over het feit dat « Cinema- en Too­neel­we­reld » sinds ’n paar maan den een nogal uit­ge­breide Maat­schap­pi­jen-rubriek onde­rhoudt. Voor­noemd lezer vindt dat er meer Cinema.-nieuwsjes en teks­ten moe­ten gege­ven women.

Mag ik u, zeer vrien­de­lijke heer, doen opmer­ken dat « Kinema- en Too­neel­we­reld », niet alleen een kinema-, doch ook een too­neel­blad is, en dat de redac­tie dus het recht heeft alle berich­ten dien aan­gaande te plaat­sen, zooals zij het goed vindt.

Ove­ri­gens heb­ben wij, lezers, niets ver­lo­ren mei het inrich­ten van de maat­schap­pi­jen-rubriek, daal het blad van af dien datum van 28 op 32 blad­zi­j­den werd ver­groot.

Ik vind « Kinema- en Too­neel­we­reld » inte­gen deel een flink orgaan; mis­schien wel het grootst« en meest uit­ge­breide Vlaamsche Kinema- en Too neel­blad van geheel Bel­gië.

Voor­ze­ker kan « Too­neel­we­reld » nog ver­be­terd wor­den, maar wie weet welke ver­ras­sin­gen d» wak­kere bes­tuur­der van dit blad ons nog voor behoudt I?! I.​eonore.

Een dag­boe­kau­teur!

Alhoe­wel onders­taand « verd­waald blaadje uit een dag­boek » lou­ter fic­tie is, kan het toch als ant woord dienen op de ont­boe­ze­min­gen aan Norma Tal­madge en ande­ren, door « Cecile » en o, jam mer, zoo­veel ande­ren.

« ...​Ik (den dag­boe­kau­teur) vond mijn ideaal weer, schit­te­ren­der en onge­naak­baar­der dan ooit. op het witte doek. Een lieve, blonde film­star ver hief ik tot mijn star. Getrouw bracht ik haar mijn stilz­wi­j­gende hulde en ging mij steeds meer verhe­ven in haar gra­cieuze manie­ren, haar schalks en levens­lus­tig karak­ter (in het sce­na­rio) en op haat mooi enge­len­kopje. '

Mijn weel­de­rige ver­beel­ding­skracht zorgde voor

» De film­ma­nie begon wor­tels te schie­ten in mijn geest. Ik vers­lond dozi­j­nen flim­bla­den per maand, kende de nie­tig­ste bij­zon­de­rheid u t het leven van mijn lie­ve­ling­svrouw. Ik aapte haar na in haat gelief­koosde bezi­ghe­den en ver­ma­ken. Ten slotte ging ik haar mijn liefde en bewon­de­ring uit­druk­ken in een zorg­vul­dig, samen­ge­flans­ten brief, waa­rin ik haar toch maar om een klein ant­woordje be «lelde.

» Na maan­den lang onge­dul­dig wach­ten, waa­rin mijn idea­lisme door den tand des tijds onmee­doo gend werd stuk­gek­naagd, ont­ving ik enkel een., foto, met haar hand­tee­ke­ning. Ik was om gek te wor­den van glo­rie. Als een kost­bare relik­wie werd het por­tret in een mooi lijstje gezet en in mijn kamer opge­han­gen... »

Nu wil ik wel verk­lap­pen dat den dwe­pen­den dag­boe­kau­teur van zijn sta­ri­dea­lisme genas!... Zijn zwaar beproefd zieltje groeide op als een frische plant! D t is geen afges­cheepte-min­naars klacht!... Neen enkel een bede van een film maniak aan de pla­ton:sche star­be­won­de­raars, dt stille kunst toch niet te bes­chou­wen als een revue van schoon­he­den of als een... kunstje!

Have­laar.

Een.​verzoek

Om niet steeds over de lie­ve­ling­sar­tis­ten te moe­ten schri­j­ven, durf ik dit­maal eenige endet’« onder­wer­pen aan­vat­ten welke vol­gens mij ook niet van belang ont­bloot zijn. Het is mij reeds meer malen voor­ge­val­len dat ik Ame­ri­ka­nische stel ren om hun photo ver­zocht. De eenige rith­ting welkt men zijn brief kan geven is de bewon­de­ring uit te druk­ken welke de artiste, wiens photo men ver zoekt, u inboe­zemt. Iets alle­daags. Ik veron­ders­tel dat wan­neer de artiste of deze» secre­ta­resse dage

lijks hon­der­den zul­ker brie­ven ont­van­gen, dit iets ver­ve­lend moet zijn steeds dezelfde gege­vens weer te vin­den. Welk een gul­ler onthaal zou een schrij ven niet ont­van­gen indien de fil­men opge­noemd wer­den in dewelke men de ster had kun­nen bc won­de­ren. Dit is ons onge­luk­ki­glijk onmo­ge­lijk om «lt> vol­gende reden:

De teks­ten der ver­toonde fil­men zijn mees­ten deels in het Fransch en soms ook in het Neder landsch opge­ge­ven; doch zij zijn op de meest bar baarsche wijze ver­taald: Wan­neer men aan de ster «leze Fransche teks­ten moest opge­ven dan wist ze even­min als wij welke harer fil­men men bedoelde. Hoe zou men aan zul­ken toes­tand veran­de­ring kun­nen bren­gen?Ik heb slechts een oplos­sing n.m.: De bes­tuur­ders der kine­ma­za­len kon­den op hunne pro­gram­mas nevens de Fransche en Vlaamsche ook den Engel­schen naam der fil­men opge­ven. Vele kine­maaan­han­gers zou­den hun er zeer dank­baar voor zijn. Ik ben even­wel benieuwt eenige andere oplos­sin­gen te zien, aan­ge­ge­ven door de andero in zen­ders der V. T. Cbon Laney.

Vlaamsche teks­ten

Voor ’n paar weken las ik in de Kinema-pro gram­mas van « Too­neel­we­reld » dat ’n zekere be stuur­der van ’n Kinema alhier ’n zekere film had gewei­gerd omdat de teks­ten alléén in het Fran­set« waren ges­teld.

Flink zoo, heer bes­tuur­der; dit noem ik een kra uige daad en hoop dat som­mige hee­ren kinema uit­ba­ters uit het cen­trum der stad uw voor­beeld /uilen vol­gen.

Het is de eenige manier om som­mige lie­cren film­ve­rhuur­ders te Brus­sel er aan te herin­ne­ren dat er te Ant­wer­pen Vlaamsche men­schen wonen die eischen dat hun moe­der­taal geres­pec­teerd worde.

Leo Cavallo.

Op Hoop van Zegen

Ik heb een arti­kel gele­zen van Snobske die « Op Hoop van Zegen » heeft gaan bewon­de­ren. Wat de film betreft: het is een too­neel van hooge rea­lis tische waarde, maar wat ver­tol­king betreft ben ik er niet mede akkoord.Voor mijn deel wordt het niet goed ges­peeld. Ik denk, of lie­ver, ben er zeker van. dat het een wei­nig te zenu­wach­tig wordt ge speeld, bij­zon­der door de hoofd­ver­tolks­ter. En zie eens goed naar het laatste deel van den firn, hoe bela­che­lijk het is, als ik het zoo mag u't­druk­ken wan­neer dit oud moe­dertje met haar potje er van door gaat. Dit had­den zij wel beter kun­nen inzien Wat de muziek betreft daar kan ik niet over oor­dee­len daar ik niet weet, in welke cinema Snobske de band heeft zien afdraaien. Op Hoop van Zegen op too­neel is zeer schoon, maar op liet doek hen ik er wei­nig sym­pa­thiek voor. Tobby.

Ver­val­len groo­the­den Veroor­loof mij u to vra­gen over een plaatsje te mogen bes­chik­ken in de « Vrije Tri­buun ». Norma, Rudol­phi, Pick­ford, Pris­cilla, enz, enz. staan aan Je orde van den dag.

Ik bet­wist het spel en de kunst dezer star­ren niet, maar vele mij­ner mede­le­zers en leze­res­sen zijn wel­licht de star­ren van het ver­le­den ver­ge­ten.

Zooals de onver­ge­te­lijke Asta Niel­sen, Olaf Fons, Mia May, Hella Moja. Ellen Rich­ter, Erna Morena, enz. alsook de ver­maarde Pathé-artis­ten zooals Robinne, Signo­ret, Alexandre, Capel­lani en Jean Dax eve­nals de beroemde Henny Por­ten. Maar het is waar som­mige behoo­ren reeds tot het ver­le­den, daar zij plaats moes­ten maken om nieuwe stars op het voor­plan te bren­gen. Zoo ook zal bin rien een paar jaar de nu hoog­be­roemde Norma, Rudol­phi, enz. plaats moe­ten maken voor de nu nog onbe­kende en toe­ko­mende stars.

Eens te meer wordt het spreek­woord bewaa­rheid « Ieder zijne beurt », zoo is de gang van de wereld, en zoo wilt het- XXIIIe eeuwsche volk liet.

Kis­met.


GRjOSLY-FILM

BRUXC LLES

DOK­TER JACK

met Harold Lloyd (Lui) en zijne echt­ge­noote Mil­dred

uROSLY-FILM

BRUXELLES

Davis

Dok­ter Lud­wig von Saul­bourg bes­teed zijn tijd en zijne phar­ma­ceu­tische weten­schap aan óe ver­ple­ging van een jong meisje — het­welke hij erns­tig ziek verk­laard — en ieder jaar beloopt zijn hono­ra­rium dui­zen­den dol­lars.

De nota­ris —een oude vriend der fami­lie — raad den vader aan een ander dok­ter bij te halen, maar Dr. von Saul­bourg bes­luit de zieke naar zijn gezond-heid­shuis te laten bren­gen. Het zoo­ge­zegde zieke meisje werd haar nieu­wen lee­fre­gel al gauw moede, en wan­neer men haar naar huis voerde, stap­ten zij even af in het dorp van Magno­lie Mea­dows.

In dit dorpje woont Dr Jack­son — door ieder «Dr. Jack» genoemd. De jonge dok­ter ver­pleegt zijne zie­ken op natuur­lijke wijze en zijne min­zaam­heid was in de gansche streek bekend.

Allen willen door Dr. Jack ver­pleegd wor­den. Hij alleen is reeds een onver­ge­lij­ke­lijk genees­mid­del.

Dr. Jack werkt alle dagen 24 uur en om geen tijd te ver­lie­zen neemt hij zijn mor­gen­maal in een her­berg op ’t dorp. Daar was het, dat hij het zieke meisje in gezel­schap van haar vader en Dr. von Saul­bourg ont­moette.

Wan­neer de nota­ris — door de kracht­da­di­gheid der methode Jack ove­rhaalt — hem aan zijn doch­ter voors­telde, was Dr von Saul­bourg geër­gerd.

Dr. Jack onder­zocht de oogen der zieke — hoe zou het jonge meisje door zulk een blik niet ontroerd wor­den?

Hij, wier tegen­woor­di­gheid alleen noo­dig was om andere zie­ken te gene­zen, was... op zijne beurt aan­ge­tast! En hij werd door­ge­zon­den.

Doch. Dr. Jack was geko­men om het meisje te ver­ple­gen en ondanks alles, zou hij het toch doen.

Den­gène die zich niet gaarne ziet verou­de­ren — die zich zou willen ver­vroo-lij­ken — of die zich zou willen... een bult lachen — moet maar een consul­ta­tie aan Dr Jack vra­gen!

De geheele bui­ten­landsche pers is het eens om deze film te bes­chou­wen als de beste die Harold Lloyd tot nu toe voort­bracht. De komische toes­tan­den wis­se­len elkaar zon­der ophou­den aj en het publiek houdt niet op met scha­ter­la­chen.

« Dr Jack » is een fdm die in de kas der inema-uiïf­ca­fers won­de­ren zal Ver­rich­ten en Waar­van de cine­ma­be­zoek ers nog lang zul­len spre­ken.


« CINE­MA­WE­RELD

PAS­SION AT A

(UWE LIEFDE OF DE DOOD!)

§3 GROOTSCH TREURS­PEL IN 6 DEE­LEN

Lola Gra­cia LILY DAGO­VEKT

De dan­seres Lola Gra­cia heeft zich na' hare ver loving met mar­kies de Crespa van het too­neei terug­ge­trok­ken... In bij­zijn van haar ver­loofde be zoekt zij zeke­ren dag eene speel­zaal en ont­moet er Mar­cel Grand­court, een man die haar vroe­ger het hof gemaakt had... Op het oogen­blik heeft hij een onge­loo­flijk geluk en heeft op kor­ten tijd een for­tuin ver­dient. Zon­der naden­ken neemt Lola het tegen den geluk­ki­gen win­ner op en speelt in één maal voor de gansche som die vóór hem ligt. Zij wint..,

De vers­la­gen­heid van den ver­lie­zer opmer­kende, wilt zij hem het geld terug­schen­ken. Grand­court wei­gert. Lola geeft hem haar adres op waar hij steeds de som, mag komen terug­vra­gen.

Wan­neer Lola tegen mid­der­nacht in hare kamer is weer­ge­keerd, komt Grand­court bin­nen, haar met oen revol­ver bedrei­gende. Hij werpt het geld,

dat zij hem spon­taan wilde geven, in het vuur, en zegt haar zacht:

Ver­schrikt ver­neemt de dan­seres dat die man zijn gansche for­tuin ver­lo­ren heeft, en dat een enkele wensch hem nog tegen zelf­moord vrij waarde: Lola weer te ont­moe­ten en hare liefdé te win­nen... Hij ver­telt haar dit alles met doffe stem, en wan­neer zij ervan over­tuigd is dat hij hes­lo­ten is zijne bedrei­gin­gen ton uit­voer te bren gen, gebruikt zij een list om hem te bedrie­gen.

Doende alsof zij zich aan zijn wensch over­geeft, laat zij hem zwe­ren eeu­wig het stilz­wi­j­gen te be waren aan­gaande de voor­val­len van dien avond, en ver­zoekt hem hare kost­bare jnwee­len in de brand kast te slui­ten...

G'ebruik makende van het oogen­blik dat Grand court zich in de toi­let­ka­mer bevindt, roept Lola Gar­cia het per­so­neel van het hotel ter hulp. Men maakt zich van Grand­court mees­ter juist op bet

« CINE­MA­WE­RELD »

oogen­blik dat hij de juwee­len in de brand­kast leg­gen wilt. De poli­tie heeft hem op hee­ter­daad betrapt en neemt den zoo­ge­zeg­den dief met zich mede.

Zoo­dra Lola zich van de wer­ke­lijke toe­dracht harer valsche aank­lacht bewust is, wil zij de eer van Gran­doourt hers­tel­len, maar wan­neer ’s ander­daags de poli­tie-kom­mis­sa­ris haar verk­laart dat Grand­court vol­le­dige beken­te­nis­sen heeft afge­legd, durft zij de waa­rheid niet zeg­gen.

Over de karak­ter­vas­theid van Qrand­court ontroerd, die bes­lo­ten schi­jnt den afge­leg­den eed te hou­den, zelfs in deze omstan­di­ghe­den, gaat zij hem in het gevang opzoe­ken en ontheft hem van het gege­ven eere­woord. Maar Grand­court wei­gert en ver­wi­j­dert zich van haar met verach­ting.

Kort daa­rop komt het proces Grand­court voor. Vlies pleit tegen den bes­chul­digde, en zelfs wan­neer Lola haar eigen schuld bekent mid­den in het plei­dooi van den advo­kaat-gene­raal, denkt het gerecht, dat zij mede­li­j­den heeft met Grand­court, en geeft er des te min­der acht op, daar hij bekent, Grand-conrt wordt veroor­deeld...

Daar zij zich ten voéle bewust is vau de uit­ges­trek­theid harer schuld, doet de dan­seres al wrat in hare macht is om het proces te doen her­zien. Na véle vruch­te­looze stap­pen gelukt zij er ein­de­lijk in en Grand­court bekomt genade. Zij wacht hem af aan het gevang, bekent hem dat zij geleerd heeft hem lief te heb­ben en smeekt hem om ver­gif­fe­nis. Maar Mar­cel vers­toot met minach­ting de berouw­volle vrouw.

Benige maan­den na de gebeur­te­nis­sen, komt Grarwl­conrt weer in het bezit van zijn for­tuin, en

ver­trekt naar de hoofd­stad' om ver­ge­tel­heid in het genot te zoe­ken... Maar zijne liefde is ster­ker dan zijn haat en ove­ral vindt hij herin­ne­rin­gen aan de beminde vrouw... Op een gemas­kerd hal volgt hij c tpe dame die hem beloofd zijne droeve herin­ne­rin gen te doen ver­ge­ten. Maar eens met haar alleen gevoelt hij eene onweers­taan­bare minach­ting; hij wil haar ver­la­ten daar hij gevoelt dat het hem onmo­ge­lijk is de vróuw te bedrie­gen die alléén zijne liefde bezit... De gemas­kerde wee­rhoudt hem ecb fer en hem met een revol­ver bedrei­gend roept zij hem toe: « Ik wil uwe liefde of ons bei­der dood! » Hij rukt haar het mas­ker af en bevind zich vóór. Lola Gra­cia. Grand­court kan niet meer weers­taan, hij valt in de armen der vrouw die hij zoo dik­wi­jls heeft vers­maad sinds den tra­gi­schen nacht* maat die hij nooit heeft kun­nen, ver­ge­ten...

Een exl­ra­film met uiterst boeiend sce­na­rio en \ertolkt door eene uit­ge­le­zen schaar eers­te­rang arties­ten. Het is een spel van liefde en pas­sie; een band, die ons inziens, een groote bij­val zal bele­ven.

61, Plan­tens­traat, 61, BRUS­SEL


12

« CINE­MA­WE­RELD »

Zij die ver­gif­fe­nis schenkt

(Celle qui par­donne) Treurs­pel in 10 dee­len (Hur­ri­ca­ne’s gal)

Super Spe­cial der First Natio­nal Pic­tures

Hoofd­ver­tol­kers: DORO­THY PHI­LIPS en WAL­LACE BEERY

Lola, doch­ter van een zee­roo­ver der Stille Zee, had bui­ten de «Tahiti Belle», zeil­schip dienende tot den slui­khan­del, ook het onaf­han­ke­lijke en opv­lie­gend karak­ter haars vaders geërfd.

Zij kent noch wet, noch schrik en geen enkel man is er in gelukt haar hart te vero­ve­ren. De «Tahiti Belle», terug der Chi-neesche wate­ren, zal bin­nen eenige dagen San Fran­cisco bin­nen­val­len. Plots wordt er een vreem­de­ling in het ruim

len van kor­ten duur wezen, want, op de voo­ra­vond van de aan­leg­ging te San-fran­cisco, zeilt een schip van de zeepo-licie de «Tahiti Belle» tegen en Steele, geheim agent, legt bes­lag op het zeil­schip in naam der Veree­nigde Sta­ten. Een gevecht tus­schen de twee beman­nin­gen laat aan Lola, Chris Borg en Sing, de kok, toe in een sloep te ontv­luch­ten, Tus­schen de eigen­dom­men die Lola van haar vader erfde, bevindt zich het

aan­ge­trof­fen. Deze man, Steele O’Con­nor, heeft zich voor matroos doen door­gaan. Op het zicht van deze man, vindt Lola, altijd zoo onver­schil­lig jegens hare omge­ving, een nieuwe aan­trek­ke­lij­kheid in het leven... en een bekoor­lijke idyle onts­taat tus­schen de twee jonge lie­den...

Maar de betrach­tin­gen van Lola zul-

« Paleis van het Geluk », eene te San-Fran­cisco zeer bezochte kroeg; dit speel­huis bood haar het zekerste toev­lucht-oord aan, eve­nals aan hare mede­ge­zel len.

Eenige dagen later zoekt Steele zon­der uits­tel die­gene die al zijne gedach­ten inneemt.

En zij, ver­deelt tus­schen hare liefde

«CINE­MA­WE­RELD» 13

voor Steele en den haat die zij voelt voor zijn ver­raad, weet niet wat doen: zich wre­ken of... ver­ge­ven. Het adres van den ver­ra­der ver­no­men heb­bende, begeeft Lola zich naar Steele om zich te wre­ken en zij gaat den man doo­den die zij bemint... Maar Steele doet haar vers­taan dat hij niets gedaan heeft dan zijn plicht tege­no­ver zijn land.

Op het­zelfde oogen­blik treedt de ver­loofde van Steele bin­nen; Lola heeft zich Ver­bor­gen en ver­neemt dat zij bin­nen kort zul­len huwen. Zin­ne­loos van ja-loer­sch­heid, doet zij hare mede­ding­ster oplich­ten en scheept zij zich in op de « Samoa » die zij een wei­nig te voren gekocht had. Chris Borg staat aan het hoofd van eene der sluwste beman­nin­gen.Maar gedu­rende den eerst­vol­gen­den nacht woedde een hevige storm en ver­schei­dene man­nen kwa­men om. De dag daa­rop, door wroe­ging gek­weld, bes­luit Lola naar San Fran­cisco terug te ste­ve­nen... Maar Chris Borg wil de ver­we­zen­lij­king van zijn plan­nen en droo­men: een ver­la­ten eiland... een konin­krijk... vrou­wen....

Hij wei­gert terug te kee­ren en doet de twee vrou­wen ops­lui­ten. De verd­wi­j­ning van de «Samoa» en de beken­te­nis van den chauf­feur die mede­ge­hol­pen heeft tot de ont­voe­ring van Phyl­lis, kla­ren het geheim op en Steele bekomt de toe­la­ting de ver­me­tele en roe­ke­looze Lola te ver­vol­gen.

Een tor­pe­do­boot door­kruist de zee om de «Samoa» terug te vin­den en Steele. aan boord van een waterv­lieg­tuig, bemerkt het spook­schip aan den gezich­tein­der. Dank aan de T. S. F. ver­wit­tigt Ihij de tor­pe­do­boot en deze neemt de «Samoa» onder vuur.

Aan boord van de «Samoa» regelt men de ver­de­di­ging en op het oogen­blik dat het waterv­lieg­tuig het schip wil overv­lie­gen, wordt het getrof­fen en valt in zee. De tor­pe­do­boot komt in volle snel­heid toe­ges­toomd en de ver­war­ring, teweeg­ge­bracht aan boord van het zeil­schip, laat aan Steele toe er op te klim­men en in de kamer te drin­gen waar Chris zich in tegen­woor­di­gheid bevindt

van de twee weer­looze vrou­wen. Een vree­se­lijke strijd onts­taat er tus­schen de twee man­nen en Chris, een revol­ver gri­j­pend, wil zijn vijand ver­moor­den; maar Lola werpt zich tus­schen beide man­nén en wordt zelf gek­wetst, doch zij heeft den man gered die zij nog steeds bemint

Chris wil zijn wraak koe­len maar hij zelf wordt vers­la­gen door de matro­zen van de tor­pe­do­boot die het zeil­schip over­rom­peld heb­ben.

Terug­ge­keerd te San Fran­cisco huwt Steele Lola, ter­wijl Phyl­lis de lui­te­nant der matro­zen zal huwen die haar het leven gered heeft en die zij in het geheim beminde.

In deze film heeft Doro­thy Phi­lips zich waar­lijk over­trof­fen. Met een talent, dat de onver­schil­lig­sten zal bewe­gen, ver­tolkt zij de rol Van Lola. De ruwe zee­roo-vers-too­nee­len zijn door­dron­gen van een schrik­wek­kend rea­lisme. De ach­ter­vol­ging en de bes­chie­ting door de tor­pe­do­ja­ger, brengt het publiek in de hoog­ste span­ning en... nog lang nadat de toes­chou­wers de zaal ver­la­ten heb­ben, zul­len zij onder den indruk bli­j­ven van al het schrik­wek­kende en ruwe dal deze film hun heeft ver­toond.

FILM DE LANGE - Groens­traat, 69 - BRUS­SEL


CINEMA WERELD »

Onze Ciné-Romans

De Lot­ge­val­len eener Film­speel­ster

door ED. NEOBG

Jâ April.

.Mjjn geheim!

Hoe moet ik begin­nen? lloe is hel inog­tiijk alle» te ver­tel­len?

Hier heb ik onbe­wee­glijk geze­ten, uren lang. in mijn kleed­ka­mer, nevens het stu­dio. Gerui­men tijd reeds waren de lich­ten uit­ge­doofd en de diree teur met de arties­ten ver­trok­ken, maar ik kon niet weg­gaan. Ik kwarn en deed mijn Japaansch kimono aan, het eenige dat H... mij gaf; maakte mijn lang haar los en het het neer; meer­maals heb ik zoo droo­mend hier geze­ten, droo­mend dat ik een rol «peelde. Dezen avond droom ik niet, neen, het is geen rol welke ik ga spe­len, het is mart­ling, want ik kan niet naar huis gaan of ik moet er een begin mede gemaakt heb­ben. Indien ik niet begin zal mijn gansche week ver­dor­ven zijn, want het ver iedeB rijst voor mij op, het stri­jdt tegen mij en breekt mijn hart.

Helaas, neen! Het gaat niet. En alles wel ing>-zien hoort dit geheim mij toe.

25 A pril.

Dit was een week gele­den. Het js nu een len­tea­vond: mist, stilte en laat, zeer laat! Het was toen ook een lente-avond, over vijf jaar; waar is het meisje dat ik toen was? Ik zie in de spie­gel naar dit gezicht met diep gezon­ken oogen en die lij­nen rond de mond. Ik zie in de spie­gel naar dit gezicht het­welk mil­lioe­nen men­schen over de gansche we reld eiken avond aan­schou­wen en dan vraag ik mij ver­won­derd af of ik het we! ben.

Hoe­veJe echte beel­den heb ik sinds die vijf jaren niet ver­tolkt, in dra­mas, in come­dies, in aller­lei fil­men welke mij, onwe­tend meisje, uit het een vou­dige leven naar het leven brach­ten van de glo •ie en den roem.

En het geheim? Dit geheim het­welk mij veel ouder maakt dan ik ben? Het is als een dui­vel in mijn hart! Neen, nog niet! Nog niet! Ik kan het aiot meded­ce­len! Alisr­chien, wan­neer ik tien jaai ouder ben, wan­neer ik er aan gewoon ben. Ja, wan­neer die andere met hem ver weg is! Tk mag er niet aan den­ken!... 27

27 April.

Aan Annette Wil­kins:

Door het bovens­taande zult ge zien wat een strijd het mij kostte om tot het gewich­tig oogen­blik te komen. Doch ik zie de ware rede nu. « Omdat ik op u jaloersch was!

Zijt ge daar ver­baasd over? Dat ik, met roem over­la­den, jaloersch ben op een onbe­kend meisje dat gaarne film­speel­ster zou wor­den? Ah, het is niet omdat ge aan de film >vilt komen dat mij ja loersch maakt!.. Het is de vrouw tegen de vrouw., voor een man!...

Doch gij zelf kunt hie­ro­ver niet meer ver­baasd zijn dan ik. Ik die jaloersch ben, ik, die dacht dat

ik hem voor eeu­wig ver­ge­ten was, die dacht dat hij voor mij dood was.

Zoo, nu weet gij het. Waar­schi­jn­lijk zult ge dit briofje nu niet lezen en het ver­scheu­ren. Ik bid u, lees het toch. Ik heb mijn jalou­zie over­won­nen. Eli waa­rom zou ik jaloersch zijn? Ik weet nu wie hij is en gij niet.

Herin­nert gij u onze ont­moe­ting te Washing­ton, wan­neer onze Com­pany daar naar­toe ging om hel Capi­tool als ach­ter­grond te nemen?... H..., ae oe-stuur­der, stelde u aan mij voor. Ik dacht u zeer zacht, zeer jong, vol ver­lan­gen. Ik zag mij zelf dan eenige jaren terug, waat gij waart niet ouder dan 16. H... zegde mij dat gij film­speel­ster wil­det wor­den maar niet dacht dat er voor u in het stu­dio een plaats open was. Dan ein­de­lijk zegde hij mij dat gij hem bemin­det en dat hij u beloofd had u i-e zul­len trou­wen en u beroemd te maken indien gij maar met hem in het­zelfde stu­dio * wil­det wer­ken. H..., welke hem kende, wilde u van hem red­den met u naar hier te bren­gen.

Dien dag kon ik niet wer­ken. Mijn harts­tocht was niet dood maar inges­lui­merd. Het werd wak­ker, hij werd opnieuw levend. Ik Voeiue zoo ik u niet ver­wit­tigde dat dit een mis­daad was.

Ik trachtte mij­zelve te ver­ge­ten om aan u te aen-ken alsof gij een jon­gere zus­ter of een kind vair mij waart. Natuur­lijk kon ik u niet bij mij nemen, want hij zou u willen zien en dan kwam hij van zelf in mijn leven terug. Doch u niet waar­schu­wen betee­kende voor u den onder­gang.

Ik aar­zel een oogen­blik om u om ver­ge­ving te smee­keu, indien u dit ooit zien zult, om plot­se­ling op uw weg te komen, ik een vreem­de­linge, met zulke open­ba­rin­gen. Helaas, ik zie dat ik het loen moet. Ik bid u ook, de waa­rheid te trot­see-ren. Het zal u pijn doen, ik weet het.

Doch beter nu dan later. Ik had u willen opzoe ken, met u willen spre­ken, doch het gaat gemak­ke­lij­ker mijn geheim op het papier te zet­ten, oo, ik zal u ver­tel­len zoo­veel ik kan.

Zult gij trach­ten mij te vers­taan? Zult gij mij geloo­ven? Ik bid. ik smeek u aan mijne woor­den niet te twi­j­fe­len.

30 April.

Ik ben bevreesd u te zeg­gen dat op mijn vijf tiende jaar een groote slag mij trof, daar mijn heele toe­komst er van afhing. Het maakte mij wat ik heden ben.

Wij leef­den in Pitts­burg, de stad van vuur en rook. En nu komt mijn eerste beken­te­nis. Ik zou willen dat ik kon zeg­gen dat ik tot een weel­de­rige aris­to­cra­tische fami­lie behoorde en het too­neëlspe-!en ver­koos daar ik er gek van was. Doch het tegen­deel is waar. Mijn vader was een metaal­be­wer­ker; wij leef­den in een bekrom­pen huisje, vlak tegen over de hoo­go­vens, en ik werd opge­voed tus­schen rook en roet. Noch­tans, langs den eenen kant, ben ik daar fier over want vader stamde af van dit won­der­bare Pres­by­te­riaansche Scotch-Irish volk, de Ame­ri­kaansche pion­niers, dewel­ken zich ves­tig den in West-Penn­syl­va­nië, vóór de Kevo­ju­tie, en Pitts­burgh maak­ten wat het heden is. Zij deden niets ten halve, zij brach­ten mil­lion­nairs of bede­laars voort. ,

Fami­lie­le­den van mij vochen in den oor­log Van ’76; mijn vader zelf, nog een jon­ge­ling, nam deel aan den Bur­ge­roor­log en werd gewond t

« CINE­MA­WE­RELD »

gan­seb veran­derd. Het was een nij­ve­rheid­sss­tad

gewor­den, een stad van ijzer en staal. En mijn vader, ins­tede een opvoe­ding te ont­van­gen was sol­daat geweest. Zoo bleef voor hem niets over dar» in de fabrie­ken te gaan wer­ken als een­vou­dig werk­man. Toen werd de werk­man nog geteld, zij ver-' dien­den goed geld en had­den bij­ge­volg geluk­kige huis­ge­zin­nen.

Maar spoe­dig kwam er veran­de­ring. Machie­nen namen de plaat­sen der men­schen in en van­daar daling der loo­nen. De fabrie­kei­ge­naars zochen goed-koope vreemde krach­ten en wel­dra was de stad overs­troomd met aller­lei vreem­de­lin­gen. Dien tiju werd ik gebo­ren; mijn vader was toen een arm zalige wer­ker.

Had hij geleefd, ik denk wel dat hij wel mees­ter gast zoude gewor­den zijn.

Hij was getrouwd met een Fransch-Cana­de­çsch meisje. Drie kin­de­ren wer­den gebo­ren welke stier­ven; ik was het vierde. Ik wei­gerde te ster­ven, dit neb ik meer­maals bewe­zen. Doch, voor mijn geboorte werd mijn vader erns­tig getrof­fen door pneu­mo­nia waa­raan hij bez­week; ik was amper drie maan­den oud toen mijn moe­der hem volgde. De beste vriend van mijn vader nam mij op als zijn eigen kind en niet­te­gens­taande alles groeide ik wel­va­rend cp. Mijn eerste herin­ne­rin­gen gaan naar den tijd dat ik op hoo­pen ijzer speelde en wmn­neer ik naar bed ging de v.​lamme zag ops­laan uit de hoo­go­vens.

Ik herin­ner mij ook goed dat bij een groote sta king ik mijn pleeg­va­der in het geheim volgde en ik alzoo tus­schen de ops­tan­de­lin­gen geraakte tot ipeens een poli­tieagent mij oppikte en uitriep:

« Wat doet dit kind hier? »

Ik beet en sloeg zoo wild dat hij mij terug op len grond zette. Geen won­der dat ik dan de bij naam kreeg van de « Kleine Pan­ter ».

Ik kreeg later een opvoe­ding op een mise­ra­bele school, maar meer nog, de onder­wi­j­ze­res­sen kon­den met mij niet veel ver­rich­ten. Mijn lieve pleeg­moe­der zelf, op den duur, zegde niets meer tegen mij en zoo kwam het ein­de­lijk dat ik haar begon te re-gee­ren.

Ik was noch­tans niet slecht; uren bracht ik soms door met te zit­ten droo­men; ik droomde dan dat ik schoon en rijk was. Hoe ver­langde ik scuoon te zijn. Zelfs nu nog weet ik niet of ik het ben, noch­tans zeg­gen allen dat ik schoon ben.

Doch, schoon of niet, reeds van mijn zesde jaar lie­pen de jon­gens ach­ter me. Er waren er, als de school uit was, welke op hun rol­schaat­sen ach­ter me reden waar­door ik als de wind voor hen vluchtte.

Niet­te­min, waren de jon­gens gek op mij, ik gek op ben. Maar ver­liefd in mijn pril­ste jeugd ben ik niet geweest. Mijn pleeg­moe­der, ik geloof, ware zij niet gehuwd geweest, zij non ware gewor­den, want in elk geval, zij voedde mij zóó op dat ik op mijn vijf­tiende jaar een heel onschul­dig meisje was.

Ik was in het tweede jaar van mijn stu­dies op het col­lege. Ik zie rond dien tijd nog mijn stief vader, een groote, sterke man, met veel don­ker haar, menig lid­tee­ken in zijn ver­brand gelaat, bloote armen, zit­tende aan tafel te eten. Ik eer­bie­digde hem. Een storm kwam. helaas, over ons huis. Ik voelde het en ik haatte het daar te zijn. Het was een harde win­ter. Aleer en meer ver­waar­loosde men mij. Vader was veel afwe­zig en moe­der deed alsof ik niet bes­tond.

2 Mei.

Dit moet ik u ver­tel­len.

Het was win­ter­dag. Sneeuw viel. In onze keu ken brandde de kachel heer­lijk. Vreemd, in het

don­ker, tel­kens als de hoo­go­vens vuur spuw­den,

dan scheen het in onze keu­ken of het blik­semde.

Ik kwam te hnis, opende de deur en in één dier lich­ten zag ik mijn pleeg­moe­der op den grond, tegen het vens­ter lig­gen. Ik liep op haar toe srr vroeg haar zacht wat haar scheelde.

Zij blikte mij aari met oogen als van een dier dat ster­ven ging. Zij strekte haar hand uit, welke ik greep, en kon haar als­dan recht zet­ten. Ik voelde mij plots ouder dan zij. Zij scheen mij min­der dan een hul­pe­loos kind.

Dan plots sloot zij mij in haar armen.

« Nella!... Nella!... Mijn hart is gebro­ken ' »

Ver­won­derd zag ik haar aan.

Zij ver­telde mij dan in gebro­ken zin­nen, eu uu nog beef ik er van, dat baar man haar ontrouw was.

Ik herin­ner mij haar in een zetel gezet te hCcej; daar zij op het punt was te bez­wi­j­men.

Ik was vijf­tien, wist van de wereld niets af, doch ik trooste haar. De eer­bied voor mijn pleeg­va­der was een der voor­naam­ste pun­ten in mijn leven doei: nu was die eer­bied plots verd­we­nen.

Ik herin­ner mij hoe bevreesd zij was toen ik haar zegde dat ik mijn pleeg­va­der zou kun­nen doo­den Zij smeekte mij kalm te bli­j­ven.

Wan­neer hij tehuis kwam om te eten was er niet één scha­duw in de keu­ken maar wel twee.

Ik liet mij van hem geen zoen meer geven

5 Mei.

H... zond mij van­daag bloe­men. Zij staan hiei vóór mij, tegen de spie­gel. Waa­rom kan mij dit niet verheu­gen? H... is zoo goed,- zoo gedul­dig. Mis­schien begri­jpt hij den strijd welke ik door­wors­tel. Want ik denk aau h e m, aan de eerste maal dat ik h e m ont­moette. Ik was toen zeven­tien jaar. Ik was in het kleine stadje A.... niet ver van Pitts­burgh.

Ik was van huis weg­ge­loo­pen; weg­ge­loo­pen driv maan­den ua den dood van mijn pleeg­moe­der. Drie­maan­den lmd ik nog gewoond met den man welke ik vader noemde, trach­tende zijn hui­shou­den te doen. Dan zegde hij mij dat hij ging her­trou­wen. De vol­gende mor­gen, zeer vroeg, met eenige dol­lars en wat klee­de­ren, ver­liet ik het huis en nam de tram­car.

Ik reed den hee­len dag. Dos avonds bereik*« ik A... en vond een loge­ment. De vrouw des huizes was een goede vrouw welke dacht dat ik een ar tiste was zon­der werk. Zij gaf mij een gedacht. Ik veran­derde mijn naam voor den­gene welke ik nog draag. Dit gedacht gaf mij een ander. Ik had altiid piano ges­peeld op het gehoor maar nooit op muziek daar ik geen muziek kende. De zit­ka­mer van mi:n nieuwe woning bezat een oude piano; zij was goed van toon.

De avond, na mijne aan­komst, na het sou­per, had ik den moed mij aan het speel­tuig te zet­ten. Ik speelde een zoete melo­die welke mijn pleeg moe­der steeds zong wan­neer zij haar werk deed. Ik kende niet eens de naam van het lied. Na du lied speelde en zong ik arias uit ope­ras welke ik gehoord had op straa­tor­gels. De meeste waren ïn wals­maat. Ik beminde wal­sa­rias.

Ik ging zóó p in de muziek en in mijn zang dat ik alles ver­gat. Bij het einde van een dezer arias hoorde ik plots applaus. Ver­schrikt sprong ik ove­reind en wilde de kamer uitv­luch­ten, toen de nicht van de vrouw des huizes, een lief jong meisje, mij den gang vers­perde.

« Oh, ik bid u, ga voort; of zijt ge soms ver­moeid? (Sij kunt niet geloo­ven hoe w-ij ons ver­ma­ken. Hebt gij niet gehoord dat wij gedanst heboen hier­ne­ven? »

(Wordt voort­ge­zet1


FABRI­KAN­TEN EN WIN­KE­LIERS

Plaatst uwe aan­kon­di­gin­gen in

Cinema- en Too­neel­me­reld

Offi­cieel Orgaan van het Natio­naal Ver­bond der Vlaamsche Too­neel­maat­schap­pi­jen van Bel­gië

Het best en meest­ge­le­zen Fami­lie­week­blad

pfll­lIE­DE­REEN WIL ZIEN*?

jUU­DOLF VALEN­TINC

Bppi­pU­Hil­lil| j • «BHBl­lieilli­lilSlL Bim­miiM­Miiaiii­miiii

Bloed en Zand Moräne de Zee­man Het J(echt op Liefde De Jonge T{adjah |1 en de Sheik ü

Het zijn

H AOKIN,

Kar­thui­zerss­traat, 9A. — BRUS­SEL

in een bui­ten­ge­wone serie van vijf films

SES­SIE IIAYAK1WA

in zes bui­ten­ge­wone films

Drukt.«Nep­tune», Steen­hou­wer­syent. 28, Antw.


POUR AVOIR UNE BIERE BONNE ET SAINE

Adres­sez-vous à la Bras­se­rie

VAN HOM­BEECK

BER­CHEM - Tél. 5210

lUKItES eu BOU­TEILLES - eu FUTS

La Fou­Miiiiirc Géné­ral« AMit­liile

12, rue Van Ert­born Tél. 2921 ANVERS Tél. 292ƒ

Agence pour la Pro­vince d’An­vers du Vrai “FERODO”

Agence pour Anvers des Rou­le­ments à billes S. K. F.

Agence géné­rale pour la Bel­gique du Dia­mond et Noble's Polish

La seule mai­son de la place four­nis­sant aux garages aux prix de gros

PHO­TO­GRA­VEURS

DES­SI­NA­TEURS

EXÉ­CU­TION RAPIDE ET SOI­GNÉE

Champ

inekx.ô ANVERS

Télé pm • 9209

Mai­son BERTH Y

106, rue de l’Eglise, 106

FO U Fin TJFLKS

Arran­ge­ments — Répa­ra­tions Conser­va­tion de four­rures

Prix avan­ta­geux

Tra­vail soi­gné

HABILLEZ

VOS

ENFANTS

BRI­TAN­NIA

77, Longue rue d’Ar­gile

OUVRAGES DE DAMES

OU VU A« ES DES­SI­NÉS

LAINES, SOIES, COTONS, COUVRE-LITS, NAPPES, STORES, BON­NET­TE­RIE A LA MAIN, DEN­TELLES, JUM­PERS

MAI­SON EMMA

WOL, ZIJDE, KATOEN, BED­SPREIEN, TAFEL- ‘ KLEE­DE­REN, STORES, KAN­TEN, HAND­BREI­GOED, JUM­PERS

Anvers, Rue Voi­dal­straat, 15, Ant­wer­pen

Autos pour Céré­mo­nies. Mariages, Bap­têmes et Fêtes

Garage J & H. DEHU

Télé­phone 3107

42, Canal des Bras­seurs - ANVERS

* VOYAGES A L’ÉTRAN­GER - EXCUR­SIONS f PRIX A FOR­FAIT

(GAR­NI­TURES

POUR

Fumoirs, Salons, Bou­doirs Chambres à cou­cher Veran­dah Fau­teuils - Club

11, Longue rue du Van­neau

.. (près du parc)

A. cdeT­Joos-yJj

oocie>n. -

C B h Êîf­firg str/\at2Ó

umiiiiiiiiiii­miiii­miiii­ni’.M,,,l|'iiiiiiiiiiijj

MEUBLES

I Les plus grands Maga­sins en Bel­gique |

1 9 Longue rue des Claires 9

(près Meir)

Grand choix de gar­ni­tures. 200 salies à man­ger, | I chambres à cou­cher, salons, cui­sines, veran­dah’s, | I bureaux, lite­ries, chaises-longues, etc. etc. |

Mai­son Amé­ri­caine

Meilleur mar­ché qu'aillerns I Ouvert tous les jours jus­qu'à 8 h. f. |

Maga­sin fermé |

BRO­DE­RIES

DES­SINS MODERNES

’ER­LAGES, ROU­TONS, POINTS­CLA 1RS. PLIS­SAGE

\rNRY­CKAERT

RUE RUBENS, 17, ANVERS

TRA­VAIL SOI­GNÉ ET RAPIDE

.. EMGEESCH HO

V0N­DEL­STR., 19 CAUS (nabij St. Jans­plaats

De laatste nieu­wi­ghe­den in Vil­ten Hoe­den

gw Rüirne keus

Ziet Eta­lage


ROYAL - ZOO­LO­GIE CINEMA

Sarati le Ter­rible

Alger, sur le port, au pied de la ville qui s’étage en ter­rasses blanches, toute une popu­la­tion grouille: ner­vis, débar­deurs, char­bon­niers. Sarati régne là en maître incon­testé par la crainte qu’il ins­pire. Sa force bru­tale ne cède que devant un visage, celui de la petite Rose, sa fille d.'adop­tion. Un jour, un jeune homme d’as­pect assez misé­rable, vient s’en­rô­ler dans l’ar­mée noire des char­bon­niers, Sarati consent à l’hé­ber­ger chez lui à cré­dit, car il flaire dans cet inconnu la bonne affaire, sus­cep­tible de lui rap­por­ter gros, par la suite. La curio­sité de la petite Rose est éveillée par cet étran­ger d’as­pect sym­pa­thique qu’cllé ren­contre tou­jours trisle et rêveur et qu’elle connaît sous le nom de Gil­bert...

Gil­bert, de son vrai nom Gil­bert de Ker­ra­dec, avait dû quit­ter le châ­teau de sa mère, la mar­quise de. Ker­ra­dec, à la suite d’un drame intime. Fiancé à une jeune veuve Hélène, il s’était vu menacé, la veille de son mariage, d’un affi­chage au cercle par suite de dettes de jeu. Après avoir vai­ne­ment sol­li­cité sa mère, il s’était adressé à son frère aîné, Ber­trand, qui aimait secrè­te­ment Hélène, et qui refuse. Une dis­cus­sion assez vive s’était alors éle­vée entre les deux frères, au cours de laquelle Gil­bert blesse invo­lon­tai­re­ment Ber­trand. Gil­bert quitte le châ­teau après avoir sup­plié Hélène de lui res­ter fidèle...

Un an s’est écoulé et un jour, cédant au déses­poir il veut en finir avec cette exis­tence... La petite Rose arrive à temps pour l'en empê­cher. Cette inter­ven­tion a pour résul­tat de rap­pro­cher les deux jeunes gens. Cepen­dant Sarati a su décou­vrir l’adresse de la mar­quise et lui écrit au sujet de Gil­bert. La mar­quise étant décé­dée quelques mois après le drame, la lettre par­vient à Ber­trand de Ker­ra­dec. Celui-ci a sur­vécu à ses bles­sures et nous le retrou­vons à bord d’un bateau sur la Médi­ter­ra­née en com­pa­gnie d’Hé­lène, deve­nue sa fian­cée. A Alger, les atten­tions de Rose pour Gil­bert n’ont pas été sans por­ter ombrage à Sarati, qui aime jalou­se­ment sa pupille, et Gil­bert a dû quit­ter l’hô­tel. Rose s’en­fuit et vient deman­der pro­tec­tion à Gil­bert. Sarati jure de se ven­ger. Le même .soir, le bateau est en rade d’Al­ger, Gil­bert, venu à bord pour char­bon­ner, se trouve on pré­sence d’Hé­lène. Un nou­veau drame éclate. Sarati a pour­suivi Gil­bert jusque, dans les soutes et le frappe d’un coup de cou­teau. On trans­porte le blessé sur le pont et des pas­sa­gers curieux s’ap­prochent. Parmi eux Ber­trand et Hélène. fis affectent de ne pas recon­naître Gil­bert. Quelques ins­tants plus tard Hélène se décide à cou­rir à l’in­fir­me­rie pour revoir Gil­bert et trouve la petite Rose auprès du blessé.

Sarati a payé de sa vie son méfait, il est mort acci­den­tel­le­ment.

Comme Gil­bert, la petite Rose est désor­mais seule au monde. Les deux « sans famille » uni­ront leurs des­ti­nées.

PRO­GRAMME DU 25 AU 29 NOVEMBRE

1. Aida

Verdi

Marche

Toréa­dor en garde!

Comé­die bur­lesque

4. Mek­nès (au Maroc)

Zéphi­rin fait du Spi­ri­tisme

Comé­die

6. Boula - Matari....C. LecC­til

Marche Congo­laise

Sarati le Ter­rible

d'après le roman de Jean Vignaud et inter­prété par:

Henri Bau­din, Arlette Mar­chai, Ginette Mad­die, etc.

PRO­GRAMMA van 25 tot 29 NOVEM­BER

1. Aida

Verdi

Marsch

Torea­dor hoedt u!

Kluch­tig too­neels­pel

4. Mek­nès (in Marokko)

Zéphi­rin doet aan Spi­ri­tisme

Too­neels­pel

6. Boula - Matari

Marsch

C. Lecail v

Sarati de Wreede

Naar den roman van Jean Vignaud en ver­tolkt door:

Henri Bau­din, Arlette Mar­chai en Ginette Mad­die

Semaine pro­chaine

la grande tra­gé­dienne

- PRIS­CILLA RIAS -

dans son

der­nier film

„La Flamme de la Vie”

grand suc­cès

SARATI DE WREEDE

In Algiers, aan de haven, beweegt zich een gansche bevol­king: ner­vis, bout­los­sers, kolen­dra­gers... Daar regeert Sarati als alleen­heer­scher door de vrees die hij inboe­zemt.

Zijne onbes­chofte kracht wijkt .slechts voor zijne pleeg­doch­ter, de, kleine Roza, dewelke hij veraf­good.

Zeke­ren dag komt een jonge man, van uit­zicht erg ellen­dig, doch waar­van de dis­tink­tie door de vers­le­ten klee­dercn door­schi­jnt, zich bij do kolen­dra­gers inli­j­ven.

Sarati stemt er in toe hem op kre­diet te her­ber­gen, want hij ziet in hem de ges­chikte man dewelke hem in zijne zaakjes zou kun­nen bijs­taan.

Roza’s nieuws­gie­ri­gheid is door dezen van uit­zicht sym­pa­thie­ker) vreem­de­ling opge­wekt.

Gil­bert, waar­van de echte naam Gil­bert de Ker­ra­dec is, heeft In Bre­tagne het kas­teel zij­ner moe­der, de mar­kie­zin de Ker­ra­dec, moe­ten ver­la­ten, ten­ge­volge van een intiem drama. Ver­loofd met eene jonge weduwe, Hélène, had hij zich, den voo­ra­vond van zijn huwe­lijk, in de Club met een aan­plak­brief bedreigt gezien ten­ge­volge van speel­schul­den. Va tever­geefsch zijne moe­der om hulp gevraagd te heb­ben, had Gil­bert zich tot zijn oudere broe­der, Ber­trand, gewend. Doch Ber­trand, dewelke Hélène in ’t geheim beminde, was doof geble­ven op bet smee­ken van z.​iin jong­ste broe­der.

Een jaar is ver­loo­pen en Gil­bert draagt nog steeds in zich, met de herin­ne­ring aan dit drama, het beeld zij­ner ver­loofde. In ’t begin aan­vaardt hij moe­dig de zware taak van kolen­dra­ger, wan­neer hij zeke­ren dag vol wan­hoop bes­luit een einde aan dit bes­taan tc maken... De kleine Roza komt juist op tijd om zijn noo­dlot­tige bewe­ging te belet­ten.

Wij vin­den Ber­trand aan boord' van een kruis­schip op de Mid­del­landsche Zee, in gezel­schap van Hélène, dewelke zijne ver­loofde gewor­den is.

Te Algiers, valt de aan­dacht die Roza aan Gil­bert bewi­jst, niet in Sara­ti’s smaak Gi’bert heeft het hotel moe­ten ver­la­ten. Na een hef­tig too­neel, in het­welk haar voogd tracht haar zijne liefde op te drin­gen, is Roza gev­lucht en komt Gil­bert om bes­cher­ming vra­gen. Don­zelf­den avond legt de boot te Algiers aan. Gil­bert, voor zijne taak aan boord eeroe­pen, bevindt zich in tegen­woor­di­gheid van Hélène en ont­dekt baar ver­raad. Een nieuw drama onts­taat — door de jaloer­sch­heid van Sarati dewelke Gil­bert gevolgd beeft en hom een mess­teek toe­dient. De gek­wetste wordt on de brug gebracht, nieuws­gie­rige pas­sa­giers nade­ren. Tus-schen hen Betrand en Hélène. De twee broe­ders bevin­den zich tege­no­ver elkan­der. Bel­trand gebaart Gil­bert niet te her­ken­nen, en Hélène, uit vrees, volgt zijn voor­beeld.

Benige oogen­blik­ken later, wan­neer zij bes­luit naar het zie­ken­huis te gaan om Gil­bert terug te zien, vindt zij de kleine Roza bij den gek­wetste.

Sarati heeft zijn mis­drijf met het leven betaalt.

Eve­nals Gil­bert is de kleine Roza voor­taan a'l­leen Y op de wereld. De twee «zon­der fami­lie» zul­len y zich veree­ni­gen.

Impri­me­rie du Centre, 26, Rem­part Kip­dorp, Anvers,